China en Vietnam spreken af om hun economische krachten te bundelen rond het Belt and Road Initiative. Hun moeizame relatie over de Zuid-Chinese Zee blijft relatief stabiel.
De Vietnamese toppoliticus Pham Binh Minh brengt een vierdaags bezoek aan China. Minh is de Vietnamese vicepremier en minister van Buitenlandse Zaken.
Stuurgroep
Yang Jiechi en Pham Binh Minh namen samen het voorzitterschap waar van de 10e zitting van de Stuurgroep voor Samenwerking tussen China en Vietnam. Yang Jiechi is het lid van de Staatsraad (het kabinet) verantwoordelijk voor Buitenlandse Zaken. Zij hebben na afloop een officieel communiqué uitgegeven.
(video: http://news.xinhuanet.com/english/2017-04/17/c_136215994.htm)
Betere betrekkingen
Yang vroeg om van de wederzijdse bezoeken die dit jaar op het programma staan een succes te maken. De hoogste leiders van China en Vietnam zullen elkaar in Beijing en Hanoi ontmoeten. Yang drong verder aan op inspanningen om de publieke opinie in de twee landen te bewerken zodat er meer vriendschap over en weer zou groeien. Minh verzekerde zijn gesprekspartners ervan dat zijn land het grootste belang hecht aan een veelzijdige samenwerking op lange termijn met China. In januari was Nguyen Phu Trong, de leider van de Communistische Partij van Vietnam, vier dagen in China. Dat betekende de zoveelste stap naar een heropleving van de goede Chinees-Vietnamese betrekkingen.
Economische basis
Yang en Minh beloofden dat China en Vietnam samen gaan bouwen aan de nieuwe Zijderoutes (het Belt and Road Initiative). Het is duidelijk dat een land als Vietnam dat deel uitmaakt van de regio rond de Mekongrivier veel te winnen heeft bij het BRI, een besef dat bijvoorbeeld groeit in Hongkong. Ook zullen de twee buurlanden de ontwikkeling bevorderen van twee economische corridors die de Chinese provincies Yunnan en Guanxi met Vietnam verbinden. De economische zone van de Baai van Beibu (de Golf van Tonkin in het Vietnamees) krijgt verder de nodige aandacht. Volgens een expert van het China Institute of Contemporary International Relations, is er een stevige economische basis voor verbeterde betrekkingen tussen de twee socialistische landen. ‘De toestand van de wereldeconomie blijft weinig hoopgevend. China en Vietnam zijn echter twee landen waar de economie snel blijft groeien. Dat verhoogt de aantrekkelijkheid van hun bilaterale samenwerking’. Volgens officiële cijfers uit Vietnam bedraagt de invoer uit China tijdens het eerste kwartaal van 2017 al 11,9 miljard dollar, een toename van 12,3%.
Met elkaar in zee
Over de Zuid-Chinese Zee deden Yang en Minh een positieve maar vrij vage uitspraak. China en Vietnam zullen ‘op een correcte manier omgaan met hun meningsverschillen om die in de hand te houden. Zij willen de maritieme vrede en stabiliteit bewaren’. Toevallig vertrokken op 17 april politieschepen vanuit China en Vietnam voor een gezamenlijke inspectie van de visserij in De Golf van Beibu/Tonkin. In dat gebied is er al eeuwenlang visvangst door vissers uit beide landen. Sinds 2006 zijn er gezamenlijke inspecties, opgevoerd tot twee per jaar in 2016. Dit is een manier om een deel van Zuid-Chinese Zee samen op een vreedzame manier te benutten.
Pham Binh Minh, de Vietnamese vicepremier en minister van Buitenlandse Zaken is tot en met dinsdag in China. Hij heeft samen met Yang Jiechi het jaarprogramma voor samenwerking opgesteld. Hij had verder een ontmoeting met Senaatsvoorzitter Yu Zhengsheng, de vierde man in de partijhiërarchie van de CPC.
Xinhua, Vietnam Business Forum (het blad van de Vietnamese kamer van Koophandel), China Daily Asia, The Diplomat
