Arrighi in Beijing

Tijdens een verblijf in Beijing in april van dit jaar, was er een discussie tussen twee Chinese academici en twee mensen die een band hebben met ChinaSquare.

Prof. Liu Hongshan en prof. Zhi Hui Yang doceren aan de North China University of Technology in Beijing. Anna Broos is lid van het webteam en Rob Groenhuijzen lezer van ChinaSquare. Er kwamen onderwerpen ter sprake die beide hoogleraren belangrijk vinden, Rob reageerde en Anna maakte de aantekeningen. Rob Groenhuijzen is een politicoloog die onder andere in de realiteit van China een bevestiging ziet van de analyses van Giovanni Arrighi, auteur van o.a. het boek ‘Adam Smith in Beijing’ (vandaar de titel). Eerder verscheen een verslag met reisindrukken onder de titel April in Beijing

Verschil in ontwikkelingen tussen het Westen en China

Economist forecastMet behulp van onderstaande grafische voorstelling uit ’The Economist’  stelt Rob voor om vanuit een metapositie naar de ontwikkelingen te kijken die zich in het Westen en China voordoen. Deze grafiek laat zien dat China eeuwenlang  tot 1850 80% van de wereldproductie maakt. Rond 1850 daalt het aandeel van China heel sterk en stijgt het aandeel van Europa en na 1990 stijgt het aandeel van China opnieuw richting 60% en daalt het aandeel van het Westen naar 20% van de wereldproductie.

Wat is de oorzaak c.q. de verklaring van dit verschijnsel?

Beide hoogleraren verklaren deze daling na 1840 door de Industriële Revolutie in Engeland en het uitblijven van een technologische ontwikkeling in China. Zij geven hiervoor economische verklaringen. In het Westen komen de boeren naar de steden om daar als fabrieksarbeider te werken en dat vindt niet plaats in China. Daardoor ontstaat een economische achterstand t.o.v. het Westen. Rob reageert hierop door te stellen dat Engeland en China in die periode gelijke economische groeicijfers hebben en dat niet de Industriële Revolutie groei genereert. De groei van de rijkdom in West-Europa ontstaat door het gewelddadig weghalen van het surplus uit veroverde gebieden en koloniën. Engeland en andere westerse landen hebben China nooit kunnen veroveren en zij hebben de Chinese economie nooit kunnen afstemmen op de eisen van (hen als) de bezetters. Met name India heeft als kolonie tot 1949 veel rijkdom naar Engeland zien verdwijnen. India kon militair niet op tegen Engeland. China verloor tijdens zijn bezetting tot 75% van zijn bruto nationaal product aan de bezetters.
Deze transfers  (en andere uit andere koloniën) vormen de achtergrond van de rijkdom in het Westen.

Verschil in rijkdom in China en kapitalisme

Vervolgens benadrukken de hoogleraren de inkomensverschillen in hun land (Gini Coëfficiënt). Zij zoeken de oorzaak daarvan in de omarming van het nationaal kapitalisme. Wij vragen wat zij onder kapitalisme verstaan.
Beide professoren geven aan dat dit de uitbuiting is van arbeiders in de fabrieken, vooral door buitenlandse ondernemers. Rob reageert daarop door aan te geven dat wetenschappers nu, sinds 1994, een andere definitie geven van het kapitalisme. In dat jaar verscheen het boek ‘The Long Twentieth Century’ van Giovanni Arrighi. Arrighi wijst er op dat de uitbuiting van mensen in werksituaties al duizenden jaren voorkomt en over de hele wereld heeft plaats gevonden. Het kapitalisme en met name het westers kapitalisme heeft als oorzaak het ontstaan van een autonome groep financiers, die de westerse staten tot hun beschikking hebben, om zichzelf te verrijken. Het verschil tussen China en het Westen is dat de financiers in China meehelpen om de economie verder te ontwikkelen en dat de financiers in het Westen zich na 1973 hebben teruggetrokken uit de verdere economische ontwikkeling van de westerse landen. Dit is een van de oorzaken van het verschil tussen rijk en arm in het westen. Deze financiers verdienen hun geld met geldtransacties en zo ontstaat er een mechanisme waar de een er geld bij krijgt, en er anderen zijn die geld kwijtraken. Hierbij speelt de westerse staat onder druk van de financiers een belangrijke rol via bezuinigingen, lastenverzwaringen, privatiseringen en hoge nationale schulden. Dit proces heeft zich in het Westen door de eeuwen heen herhaalde malen afgespeeld. In China komen deze periodes tijdens de hele geschiedenis niet voor. Het verschil in rijkdom in China is ontstaan doordat de rijken dichter bij het vuur zaten en meer hebben kunnen profiteren van de enorme mogelijkheden van een opkomende staat.
Shanghai
De Chinese overheid zorgt ervoor dat de financiers niet autonoom worden en de staat niet kunnen overnemen. Het westers financierskapitaal komt niet naar China omdat ze daar niet autonoom kunnen zijn;  ze hebben geen volledige zeggenschap over de besteding van hun kapitaal en hun winsten. Zij vermeerderen hun kapitaal sinds 1980 door de verdere onteigening van de westerse bevolkingen en van bevolkingen uit de Derde Wereld.

Ongelijkheid – Vrije markt

Hoe kan het inkomensverschil in China  afnemen? Wanneer wordt dit bereikt?
Rob geeft aan dat de verhoudingen in het Westen tussen werkgever en werknemer veranderd zijn. Zowel in China als in het Westen waren er lange periodes waarin arbeiders afhankelijk waren voor hun inkomsten van hun baas . De veranderingen zijn pas gekomen nadat in 1917 de Russische Revolutie plaats gevonden heeft. In het Westen kregen arbeiders na 1937 (New Deal) voldoende salaris om de Amerikaanse massaproducten te kopen en in Europa komt dat na 1948. In China is in 1949 het grootgrondbezit afgeschaft en komen er communes, onderwijs, gratis gezondheidszorg en andere zaken om de armste mensen bestaanszekerheid te geven.
In de 19de eeuw had de directeur van een westers bedrijf het alleen voor het zeggen. In de 20ste eeuw zijn die bedrijven het meest succesvol die de kennis van de managers het beste kunnen inzetten. In de 21ste eeuw zijn dat de bedrijven die de kennis van alle medewerkers het beste kunnen inzetten. In China zijn er al diverse bedrijven waarbij de directie aangeeft dat de kennis van het personeel het belangrijkste is. De reden dat dit in China kan plaatsvinden is de zelfredzaamheid en het zelfmanagement van de Chinese bevolking. Dit proces is onder Mao begonnen en China doet constant een beroep op de kleine boeren om het eigen leven in te richten. Nergens anders is er een bevolking  die de taak om gezamenlijk een land op te bouwen aankan. Dit komt voort uit de Chinese traditie om alle anderen en andere landen mee te laten doen. Het Westen heeft een traditie om anderen en andere landen buiten te sluiten.
strikeOok in China speelt zich een strijd af tussen werkgever en werknemers. Met name tijdens Jiang Zemin werden werkgevers bevoordeeld en is de basis gelegd voor een verrijking van de ondernemersklasse in en buiten China. Dat beleid is onder Hu Jintao teruggedraaid en onder Xi Jinping krijgen arbeiders en consumenten de overhand. Dat was altijd zo in China. Werkgevers concurreren met elkaar. In het Westen concurreren, op enkele korte periodes na, arbeiders met en tegen elkaar. Wanneer arbeiderszelfbestuur opkomt verdwijnen de rijken. China laat nu de Chinese rijken in China investeren: Je hebt je rijkdom uit de Chinese samenleving gehaald en je stopt het er ook weer in.

Arbeiders vroeger en nu (citaat uit ChinaSquare.be 1 meiviering 2015)
De Renmin Ribao en Xinhua spreken in dit verband over een fundamentele nieuwe invulling van de rol die de arbeidersklasse speelt in China. Tijdens de revolutie bestond de CPC vooral uit gewone arbeiders en boeren. Na de revolutie moest de industrie door hen van de grond af worden opgebouwd. De Grondwet noemde China een land, geleid door de arbeidersklasse en gebouwd op de bondgenootschap van arbeiders en boeren, en die formule staat nog steeds in de tekst. De samenstelling van de maatschappij en van de partij is veranderd. Nu ontwikkelt zich in China een stedelijke economie met – terecht – hogere lonen, en gericht op diensten en innovatie. De werkende klasse zal de zeer belangrijke rol krijgen om door technologische innovatie de industrie te moderniseren en duurzaam te helpen maken, aldus de staatsmedia, ter gelegenheid van de 1 meiviering 2015 .
Wanneer de zeggenschap van de arbeiders over hun bedrijf zich doorzet zullen ook de verschillen in rijkdom verdwijnen. Arbeiders bepalen dan zelf wat de salarissen zijn van leidinggevenden. De hoogleraren wijzen er op dat China nog een hele lang weg hierin te gaan heeft.

Vrije markt in China en het Westen

Bij het derde onderwerp kwam de vraag aan de orde : Hoe werkt de markt met vraag en aanbod in het Westen?  Volgens de gastheren bepalen vraag en aanbod de markt in het westen en dus ook de vraag naar arbeid.

Het Westen

Rob reageert: in het Westen is er geen vrije markt met vraag en aanbod. De westerse ondernemers zorgen ervoor dat het aanbod altijd minder is dan de vraag, zodat de prijzen hoog blijven. In het Westen zijn er weinig producten en elke actieve ondernemer probeert een patent op zijn product te krijgen zodat hij een deel van de markt voor zich zelf kan opeisen. De westerse overheden werken mee om het aanbod kunstmatig laag te houden. Nederland had in de 17de en 18de eeuw een monopolie op graan en op producten uit Oost-Azië. Engeland had een monopolie op stoommachines , stoomtreinen enz. In de huidige VS-periode zijn het de multinationals die vanwege hun omvang er voor zorgen dat het voor anderen heel moeilijk is om op de markt te komen. Westerse bedrijven kunnen geen maximale en geen normale winsten boeken en westerse investeerders zullen zich terugtrekken.

China

Dalian-New-Devl-mall-11-600x400Om het verschil met de markt in China duidelijk te maken geeft Rob een beeld van de Chinese markt. Hij geeft aan dat China wel een vrije markt heeft en die is er altijd door de eeuwen heen geweest. Monopolies in China behoorden aan de staat. Zodra er een schaars product was nam de staat dit product in zijn bezit (zout, ijzer, wijn). Chinese boeren en handwerklieden maakten zoveel producten dat het geen zin had om een monopolie te krijgen op een product. In China is het aanvragen van patent en te proberen een monopolie te krijgen een zinloze zaak. Anderen kopiëren of brengen dezelfde producten met enkele wijzigingen op de markt. In de loop der tijd hebben Chinezen  begrepen dat het beter is om geen monopolies te krijgen. Op deze wijze worden ondernemers gedwongen om hun eigen producten regelmatig te verbeteren of te veranderen. Zodra westerse bedrijven mee gaan doen in een vrije markt (zoals in China) dalen de winstpercentages (voor hen). In China krijgen de consumenten voorrang doordat de ondernemers in een vrije markt met elkaar moeten concurreren. De overheid in China legt voorraden aan van basisproducten en wanneer er schaarste dreigt (bijvoorbeeld door natuurrampen) brengt de overheid de producten op de markt zodat de prijzen niet stijgen. In een vrije markt blijven winsten laag wat het klimaat onaantrekkelijk maakt voor kapitalistische ondernemers. Voor kapitalisten komt de groei van het kapitaal op de eerste plaats.

Innovatie – landbouw

Innovatie

Beide hoogleraren zeggen in navolging van Marx dat de concurrentie onder bedrijven er voor zorgt dat innovaties plaatsvinden.
Rob nuanceert deze algemene uitspraak met de opmerking dat dit wel geldt voor China met een vrije markt en concurrerende ondernemingen. In het Westen ontstaat een moordende concurrentie en komen er monopolies of bijna-monopolies. De winnaars uit de concurrentiestrijd sluiten bondgenootschappen met elkaar om de markt te beheersen en de prijs en de hoeveelheden te bepalen. De bedrijven met monopolies innoveren niet langer.  Zij halen het meeste winst dank zij hun monopolies.

Innovatie, innovatie, innovatie (Citaat uit een artikel van ChinaSquare.be)
Su Bin, hoofd van de afdeling Economie en Technologie in de ACFTU, vestigde de aandacht op die werknemers die werden gehuldigd voor de technologische verbeteringen en innovaties die ze hadden aangebracht. China telt nu meer dan 58.000 werkplaatsen voor innovatie. Li Wanjun, de beste lasser van de Fabriek voor Treinstellen in Changchun, sprak een dankwoord uit waarin hij voorspelde dat de werknemers de missie zouden opnemen om van China ‘een welvarende maatschappij in alle opzichten’ te maken, de ontwikkelingsfase die door de CPC is afgekondigd. China mag volgens hem niet de hele tijd blijven bouwen op buitenlands talent. De Chinese arbeiders moeten ‘gemaakt in China’ omzetten in ‘bedacht en ontworpen in China’. Li heeft met zijn werkteam 21 nationale patenten gescoord, de afgelopen vijf jaar. Buitenlandse ondernemers hebben hem contracten aangeboden, maar hij blijft zijn bedrijf (waar hij al 28 jaar werkt) trouw. Premier Li Keqiang noemde hem ‘onze meesterlasser van de hogesnelheidstreinen’.

Verschil in de agrarische ontwikkeling tussen China en Nederland

China

landbouwDe Hoogleraren willen graag weten hoe het proces van agrarische ontwikkeling in Nederland heeft plaatsgevonden. Zij geven aan hoe de agrarische ontwikkeling in China verloopt. Om verdere urbanisering/verstedelijking te voorkomen wil de overheid industrie naar het platteland verplaatsen. Projectontwikkelaars zorgen voor woningen voor mensen die deze fabrieken gaan opbouwen. Door deze ontwikkeling wordt landbouwgrond van kleine en grote boeren ingenomen.

Het Westen

Rob: In het Westen zijn de boeren grotendeels verdwenen. Zij maken nog 2% van de bevolking uit. Door de mechanisering zijn jongeren weggetrokken van het platteland en naar de steden gegaan. In de steden gaan mensen meer consumeren. Er zijn meer mogelijkheden om geld uit te geven. Nederland heeft de kassenbouw en levert hoogwaardige tuinbouwproducten voor de export. Veel export wil niet zeggen dat dat goed is voor de bevolking. Zij verdienen daar niet veel aan. Handelaren en ondernemers wel. Dat was ook zo toen China een exporteconomie had. Wil je een welvarend land, dan moet je de consumptie in je eigen land promoten. Dat gebeurt op dit moment niet in het Westen. Overheden bezuinigen. Burgers doen dat ook. Het Westen gaat langzaam achteruit en de vroegere arme landen komen op.

Afsluiting

Rob sluit af met de opmerking : wil China de beste worden dan moet het land nieuwe nog niet bestaande producten ontwikkelen. Zoals Engeland andere producten maakten dan Nederland en de VS andere producten maakten dan Engeland, zo is nu China aan de beurt.
Op de opmerking van Rob dat de nieuwe producten met levende producten te maken hebben, zoals het werken met bacteriën, reageerden beide hoogleraren dat zij het daar mee eens zijn en dat er verschillende voorbeelden zijn van innovaties en uitvindingen waarmee China op dit moment experimenteert. Beiden  geven aan dat China op dit gebied veel investeert, vooral in de sectoren milieu en technologie. Westerse media bagatelliseren de genoemde ontwikkelingen in China.

Zowel Prof. Liu Hongshan als Prof. Zhi Hui Yang beamen dat China op het gebied van milieu en technologie een leidende rol gaat spelen.

 
 

13 comments for “Arrighi in Beijing

  1. Twee westerlingen die twee Chinese hoogleraren even gaan uitleggen hoe de economie eruit ziet…..
    Kom op, Chinasquare, dit soort westers superioriteits gebrabbel hoort op deze site niet thuis.

  2. Zoals aangegeven is er een historie. Met professor Hongshan is al jaren een discussie gaande. Het artikel is aan beide hoogleraren voorgelegd en zij hebben aangegeven dat dit een juiste weergave is van het debat.
    Kun je aangeven wat er niet klopt? Ik vertel op Chinese universiteiten een soortgelijk verhaal en Arrighi, Frank, McNeill, Braudel, Lughod, Denemark, Bergesen, Silver (allemaal ‘westerlingen) worden door Chinese studenten gelezen vanwege hun inzichten en overzicht.
    De reactie klinkt als een westers vooroordeel.
    Rob Groenhuijzen

  3. aan huub:
    sorry hoor maar meeste sinologen en tibetlogen zitten in het westen. dat er expert mening en data met elkaar delen is toch geen western imperialist. ik heb meer problemen met zogenaamde sinologen die op cnn en bbc verschijn met het leugen van het nieuwe macht (China) waar we moeten voor uitkijken. we weten allemaal dat zulke boeken goed verkoopt. ik denk chinasquere had wel over zulke professor gehad. ook nog je ziet nooit een tibetloog in cnn en bbc?????????????????

  4. Het gaat niet zozeer over wat er klopt of niet, het gaat mij om de volgende passages (chronologisch):
    *”Zij geven hiervoor economische verklaringen. In het Westen komen de boeren naar de steden om daar als fabrieksarbeider te werken en dat vindt niet plaats in China” Rob corrigeert het standpunt van de hoogleraren.
    *”Beide professoren geven aan dat dit de uitbuiting is van arbeiders in de fabrieken, vooral door buitenlandse ondernemers.” Rob weet het beter.
    *”Volgens de gastheren bepalen vraag en aanbod de markt in het westen en dus ook de vraag naar arbeid.” Rob weet het beter.
    *”Beide hoogleraren zeggen in navolging van Marx dat de concurrentie onder bedrijven er voor zorgt dat innovaties plaatsvinden.” Rob weet het beter.
    Dus niet inhoudelijk, alhoewel daar ook een stevige noot over te kraken valt. Het stoort me dat hier westerlingen Chinese hoogleraren de les gaan lezen.

  5. huub
    Kun je inhoudelijk aangeven wat er te kraken valt.
    Rob Groenhuijzen

  6. OK, die discussie doen we Rob, maar geef eerst even aan waarom jij het altijd beter weet dan 2 Chinese hoogleraren.

  7. Huub
    Ik heb eerder uitgelegd hoe de situatie met de twee hoogleraren is. Zij hebben vragen gemaakt en ik heb geantwoord en verduidelijkt.
    Marxisme is een westerse uitvinding en Chinese hoogleraren moeten ook een deel van de marxistische ballast kwijt.

  8. Hulde Rob, dat je de twee hoogleraren de gelegenheid bood om hun marxistische ballast kwijt te raken.
    De satire is verworden tot een klucht…

  9. Namens de redactie van ChinaSquare
    Wat Rob Groenhuijzen in Beijing heeft uiteengezet is zijn persoonlijke analyse, geïnspireerd door het werk van westerse academici. Uit de manier waarop hij die visie heeft gebracht blijkt voor sommige lezers een westers superioriteitsgevoel. Rob vindt het omgekeerde: Chinezen, ook professoren, kunnen ertegen als je je westerse kijk op China en de wereld geeft. De twee standpunten zijn geuit en de redactie van ChinaSquare zou dit debat nu graag afsluiten voordat het een dovemansgesprek dreigt te worden.
    Vanzelfsprekend zullen wij lezersbijdragen blijven publiceren met inhoudelijke argumenten die ingaan tegen de stellingen in andere lezersbijdragen.

  10. Ben net terug van vakantie, maar ik veronderstel dat ChinaSquare mij toch nog een opening laat om te reageren.
    Mooie inhoudelijke analyses van Rob: verhelderende argumentaties zowel vanuit westerse als vanuit Chinese standpunten. Dat is een zeldzame attitude onder China-waarnemers.
    Het is niet omdat de hoogleraren uit China komen dat ze echt weten wat er in China gebeurt. En het kan zijn dat westerlingen beter kunnen weten dan Chinezen. Het Westen heeft de wereld overheerst gedurende de laatste 200 jaren, ook in de academische wereld. Heel veel concepten zijn daardoor westers etnocentrisch van aard, wat niet noodzakelijk een juist beeld geeft van de realiteit. Om China te begrijpen is er dus een cultuurrelavistische houding nodig. Deze houding is gewoonweg de meest wetenschappelijke benadering van de realiteit en is niet afhankelijk van de huidskleur of van de nationaliteit op de paspoort.

  11. Sommigen noemen dit soort analyses een satire of klucht, maar zij beseffen vaak niet dat ze geconditioneerd zijn om te denken in dogma’s. Dit soort dogma’s worden momenteel gesloopt volgens de afnamesnelheid van de westerse macht in de wereld. Cultuurrelavistische analyses hoeven niet allemaal 100% correct te zijn, maar ze laten toe bestaande dogma’s in vraag te stellen. Je kan er niet mee eens zijn, maar geef dan tegenargumenten of een leg een alternatieve analyse voor.

  12. Ik heb de indruk dat die twee Chinese professoren een stuk minder wereldvreemd zijn dat de auteur van het artikel.

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *