Wan Gang is gewezen minister van wetenschap en technologie. In die functie zorgde hij voor een doorbraak van elektrische voertuigen in China. In een interview met Bloomberg ziet hij de tijd gekomen voor de volgende revolutionaire stap: de auto op waterstof.
Elektrische voertuigen rijden nu op batterijen. De volgende stap zijn auto’s met brandstofcellen op waterstof. Die cellen zetten waterstof om in elektrische stroom met water als restproduct zodat opslag in grote batterijen wegvalt. Waterstof tanken gaat sneller dan een batterij opladen en de voertuigen hebben een grotere actieradius. De technologie bestaat al maar is nog te duur. Indien China er volop in investeert, dan moet de prijs snel kunnen dalen.Wan Gang was van 2013 tot 2018 minister van wetenschap en technologie en is ondervoorzitter van de Zhi Gong partij (één van de acht erkende partijen). Hij slaagde er al eerder in zijn visie voor de snelle overschakeling op elektrische voertuigen in China te laten aanvaarden. Minder vervuiling, minder afhankelijkheid van olie-invoer, en een stevige positie in een nieuwe speerpuntsector waren zijn argumenten. Bouwers van elektrische voertuigen en kopers kregen royale subsidies. De helft van alle verkopen van elektrische voertuigen in de wereld gebeurt vandaag in China. Dat verplichtte de auto-industrie wereldwijd de klassieke verbrandingsmotor in vraag te stellen.
Tijd rijp voor waterstofrevolutie
Volgens Wan is nu de tijd rijp om in China op grote schaal voertuigen met brandstofcellen op waterstof te introduceren. China moet zwaar investeren in brandstofcellen. De mening van Wang telt, want hij is ondervoorzitter van een nationale adviesraad wat hem feitelijk machtiger dan een minister maakt.
Praktisch betekent dit dat de overheid geld zal vrijmaken voor de ontwikkeling van dit soort voertuigen. Dit gaat samen met het geleidelijk afschaffen van het subsidieprogramma voor elektrische voertuigen. Die technologie zou nu voldoende rijp moeten zijn om op eigen benen te overleven. Het afschaffen van de subsidies zal de minder goede autobouwers uitwieden zodat alleen de besten overblijven. Sommigen vrezen echter dat de afschaffing van de subsidies vooral zal gevoeld worden bij de goedkoopste modellen, die daardoor onbetaalbaar voor de doorsnee koper kunnen worden. Die kan voorlopig nog een model vinden dat met subsidies minder dan 8000 euro kost.
Brede belangstelling
Toyota en Hyundai werken al op waterstoftechnologie. Zuid-Korea toont grote belangstelling. Japan streeft tegen 2020 naar 40.000 voertuigen maar haalt de doelstelling waarschijnlijk niet.
In Europa heeft Mercedes-Benz een versie van de GLC SUV op waterstof en er zijn beperkte promotie-inspanningen in Californië.
Tot nog toe is met waterstof in China nog niet veel gebeurd. Er rijden slechts 1.500 voertuigen met brandstofcellen rond, tegen 2 miljoen volledig elektrische wagens. Maar indien China van dit soort voertuigen een nationale prioriteit maakt, dan gaan we wereldwijd een keerpunt bereiken.
Brandstofcellen op waterstof zijn nog duur, ze bevatten immers platina. Een bijkomende complicatie is het opslaan van waterstof, en het uitbouwen van een net van tankstations. Dat is niet evident want waterstof is uiterst ontvlambaar. Er is nog werk voor de boeg om dit op een betaalbare manier op te lossen.
Vooral bussen en vrachtwagens voor langere afstanden
Wan denkt dat elektrische wagens vooral goed zijn voor korte afstanden, bijvoorbeeld binnen de steden, terwijl bussen en vrachtwagens die lange afstanden afleggen beter naar waterstof overschakelen.
In China kijkt men vooral naar bussen. Het is al de onbetwiste wereldleider in elektrische bussen met 99% van de wereldmarkt in 2018. Die bussen dienen vooral voor de korte afstand binnen de steden. Bussen met brandstofcellen op waterstof kunnen de lange afstanden aan, ongeveer 500 kilometer met één tank waterstof. En de vraag voor lange-afstandsbussen in China is volgens Wan vijf maal hoger dan voor de stadsbussen.
Wan zegt dat de promotie van waterstofvoertuigen gebeurt in pilotregio’s waar men waterstof produceert, opslaat en een net van tankstations bouwt. Op dit moment zijn er omwille van de veiligheid nog beperkingen op tankstations voor waterstof.
Wan denkt niet dat er snel een algemeen verbod op de verkoop van voertuigen met verbrandingsmotor komt. Elke provincie zal zijn eigen accenten kunnen leggen. Er is nu al een nationaal systeem dat autobouwers verplicht stap voor stap meer elektrische (of waterstof) voertuigen te bouwen. Wie de quota niet haalt moet rechten afkopen van concurrenten die beter presteren dan verplicht.
Bronnen: Bloomberg, South China Morning Post