Top EU-China: werkgroep over staal en markt

De 18e bilaterale top EU-China heeft op 12 en 13 juli plaatsgevonden in Beijing, enigszins overschaduwd door de kwestie van de Zuid-Chinese Zee. De positieve resultaten waren vrij matig. Inzake mensenrechten, internationaal recht en de staalsector zijn beide partijen het er vooral over eens dat ze het oneens zijn. Wel  beseffen de partners het wederzijds belang van samenwerking en de bereidheid om tot compromissen te komen. Misschien lukt dat in de werkgroep staal die ze hebben opgericht.

Top EU-China
Donald Tusk, de president van de Raad van Europa en Jean-Claude Juncker, de president van de Europese Commissie, stonden aan het hoofd van de EU-delegatie. Premier Li Keqiang nam deel als voornaamste vertegenwoordiger van China. Er was ook een ontmoeting met president Xi Jinping. Parallel verbonden aan de top waren er twee evenementen: een EU-China Business Summit en een conferentie over de samenwerking bij de inrichting van duurzame steden.

Agenda

De voornaamste onderwerpen op de agenda van de centrale besprekingen waren het EU-China Comprehensive Agreement on Investment (CAI), het investeringsakkoord, en de debatten over de marktstatus van China en de kwestie van de Chinese en Europese staalsectoren. Er is gesproken over de vooruitgang in de afstemming tussen het European Fund for Strategic Investment (EFSI) enerzijds en de Chinese initiatieven voor het One Belt One Road-project (de nieuwe Zijderoutes) anderzijds. Ook de strijd tegen de klimaatverandering was een gespreksonderwerp, met de beoordeling van de toepassing van de akkoorden van Parijs en van de Gemeenschappelijke Verklaring van de EU en China hierover uit 2015.

Concrete resultaten

De leiders hebben het strategische partnerschap van de beide partijen weer wat verder gebracht. Ze zijn het eens geworden om gezamenlijke inspanningen te leveren voor de voltooiing van een algemeen investeringsakkoord en hebben hun handtekening gezet onder een stappenplan voor samenwerking op het vlak van energiewinning en -aanwending. Ze hebben afgesproken in Brussel dit jaar nog een volgende ronde te organiseren in hun voortdurende mensenrechtendialoog. De EU en China zijn bereid om samen te werken aan oplossingen voor wereldproblemen: de klimaatverandering, ontwikkeling van derdewereldlanden, de noodsituaties die zich voordoen in Syrië, Irak, Afghanistan en Afrika. In voorbereiding van de top van de G20 die in september in Hangzhou, aan de oostkust van China te gast is, zullen de beide partijen besprekingen voeren over de mondiale vluchtelingencrisis.

‘Agreeing to disagree’

Top EU-ChinaZe erkennen beiden de noodzaak om de internationale orde te beschermen door een goede ontwikkeling en handhaving van rechtsregels, maar geven toe dat ze van mening blijven verschillen over de invulling daarvan en de prioriteiten. Betreffende de mensenrechten en de situatie in de Zuid-Chinese Zee blijven vele politici en media in de EU overtuigd van hun gelijk en hun morele superioriteit. Dat ze China de les blijven lezen, komt bij dat land onvermijdelijk over als onacceptabele inmenging. Zoiets gebeurde bijvoorbeeld weer aan het begin van de EU-China top toen president Donald Tusk het nodig achtte in zijn openingstoespraak te verwijzen naar de uitspraak van het Arbitragehof en China te adviseren dat het de internationale rechtsregels maar beter kon beschermen. Waarop Li Keqiang heeft gerepliceerd dat China de internationale wetgeving juist beschermt door de besluiten en de bemiddeling van het Arbitragehof niet te erkennen. De Chinese premier voegde hier voor de duidelijkheid aan toe dat China een directe betrokkene is bij de kwesties in de regio van de Zuid-Chinese Zee en dat het zich blijft inzetten voor vrede en stabiliteit daar, door onderhandelingen tussen de landen zelf die geschillen hebben en door zich te houden aan de afgesproken gedragscode, de Declaration of the Conduct of Parties in the South China Sea, en aan de internationale wetgeving.

Staal en markt

Op het terrein van de economische globalisering blijven er onopgeloste meningsverschillen met mogelijke repercussies voor de welvaart van de volkeren in Europa en in China: de vraag of de EU China als markteconomie zal erkennen, de wederzijdse verwijten over dumping of over de kansen die ondernemingen krijgen bij de partner. China en Europa hebben een langlopend en hevig debat over staaldumping. China zet zijn staal in Europa tegen lage prijzen af. Europese staalbedrijven staan daardoor onder druk en dat zou kunnen leiden tot massale ontslagen. Volgens Donald Tusk is de overcapaciteit van China het dubbele van de hele Europese staalproductie. Jean-Claude Juncker zei begrip te hebben voor het probleem van de Chinese regering, maar ook Europa had de pijnlijke fase doorgemaakt van een verkleining van de staalsector en de werkloosheid moeten aanpakken. Chen Derong, de directeur van Baosteel Group Shanghai, spreekt tegen dat China massaal goedkoop staal dumpt in Europa. Hij zegt dat China in 2015 maar 7 % ijzer en staal heeft geëxporteerd, veel minder dan Zuid-Korea of Japan.
2016-07-13_ema_eu_china_summit_v2Li Keqiang gaf op de Top EU-China uiting aan de vastberadenheid van de Chinese regering om verder markthervormingen door te voeren, om aan de overcapaciteiten een einde te maken en nieuwe banen te scheppen. De urbanisatie creëert de  vraag naar bepaalde soorten staal- en ijzerproducten die uit Europa kunnen komen, volgens Li. Massale ontslagen zullen er echter zeker in China vallen omdat het zijn staalproductie met 150 miljoen ton, waarvan 45 miljoen dit jaar alleen al, zal laten inkrimpen vanwege de noodzakelijke economische en ecologische herstructurering. Bovendien is overcapaciteit een mondiaal probleem waar niet een afzonderlijk land voor verantwoordelijk is. Li ontkende dat China aan dumping doet en subsidies inzet om de concurrentiekracht te verhogen. In totaal zijn er al zestien EU-maatregelen genomen tegen de import van Chinees staal. China kwam met tegenmaatregelen voor Europees staal.
De zaak spitst zich toe op de status van markteconomie van China. Als de EU China als markteconomie erkent wordt het moeilijker om antidumpingmaatregelen te nemen op basis van prijsvergelijkingen. ‘Voor ons is er een duidelijke link tussen de Chinese overcapaciteit van staal en de status van markteconomie’, heeft Juncker gezegd. Het is volgens Chinese waarnemers ironisch dat de markstatus afhangt van de omgang met overcapaciteit, omdat dit laatste juist een gevolg is van de marktmechanismen. China is in 2001 tot de Wereldhandelsorganisatie (WTO) toegetreden en toen is beloofd dat het in 2016 de status van markteconomie zou krijgen. Als China niet als markteconomie wordt erkend door de EU kan dat ook miljoenen Europese banen kosten De Europese Commissie zint op mogelijkheden om de naleving hiervan te ontlopen. Ze vergadert hier op 20 juli over. Er ligt nu een afspraak om een werkgroep op te richten waarin de beide partijen de prijsstelling en de subsidiëring zullen onderzoeken. Ook dat is een resultaat van de Top EU-China.
Xinhua, Guardian, SCMP, fd.nl, Financial Times, Global Times, www.europa-nu.nl, www.consilium.europa.eu, China Daily, www.euractiv.com, www.ibtimes.co.uk

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *