Politiediensten van Angola en China grijpen in tegen misdaden van Chinese burgers. De Angolese overheid heeft 37 personen door de Chinese politie naar hun eigen land laten deporteren.
Angola, dat rijk is aan grote bodemschatten, is de grootste handelspartner van China in Afrika. Vele bedrijven zijn er actief, zowel van de privé- als van de staatssector. De bedrijvigheid trekt ook misdadige individuen en ondernemingen aan. Iets dergelijks is aan de gang in Ghana waar sinds kort 41 Chinezen vast zitten omdat zij zonder vergunning op eigen geluk aan mijnbouw deden. De misdadigers komen overigens ook uit andere landen. China verleent samenwerking aan de Afrikaanse autoriteiten om de eigen burgers waar dat nodig is in de pas te laten lopen of aan te pakken. In Angola is dat vrij urgent: gangsters bedrijven er ernstige en uiterst gewelddadige misdaden, zoals mensen in brand steken of levend begraven, ontvoeren, tot prostitutie dwingen en afpersen. De slachtoffers zijn bijna allemaal zelf Chinese werknemers of zakenlui. Het ministerie van Binnenlandse Zaken van Angola en het ministerie van Openbare Veiligheid van China zijn al enige maanden bezig met de planning van een grootschalige operatie waarbij meer dan 400 politiemannen van beide landen betrokken zijn. Het resultaat is nu dat er 14 slachtoffers konden worden gered en 37 verdachten zijn opgepakt en naar China gedeporteerd. Een vijftigtal zaken zijn onderzocht en 12 bendes zouden zijn opgerold. Ook in de Chinese provincies Fujian en Anhui zijn medeplichtigen gearresteerd, onder andere voor het aanwerven en misleiden van vrouwen die met het vooruitzicht van een baan naar het buitenland gingen en daar in de prostitutie moesten werken.
Bronnen: Xinhua, BBC, Global Times
