Het in november 2002 getekende Vrijhandelsverdrag tussen China en de ASEAN is in werking getreden. De zone strekt zich uit over 13 miljoen km² en omvat 1,9 miljard personen. Het wordt de derde grootste vrijhandelszone met 450 miljard $ volume, maar ze heeft betrekking op een grotere bevolking.
Zo’n 7000 handelsgoederen of meer dan 90 % van de waren die tussen China en de zes originele ASEAN-landen (Brunei, Indonesië, Maleisië, de Filippijnen, Singapore en Thailand ) verhandeld worden, zullen geen tarieven meer kennen, terwijl dit tot voor kort 10 % bedroeg. Het zerotarief voor 90 % van de goederen wordt in 2015 uitgebreid tot de vier nieuwe ASEAN-landen Cambodja, Laos, Myanmar en Viëtnam.
De handel tussen China en ASEAN, die in 1995 maar 20 miljard $ bedroeg, steeg ondertussen tot 231 miljard $, met een verdubbeling in de laatste vier jaar. ASEAN-voorzitter Sundram Pushpanathan vertelde AFP dat China net ASEAN’s derde handelspartner is geworden en dat hij verwacht dat het land over Japan en de EU zal wippen na een paar jaar werking van de vrijhandelszone. Volgens Teng Theng Dar, baas van Singapores patroonsorganisatie, zijn de sectoren die het meest profijt zullen halen uit de vrijhandel: de diensten, de bouw en infrastructuur en de nijverheid. Hoofdeconomist Menon van de ‘Asian Development Bank’ verwacht geen ‘Big bang’, omdat de zone reeds jaren voorbereid wordt. Hij verwacht dat later andere regionale machten, zoals Japan, Zuid-Korea en de Verenigde Staten, zullen willen toetreden. Hij vindt dat de echte baten van de zone meer op het vlak van de investeringen zullen liggen dan op het vlak van de handel. Hij verwacht op korte termijn nog tegenstand van bijvoorbeeld de Indonesische nijverheid, die textiel, landbouw en staal wil beschermd zien. Het zal nog lang zal duren vooraleer in Azië een integratieproces als in de EU zal plaatsvinden, omdat de structuur van de landen te verschillend is, oppert hij. Hij wijst er nog op dat de hoofdmoot bij de China-ASEAN-handel halfafgewerkte producten betreft die na assemblage in China uiteindelijk voor de westerse markt bestemd zijn.
Feit is dat er onder meer tegenstand komt uit Indonesië, waar stemmen uit het parlement vragen dat 12 sectoren zouden beschermd worden omdat ze de concurrentie met de Chinezen niet aankunnen. De Indonesische schoensector vreest voor het verdwijnen van 40.000 jobs, omdat de Chinese firma’s van 40 % marktaandeel tot 60 % zouden klimmen. Ook de meubelsector beweert niet klaar te zijn voor concurrentie met de Chinezen. In de Fillipijnen is er eveneens tegenstand en vraag naar bescherming. In elk geval kan verwacht worden dat de Chinese munt in Azië een meer prominente rol zal gaan spelen, maar dat ziet bijvoorbeeld de Thaise banksector wel goed zitten. China bereidt overigens met 31 landen 14 verschillende vrijhandelsovereenkomsten voor, die één vierde van de handel zouden omvatten.
Zie ook CCTV-video