China heeft in de Verenigde Naties namens 26 landen gevraagd om het opheffen van eenzijdige sancties, die volgens hen een schending van de mensenrechten inhouden. De ondertekenaars tonen zich in het document verder bezorgd over rassendiscriminatie.
De verklaring van de 26 landen maakte deel uit van het Algemeen Debat van het Derde Comité van de Algemene Vergadering van de VN. Het Derde Comité buigt zich ieder jaar over sociale en humanitaire kwesties en mensenrechten. Het vergadert de hele maand oktober.
De 26
Zhang Jun, de permanente vertegenwoordiger van China bij de Verenigde Naties diende de verklaring in namens Angola, Antigua en Barbuda, Wit-Rusland, Burundi, Cambodja, Kameroen, China, Cuba, De Democratische Volksrepubliek Korea, Equatoriaal-Guinea, Eritrea, Iran, Laos, Myanmar, Namibië, Nicaragua, Pakistan, Palestina, Rusland, Saint Vincent en de Grenadines, Zuid-Soedan, Soedan, Suriname, Syrië, Venezuela en Zimbabwe.
In ’tijden van corona’
De landen stellen vast dat de COVID-19 pandemie alle naties zwaar blijft treffen en vooral de landen in ontwikkeling. Er is daarom mondiale solidariteit nodig en internationale samenwerking. ‘We zijn echter voortdurend getuige van de toepassing van eenzijdige dwangmaatregelen, die in strijd zijn met het doel en de principes van het VN-Handvest en het internationaal recht, het multilateralisme en de basisnormen van internationale betrekkingen’, zei Zhang.
Sancties schaden mensenrechten
Die ‘eenzijdige dwangmaatregelen’ hebben volgens de Chinese woordvoerder ontegenzeggelijk een weerslag op de mensenrechten. Het gevolg ervan is immers dat landen zich niet volledig sociaal en economisch kunnen ontwikkelen. Ze schaden het welzijn van de bevolking in staten die er het slachtoffer van zijn. Ze benadelen daarbij vooral vrouwen, kinderen (ook jongeren), bejaarden en mensen met een beperking. Met ‘eenzijdige dwangmaatregelen’ of ‘unilaterale sancties’ bedoelen de indieners van de verklaring bijvoorbeeld handelsembargo’s en het bevriezen of de inbeslagname van financiering en investeringen.
Het belang van geneeskundige zorg voor allen
Sancties van een land of groep landen tegen een ander lid van de Verenigde Naties ondermijnen het recht op gezondheid want ze bemoeilijken de toegang tot geneesmiddelen, medische behandelingen, kennis, toestellen en voorraden. ‘Vooral in de context van de COVID-19 pandemie is dit van groot belang. Belangrijke VN-functionarissen en vele leden van de internationale gemeenschap erkennen de zware negatieve impact van dit soort maatregelen’, aldus Zhang Jun
Eerdere initiatieven
De verklaring van de 26 landen hierover, ingediend door China, moet worden toegevoegd aan het beroep dat anderen de afgelopen maanden deden op de leden van de VN en van de wereldgemeenschap. In maart vroegen Antonio Guterres, secretaris-generaal van de VN, en Michelle Bachelet, hoog commissaris voor de mensenrechten, om te stoppen met sancties die het landen moeilijk maken om te reageren op COVID-19. China heeft zich eerder al, samen met de Group of 77 at the UN, uitgesproken voor het afschaffen van sancties tegen derdewereldlanden. Ook de Beweging van Niet-Gebonden Landen deed dat. De Algemene Vergadering van de VN heeft sterk aangedrongen op gezamenlijke en gecoördineerde respons ten aanzien van COVID-19 en op het stopzetten van eenzijdige economische, financiële en tegen de handel gerichte maatregelen die niet in overeenstemming zijn met het internationale recht en het Handvest van de VN. China en de andere 25 indieners kijken dan ook uit naar het werk van de instellingen en verantwoordelijken voor de mensenrechten bij de organisatie voor de afschaffing van de ‘eenzijdige dwangmaatregelen’.
Racisme en Covid-19
Het andere thema in het document van de 26 landen is het racisme. Er wordt verwezen naar de Durban Declaration and Programme of Action van 20 jaar geleden tegen de rassenhaat. De dood van George Floyd, het neerschieten van Jacob Blake (in de VS), de onevenredig hoge aantallen besmettingen en doden onder de bevolking van zwarten en andere minderheden in ‘bepaalde landen’ zijn volgens het document van China en 25 andere VN-lidstaten het gevolg van blijvend racisme, sociale ongelijkheid en politiegeweld. Ook de gezondheidssituatie van migranten in ‘immigratiedetentiecentra’ wijzen op een hedendaagse vorm van racisme, die zeer zorgwekkend is. De Raad voor de Mensenrechten heeft hierover een resolutie die de indieners van de verklaring onderschrijven en waarvan zij volledige toepassing vragen.
Draagvlak
Het is duidelijk dat de verklaring van de 26 landen verwijst naar maatregelen van de Verenigde Staten (denk bijv. aan Cuba, Iran, Hongkong) en andere westerse landen en naar wantoestanden in westerse blokken (denk bijv. aan vluchtelingenkampen) Voelen zij, hoewel ze niet met naam worden genoemd, zich aangesproken of aangevallen en is dat de reden waarom zij het indienen van die tekst aan anderen hebben overgelaten of waarom bondgenoten in de Derde Wereld zich dit keer niet bij de 26 ondertekenaars hebben gevoegd, of dat niet hebben aangedurfd? In elk geval wordt de roep om embargo’s en financiële sancties door een of enkele landen op te heffen, zeker nu met COVID-19, en om maatregelen die het racisme eindelijk structureel kennen bestrijden heel breed gedragen in de hele wereld. Dat blijkt uit de vele andere stemmen die het afgelopen jaar hiervoor hebben weerklonken.
Xinhua, UN.org (de officiële website van de VN), Wikipedia