Wat de VS werkelijk bedoelen met ‘overcapaciteit’

In dit artikel weerlegt de marxistische economiste Radhika Desai de mediahype rond de veronderstelde Chinese ‘overcapaciteit op het gebied van schone energie’. De hype werd in de VS aangewakkerd naar aanleiding van het recente bezoek van de minister van financiën Yellen aan China, toen ze dat land ervan beschuldigde de wereldmarkten te ‘overspoelen’.

Het artikel verscheen oorspronkelijk op CGTN; de vertaling uit het Engels en de tussentitels zijn van Chinasquare.

Fotovoltaïsche elekktriciteitscentrale in woestijn in Xinjiang Foto Xinhua/Du gang Disclaimer

De Amerikaanse minister van Financiën Janet Yellen was onlangs in China om te praten over de ‘overcapaciteit op het gebied van schone energie’. Wat kan dat betekenen? Helpt China, in een tijd waarin de wereld meer en goedkopere apparatuur voor schone energie nodig heeft om de klimaatverandering aan te pakken, de wereld niet door deze apparatuur op grotere schaal beschikbaar te maken tegen prijzen die een groter deel van de wereld zich kan veroorloven? Dat is toch precies wat de wereld nodig heeft in 2024?

2023 heeft immers zoveel klimaatrecords gebroken. Het was het warmste jaar ooit gemeten. Er waren recordbrekende bosbranden en overstromingen. Het was de heetste zomer op het noordelijk halfrond. Juli 2023 was de warmste maand ooit gemeten. Gezien deze feiten zou je kunnen denken dat iedereen China’s overvloedige en goedkope schone energieapparatuur zou verwelkomen.

Een pervers standpunt

Blijkbaar niet. De Amerikaanse minister van Financiën Janet Yellen beschuldigde China ervan de wereld te overspoelen met goedkope schone energie producten, de wereldmarkten te verstoren en de werknemers te schaden. Hoe is dit pervers standpunt te verklaren?

De kern van het probleem is het standpunt van de VS over klimaatverandering. Het zou begrijpelijk zijn als zij oplossingen steunden die gunstig waren voor henzelf en hun bevolking. De VS zoeken echter niet alleen voordelen voor hun bevolking en vooral voor hun bedrijven, ze willen ook oplossingen die hen bovendien in een dominante positie brengen.

Yellen startte haar campagne tegen de Chinese overcapaciteit bij een zonne-energiecentrale in Georgië, slechts enkele dagen voordat ze voet naar Beijing trok. Ze beweerde dat China eerder overcapaciteit op het gebied van staal en aluminium had veroorzaakt en dit nu doet in de schone energiesector, met name op het gebied van zonnepanelen, lithium-ionbatterijen en elektrische voertuigen. “De overcapaciteit van China verstoort de mondiale prijzen en productiepatronen en schaadt Amerikaanse bedrijven en werknemers”, zei ze.

‘Overcapaciteit’ argument om rivalen klein te houden

Overcapaciteit betekent dat het aanbod groter is dan de vraag. Wanneer een probleem door de VS overcapaciteit wordt genoemd, is hun ‘oplossing’ steevast het inkrimpen van de capaciteit van andere landen. Je zou het natuurlijk ook anders kunnen zien, als een probleem van beperkte vraag, dat moet worden opgelost door de vraag uit te breiden. Maar de Amerikaanse elites hebben de crisis van de jaren zeventig benaderd als een crisis van overcapaciteit en hebben geprobeerd het probleem aan te pakken door de industriële capaciteit van hun rivalen te beperken of zelfs te verminderen. In de jaren 90 drongen ze dat op aan Japan. Momenteel dwingen zij Europa tot desindustrialisering, zogenaamd om het opgeklopte gevaar dat Rusland met zich meebrengt te bestrijden. En nu eist Yellen een soortgelijke inspanning van China.

Als de industriële capaciteit van China buitensporig wordt geacht, moet deze worden beperkt, zodat, eenmaal dergelijke apparatuur schaarser wordt, Amerikaanse producten van mindere kwaliteit en hogere kostprijs toch een markt zullen vinden. Het komt er ook op neer dat de VS absoluut niet de vraag in de rest van de wereld willen vergroten door meer ontwikkeling te steunen.

Staatssteun alleeen slecht door anderen

Wanneer zij het heeft over China dat de markten verstoort, zegt Yellen dat China markten verovert door middel van subsidies. Dit is wel een zwak argument op het moment dat de VS zelf miljarden aan industriële subsidies uitdeelt en praat over het industriebeleid een nieuw leven inblazen. Bovendien ontkent het het simpele feit dat geen enkel land is geïndustrialiseerd zonder zichzelf te beschermen en gebruik te maken van talloze vormen van staatsinterventie, inclusief subsidies. Dit gegeven vormde nochtans de basis voor de voorwaarden waaronder China in 2000 tot de Wereldhandelsorganisatie mocht toetreden. De VS waren bereid deze voorwaarden te aanvaarden omdat ze ervan uitgingen dat China niet succesvoller zou zijn dan andere ontwikkelingslanden bij het gebruik van dergelijke interventies om te industrialiseren en een technologische leider te worden. Ze vergisten zich.

Wie schaadt de rechten van de werknemers?

Tot slot beweert Yellen dat China Amerikaanse werknemers schaadt. De trieste, zelfs macabere realiteit is dat Amerikaanse werknemers gedurende al deze neoliberale decennia schade hebben geleden, niet door China, maar door het neoliberale Amerikaanse beleid dat pro grote bedrijven en pro financialisering is. Dat heeft de VS gedesindustrialiseerd, de lonen van de arbeidersklasse doen stagneren en, door inkomen en vermogen over te hevelen van gewone mensen naar een kleine elite, enorme ongelijkheid gegenereerd.

Helaas is China voor Yellen noch Japan, noch Europa, maar een socialistische economie waarvan de regering zich richt op het bevorderen van een ontwikkeling ten voordele van heel zijn bevolking. Het is bereid met Yellen samen te werken ten behoeve van zijn bevolking en van de planeet. Maar het zal niet meespelen wanneer het wordt gevraagd schade toe te brengen aan zijn eigen economie, aan de belangen van zijn eigen werkers en aan de kansen om de klimaatverandering aan te pakken, allemaal alleen ten voordele van de belangen van onproductieve, inefficiënte en gefinancialiseerde Amerikaanse bedrijven.

Bron: CGTN