Bij de Oeigoeren in Xinjiang (deel 1: Urumqi)

Donderdag was de eerste dag van mijn achtdaagse trip in Xinjiang, georganiseerd door de State Council Information Office. Onze groep bestaat uit een twintigtal medewerkers van media in landen langs de zijderoute. Buiten mijzelf, een Duitser, een Samoa en een verdwaalde Canadees allemaal Aziaten uit landen met significante islamitische groepen of meerderheden.

Panorama Urumqi Foto farwestchina.com Disclaimer

Onze trip start in Urumqi, de hoofdstad van Xinjiang. Op basis van de westerse media moest Urumqi een hellegat zijn met op iedere hoek een politiecontrole en overal camera’s voor gezichtsherkenning, waar de islam en de Oeigoerse cultuur uitgeroeid worden (of dat al zijn). Het is een verrassend grote, moderne stad in een woestijnachtige zandvlakte omringd door bergen. De luchthaven is ongeveer even groot als die van Zaventem, met tientallen vliegtuigen. We doen een uur over de rit naar het hotel, langs wegen op 3-4 niveaus en met veel files tijdens het spitsuur.

Aan de uitgang van de luchthaven staat één politieman met kogelvrije vest en afweerbeugel. Verder geen politie gezien behalve bij een kettingbotsing. In de stad de klassieke alomtegenwoordige camera’s voor verkeersovertredingen, die ook overal elders in China staan. Officieel geldt hier weliswaar de Beijing-tijd, maar we bevinden ons veel verder naar het Westen, dus in feite geldt een verschil van twee à drie uur. Het ontbijt valt daardoor tussen halftien en tien uur ’s morgens en het avondmaal om 21:00 uur. In het hotel is een aparte wifi per kamer. Mijn hotmail, Whatsapp en zoekmachine Bing zijn vlot te openen. Daarentegen komt alles wat van Google uitgaat er niet in.

Urumqi is ontstaan vanuit een oase aan de voet van de Tianshan-bergen in een doorgang tussen twee woestijnen. Het gebied rond Urumqi maakte al deel uit van China tijdens de Tang-dynastie tot in de tiende eeuw, was dan weer afgescheiden, om onder de Qing-dynastie in de achttiende eeuw definitief Chinees te worden. In de moderne tijd werd het de hoofdstad van Xinjiang en groeide geweldig. Enerzijds door geïrrigeerde gemechaniseerde landbouw, anderzijds door industriële ontwikkeling vergemakkelijkt door steenkool-,olie- en andere ertsvoorraden. Sinds het Belt and Road Initiatve (de nieuwe zijderoutes) in 2014 is de stad een belangrijke hub geworden voor de spoor- en wegverbindingen via Centraal Azië naar Europa.

Innovatieve industrie

Urumqi is nu een stad van meer dan drie miljoen inwoners. Door de economische migratie bestaat de meerderheid er nu uit Han. De stad zou er uitzien zoals elke andere grote Chinese stad met ontelbare torenflats ware het niet dat alle officiële borden tweetalig Mandarijn-Oeigoers zijn en er langs de weg enkele grote moskeeën met minaretten opvallen.

CRRC Urumqi Foto China Daily/uetd.gov.cn Disclaimer


We bezoeken CRCC, een filiaal van CRCC in Hunan, één van de twee grote fabrikanten van spoorwegmateriaal in China. Het bedrijf zit wereldwijd in de top-1.000; het is een staatsbedrijf én tegelijk beursgenoteerd. De afdeling in Urumqi werd opgericht in 2015, met de bedoeling boorschilden te maken voor de talrijke tunnels die de uitbouw van de regionale infrastructuur vergde. Nadien volgde diversificatie naar landbouwmachines: oogstmachines voor maïs maar vooral voor de katoenoogst die zeer belangrijk is in Xinjiang; deze is nu voor 80% gemechaniseerd. Eén machine plukt en verwerkt het katoen van 2 hectaren land; vroeger gebeurde dit werk door 300 arbeiders. De machines dienen nu enkel voor binnenlands gebruik, maar er wordt uitgekeken naar mogelijkheden voor uitvoer.
De fabriek ligt er proper en stil bij, de montagestraat is goed georganiseerd. Het onderdelenmagazijn wordt intelligent gestuurd. Er staan nogal wat afgewerkte machines op de parkeerplaats en onafgewerkte exemplaren in de montagehal. De toestellen zien er degelijk uit en het reclamefilmpje is overtuigend. Deze zijn uitgerust met ingevoerde Cummins-motoren. Er werken 360 mensen, maar we zien slechts een handvol hiervan. Velen zijn aan het werk op de velden, waar men nu met de oogst bezig is. De fabriek werkt zo te zien niet op volle kracht; vermoedelijk is de binnenlandse markt eerder klein voor deze speciale machines en de uitvoer moet dus nog starten (zie hoger).

Landbrug naar Centraal-Azië en Europa

De journalisten nemen foto’s van de International Land Port Foto China Daily Disclaimer

Ons tweede bezoek betreft de International Land Port van Urumqi. Dit project is gestart in 2015. Dit is de voornaamste hub voor landvervoer naar Centraal-Azië en Europa. Deze bestaat uit infrastructuur, die 7.000 internationale treinen per jaar kan behandelen. Daarnaast zijn er alle faciliteiten aanwezig voor internationaal vrachtvervoer tussen China en Centraal-Azië. Het is een ambitieus project met zones voor administratieve afhandeling, laden, lossen, stockeren (in een vrijhaven), verdelen, verhandelen en zelfs verwerken. Een groot deel moet nog gerealiseerd worden. De bestaande installaties verwerkten vorig jaar 1.000 treinen, dit jaar al bijna 900. Dat zijn er drie per dag. 80% van de treinen rijden naar landen van Centraal-Azië en 20% naar West-Europa. Traditioneel loopt het traject in twee weken via Kazachstan, Rusland, Wit-Rusland en Polen.
Een alternatieve route die Oost-Europa vermijdt gaat via Kazachstan, Oezbekistan, Turkmenistan, per boot over de Kaspische zee, dan door de Kaukasus naar de Zwarte zee en opnieuw per boot naar de Balkan. Momenteel wordt ook geëxperimenteerd met een route via Iran en Turkije. Een belangrijk plan is om via Kashgar het spoor naar Pakistan door te trekken tot in de haven van Gwadar aan het begin van de Perzische golf.

Een basis voor gematigd islamisme

Directeur Tumuniyazi van Islaminstituut Foto ts.cn Disclaimer

In de namiddag bezoeken we het Xinjiang Islamic Institute. Dit is een soort islamitisch seminarie. Dit is enkele jaren gelden verhuisd uit de binnenstad naar een gloednieuw en groter complex met bijhorende moskee. Hun capaciteit bedraagt nu 1.000 interne bachelor studenten in de islam. Wegens Covid-19 zijn er nog slechts 250, maar nu zullen er 300 per jaar bijkomen.  Het instituut heeft nog zeven filialen elders in Xinjiang.  
De directeur (met baard – was dat volgens onze media niet verboden?) leidt ons rond en vertelt dat ze een op Chinese leest geschoeide islam aanleren. Ze aanvaarden dat China een socialistisch land is, dat geleid wordt door de CPC. Ze accepteren de burgerlijke wetten en verwerpen illegale religieuze praktijken. Hij benadrukt hun goede contacten met en hun erkenning door moslims in andere landen. We bezoeken kantine, slaapzalen, klaslokalen en de moskee. Alles is piekfijn in orde, inclusief het halalvoedsel.
De bacheloropleiding hier bedraagt vier jaar. Daarna kunnen ze in Beijing een master volgen of in Xinjiang een verdere opleiding tot imam. De studiekosten zijn laag dankzij overheidssubsidies en voor arme plattelandsstudenten is de opleiding zelfs gratis. De kandidaat-studenten worden geselecteerd door één van de 100 islamitische verenigingen die Xinjiang telt. De lessen worden gegeven in het Mandarijn en het Arabisch (niet in het Oeigoers; er zijn immers nog andere islamitische minderheden aanwezig). De lessen bestaan uit islamkennis, het Mandarijn en Arabische taal, inleiding tot het Chinese wetssysteem en lessen cultuur en geschiedenis van China, Xinjiang en de islam.

Bestrijding extremisme, maar godsdienstvrijheid

Xinjiang Islamic Institute. Foto archnet.org Disclaimer

We kunnen nog een conferentie bijwonen met mogelijkheid tot discussie, geleid door professor Ma Pinyan, een erkende specialist van de religies in Xinjiang. Zijn uiteenzetting begint met de geschiedenis van de vele religies die in Xinjiang de revue passeerden (onder meer de ten tijde van Marco Polo uitgestorven Christelijke Nestorianen) en hoe sommige invloeden daarvan nog steeds bestaan in wat hij de gesiniseerde vorm van de islam noemt (met onder meer tolerantie tegenover alcohol, muziek en dans). Wat betreft de huidige politiek van China maakt hij een strikt onderscheid tussen religieuze politiek en bestrijding van terrorisme en extremisme. China garandeert totale godsdienstvrijheid en heeft het nieuwe instituut met 200 miljoen yuan (25 miljoen euro) gesubsidieerd. In Xinjiang zijn er nu 29.000 erkende islamitische geestelijken (op ongeveer 12 miljoen moslims). Een normale beleving van de islam wordt geen strobreed in de weg gelegd.
Bestrijding van terrorisme en extremisme is een compleet andere kwestie. Het terrorisme moest radicaal aangepakt worden na vele doden door aanslagen en rellen. Maar wat met extremistische ideeën zonder ernstige strafbare feiten? Hier komen de instellingen voor heropvoeding (deradicalisering en voor de werklozen ook beroepsopleiding) als oplossing aan bod. De professor gaat hier verder niet op in, er volgen nog andere lezingen rond de bestrijding van terrorisme en extremisme.
Tijdens de geanimeerde discussie met het publiek voeren vooral journalisten uit landen met een grote islamitische bevolking het woord. Hun benadering van de Chinese politiek is zonder uitzondering positief; zo willen ze bijvoorbeeld weten wat hun land van China kan leren bij de aanpak van radicalisme.

Dit artikel is het eerste in een reeks van vijf naar aanleiding van mijn studiereis naar Xinjiang in september 2023.
https://www.chinasquare.be/bij-de-oeigoeren-in-xinjiang/ Deel 1: Urumqi
https://www.chinasquare.be/bij-de-oeigoeren-in-xinjiang-2/Urumqi
https://www.chinasquare.be/bij-de-oeigoeren-in-xinjiang-3/Kashgar
https://www.chinasquare.be/bij-de-oeigoeren-in-xinjiang-deel-4-yining/
https://www.chinasquare.be/bij-de-oeigoeren-in-xinjiang-deel-5-conclusies/