China verklaart zich resoluut tegen de nieuwe Noord-Koreaanse kernproef . Noord-Korea gaat met deze test in tegen zijn eigen engagement van 1991 om het Koreaanse schiereiland kernwapenvrij te maken . Een gelijkaardige Chinese reactie kwam er ook op de eerste kernproef, twee jaar terug. Toen in april Noord-Korea een viertrapsraket- of volgens henzelf de lancering van een satelliet- uitteste, reageerde Beijing echter heel wat gematigder: Laat alle betrokkenen kalm blijven en het incident niet overdrijven, luidde het toen.
Terwijl in het Westen de roep om sancties klinkt, komt Beijing met een andere strategie: het verzoekt Noord-Korea met aandrang zich opnieuw te verbinden tot het doel om een Koreaans schiereiland zonder kernwapens te bereiken, en terug aan de onderhandelingstafel plaats te nemen met de vijf andere partijen. En het bezweert de Veiligheidsraad niets te ondernemen dat nog extra olie op het vuur zal gieten, sancties nemen bijvoorbeeld. Een vreedzame oplossing door dialoog, dat moet het worden.
Wat zit er achter de houding van China? Wat wil China en hoe wil het dat bereiken? Wat is de Chinese lange termijn strategie?
China wil een vreedzame omgeving om zich economisch te kunnen ontwikkelen. Op het Koreaanse schiereiland dus geen kernwapens, en liefst ook zo weinig mogelijk andere wapens. Mogelijke conflicten gaan echter verder dan de relatie tussen Noord- en Zuid-Korea, of tussen de VS en Noord-Korea.
37.000 zwaarbewapende Amerikaanse soldaten verblijven permanent in Zuid-Korea en houden er jaarlijks Team Spirit oorlogsoefeningen. De Amerikanen hebben weliswaar in 1991 aangekondigd hun tactische kernwapens te zullen weghalen uit Zuid-Korea en de wateren errond, dat er Amerikaanse supervloten in de Chinese Noordzee rondtoeren bevalt Beijing nog altijd niet. Ze vormen de eerste schakel van een militaire omsingeling via Japan, Taiwan, Thailand, Singapore. China is ook niet blij met de voortdurende roep om een pro-Amerikaanse regimeverandering in Myanmar, de militaire samenwerking met India, Pakistan, Afghanistan en sommige Centraal-Aziatische republieken . De permanente Amerikaanse aanwezigheid in Korea is wellicht van dit alles het meest dreigende, want het speelt zich af in China’s voortuin, op korte afstand van Beijing en Shanghai. Ontspanning op het Koreaanse schiereiland zou de reden of het voorwendsel voor de Amerikaanse militaire aanwezigheid wegnemen.
Dat weten de strategen in Washington natuurlijk ook en het is een troef die ze niet licht gaan afgeven: er is 55 jaar na de Koreaanse wapenstilstand nog altijd geen vredesverdrag omdat de USA dat niet willen; om dezelfde reden is er nog altijd een economische boycot tegen Noord-Korea. De Noord-Zuid toenadering van 1991 werd door de rechterzijde van Zuid-Korea gekelderd, met een schouderklopje van Washington . De uitvoering van het in 1994 ondertekende Raamakkoord van Genève werd vertraagd door de Amerikanen die hoopten dat het Koreaanse regime eerst zou imploderen. Op het einde van Clintons presidentschap ging Madeleine Allbright naar Pyongyang en kwam tot het besluit dat er met Kim Jong-il wél te praten viel; het eerste wat Bush deed was die deur dichtsmakken en Genève in de prullenmand gooien. En toen in 2005 de onderhandelingen met zes partijen positief evolueerden probeerden de VS Noord-Korea financieel droog te leggen door zijn banken op een internationale zwarte lijst te plaatsen. Vanuit de hoek waarin het geduwd wordt ervaart Noord-Korea dat het bij braaf zijn niets te winnen heeft ; zo bezien worden de provocaties in het kernwapendossier al een stuk minder irrationeel.
Niet alleen de VS werken met de rem op aan ontspanning. Voor de Japanse rechtse nationalistische partijen die in opmars zijn, is Korea het gedroomd voorwendsel om Japan opnieuw sterker te militariseren, met inbegrip van het aanmaken van eigen kernwapens. Japan is al toegetreden tot de Amerikaanse atoomparaplu in ontwikkeling. Ook die dient niet op de eerste plaats tegen Koreaanse, maar tegen Chinese raketten. Japan steekt consequent stokken in de wielen van de onderhandelingen, door te eisen dat Noord-Korea eerst volledige klaarheid schept en het boetekleed aantrekt in een oude zaak van ontvoeringen van Japanse burgers.
Van de vier niet-Koreaanse partijen bij de onderhandelingen heeft uiteindelijk alleen China (en in mindere mate Rusland dat zijn verre Oosten wil ontwikkelen) echt belang bij ontspanning. Het is niet zonder reden dat China in zijn reactie op de kerntest ook deze keer ‘alle partijen’ oproept om oprecht voor een kernvrij Koreaans schiereiland te ijveren.
Sommigen verklaren de vredeswil van China in het Korea-dossier als steun aan een dictatoriaal regime, ingegeven door ideologische sympathie onder communistische dictators , of door het behoud van de economische controle , of uit angst dat China bij de implosie van Noord-Korea door vluchtelingen overspoeld zal worden.
Wie met beide landen vertrouwd is weet hoe verschillend de Chinese en Koreaanse communisten vandaag zijn, en al zeker wat pragmatisme of transparantie betreft. Overigens heeft China al snel na het begin van de hervormingen in 1978 zijn buitenlandse betrekkingen losgekoppeld van de vraag of het andere land al dan niet een ideologische bondgenoot is; China werkt vandaag met iedereen samen op basis van wederzijdse voordelen, win-win situaties, zonder ideologische vragen te stellen. Het wenst in Noord-Korea op de eerste plaats een goede buur te hebben, eerder dan een ideologische bondgenoot.
Wat de economische banden betreft: volgens sommige bronnen levert China tot 90% van de energiebehoeften en 40% van de voedselbehoeften van de Noord-Koreanen. En ja, nijvere Chinese handelaars uit Wenzhou hebben de prestigieuze staatssupermarkt nr1van Pyongyang overgenomen. Niettemin, een land met nauwelijks twintig miljoen inwoners en een BNP per hoofd dat drie tot zes maal lager ligt dan het Chinese is niet echt een partner die de Chinezen ten koste van alles zouden willen controleren. Het Chinese gewicht gezien vanuit Noord-Korea is uiteraard veel groter. China gebruikt die hefboom om Pyongyang aan te moedigen zijn voorstellen serieus te nemen, niet door te dreigen met sancties, maar door positieve maatregelen; de opstart van het zespartijen overleg in 2003 viel samen met de belofte om gratis een moderne Chinese glasfabriek te bouwen in Noord-Korea.
Vreest China een instorting van het Noord-Koreaanse regime en ‘miljoenen’ vluchtelingen? Indien de Noord-Koreanen echt op het punt zouden staan hun variant van het communisme omver te werpen, waarheen zouden ze dan trekken? De logische richting is naar Zuid-Korea, niet China. En moet China echt bang zijn voor een veronderstelde overname van het Noorden door het Zuiden? China is vandaag al de eerste economische partner van Zuid-Korea en heeft geen enkel diplomatiek twistpunt met het land..
Hoe wil China een kernvrij Koreaans schiereiland bereiken?
De Koreaanse kwestie die bijna veertig jaar na de Koreaanse oorlog had liggen slapen, kwam terug op het voorplan na de val van de Soviet-Unie in 1991. Het plotse wegvallen van de economische samenwerking met de Comecon heeft het land in een krisis gestort waar het nog altijd niet uit is. De VS wilde een regimewissel op de agenda laten plaatsen en Noord-Korea dook dus terug op in het nieuws: het bezat namelijk kerncentrales waaruit plutonium voor kernbommen kan gehaald worden en dat was voor de VS ontoelaatbaar. China steunde aanvankelijk het idee van directe Amerikaans-Koreaanse gesprekken, keek een goede tien jaar de kat uit de boom, kwam tot het besluit dat de Amerikanen en de Noord-Koreanen niet verder dan wederzijdse provocaties zouden komen, en nam in 2003 zelf het initiatief voor onderhandelingen met zes partijen. Dat het een processie van Echternach zou worden, wisten ze allicht van bij het begin. Toch gaan de Chinezen voluit voor deze strategie. Ook na het huidige incident is de partijen terug rond de tafel krijgen de eerste doelstelling.
Brutale druk op de Noord-Koreanen is voor China uitgesloten, om drie verschillende redenen. Eén, uit principe: China legt zijn eigen visie niet op aan een ander land; China wil zijn handelsbetrekkingen met Noord-Korea en Chinese investeringen in het land principieel niet koppelen aan goede of slechte politieke standpunten. Twee, ten gronde: China heeft wel kritiek op de provocaties van Noord-Korea, maar verwerpt evenzeer het verder zetten van de koude oorlog door de VS. Drie, om praktische redenen: China weet dat de Noord-Koreanen niet buigen voor dreigementen; Korea is historisch altijd het ‘kleintje’ geweest, omsingeld door drie grote jongens, Japan, China en Rusland, die allemaal ooit probeerden er een satelliet van te maken; de Noord-Koreanen hebben een sterke nationale trots en een acute aversie voor alles wat op inmenging lijkt; de basis van hun politiek is de juche, een overtrokken versie van ‘alles op eigen kracht’ willen doen. Het Westerse liedje over de ‘nakende ineenstorting’ van het regime indien we het maar genoeg onder druk zetten, horen we al lang zonder dat het uitkomt. In de Chinese visie hebben daarom alleen volgehouden onderhandelingen zin waarbij de partijen stap voor stap door kleine maatregelen wederzijds respect en vertrouwen opbouwen.