China heeft van 2012 tot 2016 elk jaar 13,9 miljoen personen uit de armoede gehaald. Het land wil dat de armoede verdwijnt tegen 2020. Het jaar nadien viert de CPC haar honderdste verjaardag. De laatste loodjes wegen echter het zwaarst.
Het rapport over de strijd tegen de armoede werd in het Vast Comité van het Volkscongres aangeleverd door Liu Yongfu, directeur van de State Council Leading Group Office of Poverty Alleviation and Development. Uit het rapport blijkt dat de voorbije 4 jaar elk jaar bijna 14 miljoen personen uit de armoede werden getild. Volgens het rapport steeg het jaarinkomen in de arme gebieden met 10,7% per jaar. Van 1978 tot 2016 kwamen 730 miljoen personen uit de armoede. Eind 2016 telde China nog 43 miljoen bewoners die leefden onder de armoededrempel die 2300 yuan jaarinkomen bedraagt.
China wil deze drie procent van de bevolking tegen 2020 ook boven de drempel tillen. Om dit doel te behalen, moeten 10 miljoen personen jaarlijks boven de drempel worden gehaald. China heeft zich als doel gesteld om tegen 2020 een gematigd voorspoedige samenleving uit te bouwen zonder armoede. Het jaar nadien bestaat de Communistische Partij honderd jaar. De taak wordt echter moeilijker naarmate er minder over blijven. Het rapport vermeldt dat 775.000 ambtenaren naar de arme gebieden werden gestuurd voor hulp. De regeringsuitgaven voor armoedebestrijding stegen van 39 miljard yuan in 2013 tot 86 miljard yuan. China beschikt nu over een databank met een overzicht van de arme bevolking, de redenen van armoede en hun noden.
Vermelden we nog in dit verband het bericht van de Financial Times dat de loongroei bij de Chinese migranten vorig jaar terugviel tot 7% omdat er 2% inflatie was. Een ‘dramatische’ achteruitgang volgens de krant die het cijfer vergelijkt met de 20% vooruitgang in 2011.
Bronnen: China.org, SCMP, Financial Times