China en Japan UPD

Op de drievoudige ramp  in Japan wordt op drie manieren gereageerd in China. Solidariteit, evacuatie en waakzaamheid. Beijing is tevreden over de informatie vanuit Tokio en over de samenwerking en hoopt dat dat zo blijft.
Solidariteit
China geeft geld, brandstof en hulpgoederen. In totaal is er meer dan dertig miljoen yuan (bijna vier miljoen euro) voor hulpverlening geschonken aan Japan, maar die som blijft stijgen. De regering en het rode kruis regelen de donaties. Ook het leger heeft hulp aangeboden: reddingsteams e.d. De kustprovincie Jilin geeft extra geld en levert bijkomende hulp. Chinese steden die een stedenband hebben met steden in de getroffen gebieden, zoals Whenzhou met Ishinomaki in het getroffen gebied van Miyagi, doen een speciale inspanning. Verder zijn er privé-initiatieven zoals die van collectes onder de studenten van de Tsinghua-universiteit, geldinzamelingen op openbare plaatsen en bij voetbalwedstrijden en een miljardair die geld heeft gegeven en persoonlijk gaat helpen bij de hulpverlening. De universiteiten met Japanse studenten, o.a. Fudan en Shenyang, zorgen voor psychologische begeleiding. De nationale regering en de collega’s in provincies hebben hun medeleven betoond en zeggen toe elke vorm van hulp die Japan vraagt, te zullen bieden in de mate van het mogelijke. Wen Jiabao heeft beloofd dat China wat dat betreft stand-by blijft.
De media wijzen op de solidariteit die er ook vanuit andere landen is, met de nadruk op de Aziatische landen en op de inspanningen geleverd door Cuba. Het medeleven onder de bevolking is groot, dat blijkt uit de niet aflatende belangstelling voor de berichtgeving, uit straatinterviews en berichten op Sina’s Weibo, het Chinese Twitter. De indruk ontstaat dat de ramp en de solidariteit waarmee de Chinezen reageren de twee volkeren weer wat nader tot elkaar brengen. Zo zou de tragedie een bijdrage kunnen leveren aan het overwinnen van de laatste restanten van de wederzijdse wrok om de gebeurtenissen uit de tweede wereldoorlog en aan het oplossen van recente spanningen.
Liu Jiangyong, de onderdirecteur van het Institution of International Strategic Studies van de Tsinghua-Universiteit, en een invloedrijk opiniemaker, voegt daar in de Global Times enkele opmerkelijke overwegingen aan toe. Het verheugt hem dat zijn land onmiddellijk hulp heeft geboden, hoewel het op dit moment zelf nog worstelt met de aardbeving in Yunnan. Volgens hem is China beslist de hulp niet vergeten die het ontving van Japan bij de enorme aardbeving van 2008 in Wenchuan, Sichuan. Als de natuur zo wreedaardig toeslaat is het ook normaal dat de mensen hun politieke geschillen en nationale verschillen opzij zetten. Van nature zijn mensen in alle landen hulpvaardig volgens hem en hij hoopt dat dit ook boven komt bij de Chinezen die in Japan verblijven en dat ze hun verantwoordelijkheid nemen bij de hulpverlening. Verder wijst Liu op de positieve banden tussen de beide landen die ook al eeuwenoud zijn en op de hedendaagse economische en handelsbetrekkingen die China en Japan aanmoedigen om elkaar bij te staan en samen weer vooruit te gaan. Liu merkt verder op dat de Chinezen onder de indruk zijn van de nuchtere en gedisciplineerde manier waarop de Japanners de crisis aanpakken en dat ze daarvan kunnen en willen leren.
Evacuatie
Er waren 22.000 Chinese burgers in Japan op het moment van de drievoudige ramp, bijna drieduizend van hen verbleven in Iwate, een van de rampgebieden. Het is nog niet duidelijk hoeveel van hen het slachtoffer zijn geworden van de rampen. Omwille van het stralingsgevaar en de zware problemen met de kerncentrale heeft de ambassade gezorgd voor hulpverlening en bussen die burgers vanuit het rampgebied naar het vliegveld van Narita hebben gebracht. Daar konden ze het vliegtuig naar huis nemen. Het gaat onder andere om studenten. Die hebben overigens gezegd dat ze zeker teruggaan zodra de situatie weer veilig is. Meer dan 4000 Chinezen zijn intussen via Dalian en Qingdao naar huis teruggekeerd. Een bijkomend probleem is het verlies van visa en verblijfsvergunningen waardoor zowel het verdere verblijf als de terugkeer van de mensen wordt bemoeilijkt.
Waakzaamheid
De bouw van nieuwe kerncentrales is opgeschort. De regering heeft ook in China besloten alle centrales te laten controleren. De zes bestaande centrales blijven wel werken. De straling wordt gemeten in de kustgebieden. Bij het vliegveld van Qingdao testen inspecteurs passagiers, bagage en vracht uit Japan op mogelijke radioactieve straling.
De nationale dienst voor nucleaire veiligheid die ressorteert onder het milieuministerie heeft opdracht gekregen om de controles op radioactieve staling op te voeren en uiteraard onmiddellijk voor gevaar te waarschuwen, als dat aan de orde is. Op de website van de dienst worden elke dag de resultaten van de metingen getoond. Experts aangesteld door de overheid, verzekeren de bevolking dat er tot nog toe geen stralingsgevaar is, onder andere omdat de straling wordt verdund in de lucht en in het zeewater.
Reuters meldt dat China Japan heeft  gevraagd om verder stipte en accurate informatie te blijven geven over de straling uit de beschadigde kerncentrale. Het persbureau benadrukt echter dat de woordvoerder van Buitenlandse Zaken, mevrouw Jiang Yu, al de tevredenheid van de Chinese regering heeft uitgesproken over de regelmatige updates die er uit Japan komen. Japan, net zoals China lid van het Internationaal Atoomagentschap, heeft de verplichting om de wereld op de hoogte te houden van de ontwikkelingen, de risico’s en de maatregelen. Ten aanzien van China neemt Tokio in elk geval zijn verantwoordelijkheid, aldus Jiang Yu, want Tokio en Beijing zijn constant in contact met elkaar.
Bronnen: Xinhua, Global Times, Reuters
Zie ook  http://news.xinhuanet.com/english2010/video/2011-03/17/c_13783574.htm

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *