Het aantal onderwijzers zonder passend diploma verminderde van 300.000 in 2007 tot 243.000 nu. Dit werd door het ministerie meegedeeld op de dag van de leraren.
Zo’n 71 % van de onderwijzers heeft nu het benodigde diploma. Het zijn vooral de landelijke gebieden die een gebrek hebben aan gekwalificeerd personeel, maar daar werken nu eenmaal 80 % van de onderwijzers. Bij de afgestudeerden willen de meesten werken in de stad. Zo blijft er nog steeds een tekort aan leraren in de landelijke gebieden die dan maar hun toevlucht nemen tot onvoldoende gekwalificeerd personeel.
De laatste jaren probeert de regering het probleem te verhelpen door diverse maatregelen. Er worden leerkrachten uitgewisseld tussen landelijke en stedelijke scholen, op het platteland komt er meer scholing, en universitairen worden gerecruteerd om te gaan werken in ruraal gebied. Tussen 2006 en 2008 werden zo 59.000 universitair gediplomeerden naar 6400 scholen gestuurd in 490 kantons. Ze worden betaald door de regering. Dit jaar zullen er 70.000 gerecruteerd worden om in de landelijke gebieden les te geven. Sommige scholen werden ook gesloten. Dit leidde tot een groter aantal schoolverlaters, want het is niet evident voor kinderen om een lange weg af te leggen naar een ander dorp of voor de ouders om meer te moeten betalen voor een internaat.
Lees ook ons dossier onderwijs (2000)