De aardappel, voorheen het armenvoedsel bij uitstek, brengt nieuwe welstand in Dingxi in de provincie Gansu. De aardappel wordt er nu geplant op één derde van de velden en de industriële verwerking ervan is verantwoordelijk voor één vierde van het inkomen van de boeren.
Premier Wen bij aardappelboer in Dingxi
Traditioneel wordt in China neerbuigend neergekeken op de aardappel als de cultuur die het doet als de rest faalt. Dingxi biedt met zijn koud en dor klimaat maar weinig inkomen aan de boer. In 1995 teisterde een erge droogte de regio, maar merkwaardig genoeg overleefden de aardappels deze. Het jaar nadien lanceerde het bestuur van Dingxi het Aardappelproject om de cultuur te populariseren en om de boeren toch een basisvoedsel te garanderen. Nu legt de provinciale aardappelexpert Wang Yihang uit dat in Dingxi meer aardappels gekweekt worden dan elders in China: op 200.000 ha of één derde van de vruchtbare oppervlakte. De partijsecretaris van Dingxi voegt eraan toe dat de geteelte aardappels enerzijds met speciale treinen vervoerd worden naar groothandelsmarkten over geheel China en anderzijds voor de kleine patatjes verwerkt worden in lokale ondernemingen tot zetmeel of chips. Anderen hebben een overeenkomst afgesloten met Simplot, de leverancier voor McDonald’s.
Momenteel bezorgt het verwerken van de aardappels één vierde van het inkomen bij de lokale boeren. Boerin Chen Chunlan heeft een nieuw huis en dankt aan de aardappeloogst haar jaarinkomen van 70.000 yuan. In geheel China wordt 4,7 miljoen ha landbouwland gebruikt voor de aardappelteelt, terwijl dit 30 jaar geleden maar 2,7 miljoen betrof. De meeste nieuwe teeltplaatsen liggen in de arme westelijke regio in de provincies Gansu, Shaanxi, Qinghai en de Hui AR Ningxia. Snacks op basis van aardappels worden meer populair over China, sedert McDonald’s en KFC frieten aanbieden. De patat heeft een nieuwe toekomst gevonden in westelijk China.
