
De ministers van Buitenlandse Zaken van de VS en G7 hebben op 14 maart in een verklaring China op een aantal punten aangevallen. De zogenaamde kwestie Taiwan was een van de opvallendste doelwitten van de westerse mogendheden.
Verder lijken zowel de VS als Japan tersluiks terug te komen op hun één-China-beleid. En toeval of niet: de separatisten in Taiwan stellen zich erg uitdagend op. Beijing reageert met diplomatieke verontwaardiging en militaire manoeuvres.
Beschuldigingen VS en G7
Op 1 maart beschuldigde de G7 China van ‘ongeoorloofde, provocerende en gevaarlijke acties, en het uitoefenen van dwang om de status quo eenzijdig te wijzigen met het risico dat de stabiliteit van regio’s wordt ondermijnd’. In november 2024 had de organisatie nog verklaard dat ‘er geen verandering is in haar basisstandpunt over Taiwan, inclusief het één-China-beleid’. De G7 verwijdert die eerdere geruststelling nu uit zijn teksten.
China noemt de verklaringen van de G7 een ‘opzettelijke verdraaiing van de feiten en de waarheid, die erop gericht is China zwart te maken’. Vooral wat Taiwan betreft wordt de landen van de G7 voor de voeten geworpen dat ze ‘zich mengen in de interne aangelegenheden van China’. Het ministerie van Buitenlandse Zaken van China ‘betreurt dit ten zeerste, verwerpt het ten stelligste en heeft ernstige protesten ingediend bij de relevante landen’. China roept de G7 op ‘om de trend van de geschiedenis te zien, de Koude Oorlogsmentaliteit en ideologische vooringenomenheid af te zweren’. Inzake de Chinese provincie Taiwan moeten de regeringen van de VS en zijn bondgenoten ‘stoppen met het ondermijnen van China’s soevereiniteit … en met het aanwakkeren van antagonisme en blok-confrontatie’.
VS morrelt aan één-China-beleid
Het ministerie van Buitenlandse Zaken van de VS heeft in februari uit zijn documenten de formulering geschrapt dat Washington ‘de onafhankelijkheid van Taiwan niet steunt’. Toch blijft Washington volhouden dat het trouw blijft aan het één-China-beleid. Het ‘het wil alleen niet dat de status quo door 1 van de partijen wordt gewijzigd’. Dit lijkt een verscherping van het bewust dubbelzinnige beleid van de VS.
Japan morrelt aan één-China-beleid
Ook in Japan werd de status van Taiwan aangekaart op een manier die Beijing onmogelijk anders dan als provocerend en bedreigend kan zien. Onlangs heeft een lid van het Japanse parlement, de Nationale Diet, vragen aan de regering gesteld over de gezamenlijke verklaring van China en Japan uit 1972. Daarin staat: ‘De regering van de Volksrepubliek China herhaalt dat Taiwan een onvervreemdbaar deel is van het grondgebied van de Volksrepubliek China. De regering van Japan begrijpt en respecteert dit standpunt van de regering van de Volksrepubliek China volledig’. Het parlementslid vroeg of Japanse lokale overheden en gemeenteraadsleden de wettelijke verplichting hebben om dit standpunt na te leven. In antwoord hierop beweerde de Japanse regering dat de gezamenlijke verklaring van China en Japan uit 1972 ‘niet wettelijk bindend’ is. Met andere woorden: Japanse gemeenteraadsleden mogen in Taiwan activiteiten verrichten naar goeddunken.
Wettelijke afspraken Tweede Wereldoorlog
Beijing is het daar uiteraard volstrekt mee oneens. In 1972 ondertekenden de Chinese en Japanse regeringen de gezamenlijke verklaring China-Japan. De Japanse zijde zegde expliciet toe dat ‘de regering van Japan de regering van de Volksrepubliek China erkent als de enige wettelijke regering van China’. Toen de Chinese regering nog eens benadrukte dat Taiwan een onvervreemdbaar deel is van het grondgebied van de Volksrepubliek China, stemde de regering van Japan daarmee in ‘krachtens artikel 8 van de Proclamatie van Potsdam.’ Artikel 8 van de Proclamatie van Potsdam verwijst naar de ‘voorwaarden van de Verklaring van Caïro’. In de Verklaring van Caïro van 1943 eisen de geallieerden expliciet dat ‘alle gebieden die Japan van de Chinezen heeft gestolen, zoals Mantsjoerije, Formosa en de Pescadores, zullen worden teruggegeven’ aan China. (Formosa is de Portugese naam voor Taiwan, daterend van de Nederlandse en Portugese koloniale bezetting. Deze documenten bevestigden niet alleen dat Taiwan aan China toebehoort, maar vormden ook de wettelijke basis voor het beëindigen van de oorlogstoestand tussen de geallieerden en Japan en het opbouwen van de naoorlogse internationale orde in Azië en de Stille Oceaan. Volgens Beijing zijn ze tot op de dag van vandaag ‘zeker juridisch bindend’. Sinds de jaren 70 van vorige eeuw is het één-China-principe de politieke basis van de betrekkingen tussen China en Japan, en van die tussen China en de VS.
‘Taiwan is geen land’
Het ministerie van Buitenlandse Zaken van China is hierover bij monde van minister Wang Yi en woordvoerder Mao Ning zeer duidelijk. ‘Het één-China-beginsel is een algemeen erkende norm in internationale betrekkingen, een heersende consensus in de internationale gemeenschap en de politieke basis voor China om zijn betrekkingen met andere landen aan te knopen en uit te breiden. De regering van de Volksrepubliek China is de enige wettelijke regering die heel China vertegenwoordigt. Taiwan is nooit een land, niet in het verleden en zal dat ook nooit in de toekomst zijn.’
En op het eiland zelf?
Het is niet onmogelijk dat hier sprake is van een gecoördineerde campagne. Er loopt een gerucht dat de Taiwanese autoriteiten buitenlandse missies gaan opzetten in een handvol landen of de term ‘Taiwan’ gaan gebruiken in plaats van ‘Taipei’ (de hoofdstad van de provincie). De politici en autoriteiten van de separatistische DPP (Democratic Progressive Party) gebruiken al een tijd lang de uitwisseling en samenwerking op het gebied van economie, handel, technologie, cultuur en onderwijs als middel om het één-China-principe te doorbreken en hun ‘zogenaamde internationale ruimte’ uit te breiden. Dat zou nu meer systematisch gaan gebeuren. Daarbij komt dat de Taiwanese leider William Ching-te Lai op donderdag 13 maart een toespraak hield over 17 maatregelen tegen hereniging met het vasteland China. Een voormalig leider van Taiwan, Ma Ying-jeou, die prominent lid is van de oppositiepartij Kuomintang (KMT) maakt zich grote zorgen. Ma wil juist de vreedzame toenadering van de beide Chinese gebiedsdelen bevorderen. Over deze ontwikkelingen lees je alles, van alle kanten, in de substack Pekingnology van 16 maart, over Tensions over Taiwan.
Militaire oefeningen
China heeft intussen ook gereageerd met militaire oefeningen in de Straat van Taiwan. Beijing benadrukt dat de oefeningen in de eerste plaats een afschrikmiddel zijn tegen de provocaties van de separatistische krachten voor ‘onafhankelijkheid van Taiwan’. Inderdaad, ze geven ook een waarschuwing aan externe krachten, maar zijn vooral bedoeld als ‘een legitieme en noodzakelijke actie om de nationale soevereiniteit te verdedigen en de vrede in de Straat van Taiwan te bewaren’, door buitenlandse machten te ontraden verder en verregaander tussen te komen in de binnenlandse zaken van China.
Opdracht voor de vredesbeweging
Zullen de landen, zoals de VS en de G7, die betrekkingen onderhouden met China, de overdonderende meerderheid in internationale gemeenschap, het één-China-beginsel blijven naleven en de politieke grondslag van hun betrekkingen met China handhaven? Zeker is dat niet. We zien hoever Europese regeringen bereid zijn te gaan om Trump te laten betijen of op zijn wenken te bedienen inzake aan gang zijnde oorlogen en militaire uitgaven. De vredesbeweging staat voor de zware, maar urgente taak om de publieke opinie te overtuigen dat Trump en zijn kabinet van China-haviken zoals Marco Rubio moeten worden tegengehouden als zij ook nog aansturen op een oorlog met China.
Bronnen: fmprc.gov.cn (website min.BuZa China), Morning Star, Al Jazeera, Global times, Wikipedia, Friends of Socialist China, Pekingnology
Biden zette de ondermijning van de soevereiniteit van China, begonnen door Trump en Pompeo, verder. Wanneer en hoe zal Trump nu weer in de voetstappen van Biden volgen?