China denkt na over Midden-Oosten

De gebeurtenissen in het midden-Oosten worden niet weggemoffeld. De media gaan er actief op in.
Via het internet hebben dissidenten in het buitenland opgeroepen om vorige zondag een ‘jasmijnrevolutie ‘ te starten in 13 grote Chinese steden. De respons was bijzonder laag, met enkele handvollen personen in Beijing en Shanghai, waarvan er velen alleen maar kwamen kijken.  Enkele ongewapende politiemensen volstonden om de betogers naar huis te sturen.
Dat neemt niet weg dat de evolutie in het Midden-Oosten in China met veel aandacht gevolgd wordt. De Chinese media vallen daarbij gunstig op . De berichtgeving is zakelijk en vervalt niet in sensatiezucht en speculaties, men geeft standpunten weer van de verschillende betrokken partijen in plaats van uitgesproken één kant te kiezen. Ook duiding ontbreekt niet en die gaat verder dan de slogan ‘de Arabieren willen democratie’. En men vraagt zich wel degelijk af of er voor China lessen uit de Arabische revoluties te trekken zijn.
Global Times, waarvan de Engelstalige versie  naar eigen zeggen China’s visie op de wereld wil bekend maken, publiceerde twee dagen na mekaar een editoriaal over de kwestie.In een eerste editoriaal wordt erop gewezen dat de omwentelingen in het Midden-Oosten de belangrijkste gebeurtenissen van de laatste 20 jaar zijn en het globale evenwicht in de wereld van de laatste 50 jaar zullen veranderen. Het wordt niet met naam genoemd maar het is duidelijk genoeg: dit is de belangrijkste gebeurtenis sinds de val van het communisme in Oost-Europa en het bedreigt de Israelisch-Amerikaanse overheersing van het Midden-Oosten. 
China van zijn kant zal uitkijken hoe het de risicos die aan grote veranderingen verbonden zijn, kan omvormen tot nieuwe kansen. Globale concurrentie is een wreed proces, zelfs in normale tijden. Wat nu begonnen is in het Midden-Oosten zal  tijd vergen want het gaat niet om kleine aanpassingen maar om een globale herpositionering.
China heeft geluk gehad met zijn hervormingspolitiek en heeft daardoor grote voordelen uit de globalisering kunnen halen en is sterk vooruitgegaan. De Arabische wereld daarentegen is slachtoffer van de globalisering. De val van de Sovjet-Unie heeft hen in een zwakke positie tegenover Israel achtergelaten. Sommige regeringen keken naar de USA voor steun, maar de meerderheid is er niet in geslaagd in de nieuwe omstandigheden een strategisch ontwikkelingsplan te realiseren.
Revoluties zijn één zaak, de interne middelen om die tot een goed einde te brengen een andere. Het is mogelijk dat het islamitisch fundamentalisme opkomt. Regionale machten kunnen wankelen. Democratie opbouwen zal tijd vergen. De belangrijkste les uit de gebeurtenissen in Oost-Europa is dat de globalisering weinig tijd en mogelijkheden  geeft aan landen in transitie om hun eigen agenda te bepalen.
Global Times besluit met een nauwelijkse verholen verwijzing naar het Chinese model: De toekomst behoort toe aan landen die zich op een kalme en vreedzame manier kunnen aanpassen en hervormen. De kracht van naties hangt af van hun mogelijkheden om politiek in te spelen op een nieuwe situatie.
Een tweede editorial heeft de veelzeggende titel: ‘De opkomst van China vereist rijpheid van zijn burgers’ en betrekt de gebeurtenissen in het Midden-Oosten op de binnenlandse politiek. Het gaat als volgt:
De centrale regering hecht veel belang aan modern goed bestuur; dat vereist de actieve deelname van brede lagen van de bevolking. Stabiliteit in een maatschappij vereist de medewerking van het grote publiek, en in het bijzonder van de elites. China is een groot land met veel mensen dat talrijke sociale problemen kent. De ontwikkeling mag dan al heel snel zijn, toch kunnen veel klachten aan de basis niet op korte termijn opgelost worden. Klachten zijn normaal. Via het internet of de GSM sensationele klachten rondsturen is vandaag de dag gemakkelijk. Een maatschappij organiseren zodanig dat iedereen er op een stabiele gelukkige manier kan leven is daarentegen erg moeilijk.
De meeste mensen denken dat de Chinese maatschappij zich verder zal omvormen op een standvastige en vreedzame manier. Maar grootschalige sociale onrust is in theorie niet uitgesloten. Iedere vaderlandslievende burger heeft dan ook de plicht mee te werken aan de inspanningen van de regering. Intellectuelen hebben een bijzondere verantwoordelijkheid. Beweren dat intellectuelen vooral kritiek moeten geven is een eenzijdige benadering en geeft onverantwoorde elementen een excuus. De enkelingen die de stabiliteit willen ondermijnen en de regering tegenwerken gaan in tegen de doeleinden van China in de 21ste eeuw.  Het doel is een modern land  dat op een democratische manier bestuurd wordt. Vooraleer  dat kan bereikt worden zijn  echter nog tientallen jaren nodig. De verjonging van China als natie is een droom van generaties ver, men in de 21ste eeuw wil realizeren. Dat kan alleen indien China een sterke sociale cohesie behoudt.
De vooruitgang van China is onvolmaakt en kent problemen. Maar geen daarvan mag een voorwendsel worden om het bestuur van de maatschappij in vraag te stellen. Het tempo van de Chinese ontwikkeling is adembenemend en trekt de aandacht van de hele wereld. Maar vele verklaringen van die vooruitgang zijn pure speculatie. In dezelfde zin grijpen sommigen de onrust in het Midden-Oosten aan om te proberen China in de verkeerde richting te sturen.  China moet verder gaan op het pad van de ontwikkeling aan zijn eigen tempo. Zo kunnen fouten gemakkelijk verbeterd worden.  Belangrijk is dat we weten waar we heen willen en tegelijk  onze richting kunnen aanpassen wanneer het misloopt, aldus Global Times.

1 comment for “China denkt na over Midden-Oosten

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *