De Volksrepubliek China bestaat 60 jaar op 1 oktober. Hieronder enkele frappante cijfers die de evolutie gedurende de zes decennia beschrijven.
BNP Het BNP beliep in 2008 meer dan 30.000 miljard yuan, maar met zijn derde plaats in de wereld, bedraagt het toch maar 27 % van het Amerikaanse. In 1960 had China een gelijk BNP als Japan , maar dit land liet in 1977 een BNP zien dat drie keer zo groot was als het Chinese. Geleerden voorspellen dat China een van de komende jaren Japan op zijn beurt zal overtreffen om de tweede grootste te worden. Er is voorts berekend dat 7 % van het BNP verspild wordt door corruptie, en dat de kost van milieuvervuiling 10 % bedraagt.
BNP/persoon Per hoofd berekend heeft China nu een BNP van 2770 dollar, waardoor het volgens de standaarden van de Wereldbank van een land met laag inkomen net binnentreedt bij de landen met een gemiddeld inkomen.
Structuur sectoren
China’s structuur is ontwikkeld van een landbouwland naar meer een nijverheidsland. Het aandeel van de landbouw in het BNP daalde van 51 % naar 11,3 %, terwijl de secundaire sector steeg van 20 % naar 48 % en de diensten klommen van 28 % naar 40 %. Het aantal stedelingen verhoogde van 10 % in 1949 tot 45,7 % in 2008.
Bevolking en voeding
China heeft met 1,328 miljard personen één vijfde van de wereldbevolking. In 1949 werd 113 miljoen ton graan geoogst of 209 kg/hoofd. In 2008 werd 520 miljoen ton oogst binnengehaald, het meeste in de wereld.
Naast de granen heeft China ook de grootste productie van vlees en katoen.
Energie
Hoewel het een flessenhals is, bedraagt China’s graad van zelfbedruiping 90 % volgens de statistieken van 2008. China werd ’s werelds tweede grootste olierafineerder in 2007. In 2008 bedroeg de olieproductie 190 miljoen ton.
De steenkoolconsumptie daalde van 92 % in 1952 tot 68 % in 2008, terwijl de consumptie van petroleum steeg van 3 tot 18 %. Aardgas steeg van 0,2 % tot 3,8 %, terwijl de anderen gaande van hydro-, over kern- tot windenergie stegen van 1,6 % tot 9,5 %.
Nochtans heeft China zeven maal meer grondstoffen nodig om iets te produceren dan Japan, zes maal zoveel als de VS en drie maal zo veel als India.
Buitenlandse handel
China is reeds de derde grootste handelsmacht ter wereld met 2561 miljard $ en dit maakt 8,8 % uit van de wereldhandel.
De buitenlandse investeringen in China bedragen 141 miljard $ en omgekeerd hebben de Chinezen projecten in 190 landen voor een productiewaarde van 262 miljard $. Ongeveer 4,6 miljoen Chinezen werken in het buitenland.
Cultuur en vrije tijd
China heeft meer dan 338 miljoen internetgebruikers.
Het aantal buitenlandse studenten in China bedraagt een kwart miljoen.
China bezit in 78 landen Confuciusinstituten, met 130.000 ingeschreven studenten.
Milieuvervuiling
Ongeveer 410.000 Chinezen sterven elk jaar als gevolg van milieuvervuiling, die van kanker de belangrijkste doodsoorzaak maakt. Twee derden van de 338 steden die op luchtverontreiniging gecontroleerd worden, hebben een vervuilde lucht. Amper 1 % van de steden heeft een lucht die beantwoordt aan de EU-normen, 30 % van de oppervlakte is woestijn en in 80 % van de rivieren kan niet meer gevist worden. Zowel het aantal klachten over het milieu als massa-acties tegen de vervuiling stijgen jaarlijks met 30 %.
Wat waterzuivering en afvalbehandeling betreft, bereiken grote steden reeds een aardig percentage, bij kleine steden echter staat dit nog in de kinderschoenen.
Problemen en uitdagingen
Het wordt een moeilijke taak om het landbouwareaal boven de 120 miljoen ha te houden, want nu is er amper nog 121,8 miljoen ha.
Dit jaar verhoogde China de armoedegrens tot een inkomen van 1196 yuan, waardoor 40 miljoen personen nog in armoede leven.
Hoewel het nettoinkomen verzesvoudigde, verdienden de stedelijke inwoners in 1988 1,86 keer meer dan wat de boer verdiende en dit liep in 2007 op tot 3,33 keer.
Bekijk ook 60 jaar VRC in slideshows