75 jaar Chinese Volksrepubliek: tien overwegingen

Dit is een opiniestuk en valt enkel onder de verantwoordelijkheid van de auteur.

Op 1 oktober 1949 riep Mao Zedong als leider van de Communistische Partij van China (CPC) in Beijing de Chinese Volksrepubliek uit. Tien overwegingen 75 jaar later.

Viering in tibetaanse prefectuur Garze, in de provincie Sichuan. Foto:Xinhua Disclaimer

1.

De 75ste verjaardag is symbolisch. De Sovjet-Unie implodeerde 74 jaar na de Oktoberrevolutie in Rusland. De Chinese Volksrepubliek blijft na 75 jaar een stabiel land. In het kielzog van China houden een aantal andere landen vast aan het socialisme. De 75ste verjaardag van de Volksrepubliek illustreert dat het communisme na het verdwijnen van de Sovjet-Unie nog springlevend is, wat westerse goeroes als Fukuyama ook mogen hebben beweerd.

2.

De Chinese Volksrepubliek streeft al 75 jaar naar een vorm van socialisme, die aangepast is aan de eigenheid van het land en aan de situatie in de wereld vandaag. Dat streven loopt als een rode draad door China’s geschiedenis, van Mao over Deng tot vandaag onder Xi Jinping. China is ontsnapt aan het lot van de Sovjet-Unie net doordat het een andere weg gegaan heeft gevolg en een ander soort socialisme ‘op zijn Chinees’ uitgebouwd heeft. Wie in het Westen een alternatief zoekt voor het kapitalisme in crisis kan de Chinese weg eens bekijken; niet zozeer om te kopiëren, maar misschien is er inspiratie te vinden in hun manier van werken?

3.

De Chinese Volksrepubliek is in 75 jaar opgeklommen van één der armste landen ter wereld tot de tweede (in koopkracht uitgedrukt zelfs de eerste) mondiale economie. De voorbije vijf jaar heeft het Westen zijn voorstelling van China volledig omgegooid. Van afzetmarkt voor gesofistikeerde westerse producten en regio voor outsourcing van de productie aan lage kosten is het nu geëvolueerd tot een echte concurrent op alle gebied. Volgens sommigen die nu plots de mantra van vrije concurrentie vergeten is China omwille van beweerde staatssubsidies zelfs een bedreiging voor onze bedrijven, die men moet stoppen met hoge invoerrechten. Europa kan maar beter snel de illusie opbergen dat het zich zo kan isoleren als op een eiland. Het moet eerder nadenken hoe het kan meerijden met de Chinese trein in plaats van op de rails te gaan liggen.

4.

Sinds zijn engagement op de klimaatconferentie van Parijs in 2015 heeft de Volksrepubliek die groene transitie versneld aangepakt. De niet-fossiele productiecapaciteit voor elektriciteit overtreft nu al die van steenkool. Meer dan de helft der nieuwe auto’s zijn elektrisch. Bovendien biedt China. deze technologieën goedkoop aan in de rest van de wereld, wat het klimaat sterk kan ten goede komen. Gaat Europa zijn eigen transitie vertragen omdat het niet met China wil samenwerken? Terwijl de rest van de wereld vooruit stormt?

5.

China zit vandaag op de wip tussen middelmatig en hoog inkomen per hoofd. De Volksrepubliek heeft op 75 jaar de bevolking een enorme welvaartssprong en een grote mate van tevredenheid gebracht. Westerse media kunnen niet langer het beeld ophangen van een verpauperde, onderdrukte en gehoorzame massa. Mensen in de rest van de wereld zijn niet blind. Het Chinese model met een communistische partij aan de leiding, een gemengde economie en een door de overheid gestuurde markteconomie boekt resultaten. Dit zou kunnen school maken, vooral in het globale Zuiden. Vandaag erkent het Westen formeel dat China een ‘systeemrivaal’ is, vrij vertaald: alleen al doordat het bestaat met een ander, socialistisch systeem vormt het een bedreiging voor de wereldheerschappij door het kapitalisme.

6.

Tot 1971 werd de Volksrepubliek niet erkend door de VN, destijds nog door westerse landen gedomineerd. Taiwan was officieel het enige echte China. De komst van nieuwe onafhankelijke landen in de VN deed de balans uiteindelijk overhellen. Vandaag is China één van de grootste handels- en investeringspartners van landen op alle continenten. Met het Belt and Road Initiative (de nieuwe zijderoutes) van 2014 is het in het globale Zuiden begonnen aan een wereldwijd netwerk voor betere connectiviteit en industrialisering. Onlangs waren leiders van 53 van de 54 Afrikaanse landen in Beijing om te praten over intensere samenwerking. Voor de landen uit het globale Zuiden biedt de Volksrepubliek een voordelig alternatief voor de westerse landen. Blijft Europa vasthouden aan de illusie dat het zijn neokoloniale privileges in de wereld kan behouden of staat het open voor trilaterale samenwerking?

7.

In 2011 heeft de regering Obama China voor het eerst gemarkeerd als grootste bedreiging voor de Amerikaanse wereldheerschappij. De regering Trump is vanaf 2016 een koude oorlog gestart, met handelssancties, technologische ‘ontkoppeling’, waanzinnige propaganda over slavenarbeid in Xinjiang tot en met het gevangennemen van Huawei-directrice Meng in Canada.

De regering Biden is deze ‘koude’ oorlog aan het opstoken. Grensverleggende nieuwe militaire akkoorden met de Filipijnen, Zuid-Korea, Japan, Australië, het VK en Nieuw-Zeeland, het militair opvrijen van India, het bestempelen van China als voornaamste dreiging van de NAVO: dit alles versterkt de militaire omsingeling van China en drijft de concentratie van gesofistikeerde wapens in de regio verder op. Via het dubbelzinnig ondersteunen van de mogelijke Taiwanese afscheiding van China hebben de VS een kant-en-klare aanleiding voor een grootschalige oorlog. Sommigen in de VS zien die liever vroeger dan later ontbranden. China voelt zich terecht bedreigd. Blijft Europa de Amerikaanse oorlogslogica verder volgen?

8.

Buiten de oorlog in Korea is China in de laatste 75 jaar bij geen enkele groot conflict buiten zijn grenzen betrokken geweest. Vandaag is het een factor van vrede in de wereld. In het conflict in Oekraïne roept het op tot de-escalatie en een onderhandelde oplossing en levert het geen wapens aan het bevriende Rusland. Het onderhoudt intussen nog steeds goede relaties met Oekraïne en heeft zijn diensten als bemiddelaar aangeboden. In het Israëlisch-Palestijns conflict vraagt het een onmiddellijk staakt-het-vuren, erkent het de Palestijnse staat en vraagt het de volledige bekrachtiging van de Palestijnse rechten. Het is erin geslaagd aartsvijanden Iran en Saoedi-Arabië samen te brengen en kort geleden ook alle rivaliserende Palestijnse fracties.

China is de grootste leverancier van blauwhelmen voor VN-vredesmissies. In de Zuid-Chinese zee onderhandelt het met de ASEAN-landen over een gedragscode die een einde moet maken aan incidenten, terwijl de fundamentele vraag van de soevereiniteit in de koelkast gaat. China is geen lid van enig militair bondgenootschap zoals de NAVO. Het is wel trekker van samenwerkingsverbanden zoals de BRICS en de Shanghai Cooperation Organisation (SCO), die op onafhankelijke ontwikkeling van het globale Zuiden gericht zijn. Waarom dan China toch als een gevaarlijke boeman voorstellen?

9.

Westerse commentatoren vragen zich af waarom de Volksrepubliek niet meer stimulerende maatregelen neemt om de vertragende groei op te peppen. Het antwoord staat in de offciële Chinese documenten. Kwalitatieve groei krijgt voorrang. Dat werd zo voor het eerst vastgelegd in 2015. Concreet zijn het ontwikkelen en uitbouwen van eigen hoogtechnologische sectoren prioritair. De Volksrepubliek lijdt momenteel onder Amerikaanse, Europese en Japanse maatregelen om het de toegang tot gesofistikeerde computerchips te ontzeggen. Met de chiptechnologie staat of valt vandaag de economie van een land. In het licht van de escalerende koude oorlog wil China zo snel mogelijk alle belangrijke technologieën volledig in eigen beheer kunnen gebruiken. De westerse sancties en beperkingen dwingen China om zich technologisch sneller te ontwikkelen. Dit mag desnoods op korte termijn enkele procenten groei van het bbp kosten. Intussen verliezen een aantal grote westerse technologiebedrijven (definitief?) hun belangrijkste klant.

10.

Het ‘socialisme op zijn Chinees’ is na 75 jaar niet af. (Deng Xiaoping voorspelde dat het minstens honderd jaar zou duren!) Het is nog steeds zoeken naar de beste formule voor een gemengde economie met een door de staat gestuurde markteconomie. Vandaag wordt dit geïllustreerd door de voortdurende strijd tegen de corruptie (op het snijvlak van staats- en privé-economie) en door de moeilijkheid om sommige markten effectief in de goede richting te sturen. (Denk maar aan het leeglopen van de vastgoedbel en de crisis in de bouwsector; speculatieve bubbels in de financiële sector met slecht functionerende beurzen; dreigende overproductie in nieuwe sectoren zoals zonnepanelen en elektrische auto’s.) Het socialisme op zijn Chinees streeft ook expliciet ‘gemeenschappelijke welvaart’ na. Doelstellingen zoals het wegwerken van de kloof tussen stad en platteland, of het versterken van de sociale zekerheid botsen echter vaak op andere prioriteiten.

Het verslag van de onlangs gehouden jaarlijkse bijeenkomst van het Centraal Comité geeft een overzicht van de sterktes en zwaktes vandaag en koppelt er meteen doelstellingen en maatregelen op vijf en tien jaar aan vast. Vorige week kwam het Politiek Bureau bijeen om stimuleringsmaatregelen op korte termijn uit te vaardigen voor de vastgoed- en financiële sector.

Zoals in elk van de meer dan 40 jaar waarin ik de ontwikkeling van China van dichtbij volg voorspellen ook nu weer sommige westerse waarnemers het ‘einde van het Chinese mirakel’. Afspraak op de 80ste verjaardag van de Volksrepubliek?

Video over de vieringen op diverse plaatsen: https://english.news.cn/20241001/a61998ff815c4cba86c88d4564136787/c.html