China’s grote internetschoonmaak – deel 2: flinke tik voor fintech

Dit artikel van Ed Sander* verscheen op 28 januari op de website China Talk. Het is het tweede van een reeks die ChinaSquare in overleg met de auteur overneemt.


Original images by Julien Tromeur and Alexander Lesnitsky.

Op 3 november kondigden de toezichthouders op de financiële markt nieuwe reguleringen voor microleningen aan. Het leidde tot het stilleggen van de beursgang van de aan Alibaba gelieerde Ant Group door de beurs in Shanghai. Een half uur later trok Ant zelf zijn gelijktijdige beursgang in Hong Kong in. Volgens sommigen was alles het gevolg van een kritische speech die Jack Ma twee weken eerder had gegeven tijdens een bijeenkomst met financiële kopstukken. Wie iets verder kijkt ziet echter, dat er veel meer aan de hand is. De ontwikkelingen passen in een serie van aanscherpingen van wetten en regels voor de tot voor kort wildwestachtige Chinese internetsector. In deze serie artikelen nemen we deze maatregelen onder de loep. In het eerste deel keken we naar de nieuwe antimonopoliewetgeving, in dit tweede deel kijken we naar de nieuwe regels voor de fintechmarkt.  

Financiële holdings voor fintech

Chinese banken klagen al lange tijd over het feit dat voor Chinese techbedrijven die financiële diensten verlenen niet dezelfde regels gelden als voor financiële instellingen. De macht van internetbedrijven, die de afgelopen jaren financiële diensten als betalingen, vermogensbeheer, leningen en verzekeringen zijn gaan aanbieden, is intussen alleen maar gegroeid. De overheid, die staatsbanken kan inzetten om de economie te sturen, zag hiermee ook langzaam haar controle over de financiële markt wegglippen. Maar daar lijkt nu een einde aan te komen…

In 2017 greep de overheid al in tegen vermogensbeheerproducten als Ant Group’s Yu’E Bao die met hun hoge rentes en vrij opneembare deposito’s hadden gezorgd voor een bank run. Yu’E Bao was enige tijd het grootste geldmarktfonds ter wereld, tot de overheid ingreep.

In 2017 werd het inperken van risico’s in de financiële markt door Xi Jinping aangewezen als een van de ‘drie kritische gevechten’ die het land de daaropvolgende drie jaar aan moest gaan om economische groei van een hogere kwaliteit te garanderen (de andere twee waren verbetering van armoedebestrijding en het gevecht tegen milieuverontreiniging).

De overheid had genoeg redenen om argwanend te zijn. De markt voor peer-to-peer-leningen die particuliere leners en geldschieters aan elkaar koppelde was binnen korte tijd uitgegroeid tot een 5.000 platforms, 50 miljoen klanten en 3 biljoen yuan aan transacties per jaar. Maar de markt implodeerde door fraudeurs en leningen die niet werden terugbetaald. De overheid greep opnieuw in en toen het stof optrok waren investeerders in totaal $122 miljard armer. Zoiets zouden ze niet nog eens laten gebeuren en de prospectus voor de beursgang van Ant, waarin het zijn marktleiderschap in diverse financiële sectoren beschreef, deden afgelopen zomer zeker wat extra alarmbellen rinkelen. De schulden van de Chinese huishoudens zijn de afgelopen 5 jaar gestegen tot bijna 60% van het bruto nationaal product. Minder dan de 75% in de Verenigde Staten, maar de snelle groei lijkt sterk op die in de V.S. net voor de financiële crisis van 2008.

In november 2018 had de centrale bank (People’s Bank of China) al aangekondigd meer toezicht te gaan houden op niet-financiële instellingen die de financiële markt hebben betreden. Bijna twee jaar later, op 11 september 2020, kondigde de regering eindelijk aan dat dergelijke bedrijven die activiteiten hadden in twee of meer financiële sectoren een vergunning dienden aan te vragen om te mogen opereren als financiële holding (het voorstel voor deze regulering dateert overigens al van 26 juli 2020). Daarbij gelden o.a. strenge kapitaalvereisten, eisen voor transparantie in organisatiestructuur, bescherming van klantgegevens en beperking van vrijheden van aandeelhouders.

Dergelijke bedrijven bewogen zich in een grijs gebied qua regulering en hun ongecontroleerde expansie in de markt zou leiden tot aanzienlijke risico’s voor het financiële systeem. Bedrijven op wie de regels van toepassing waren kregen vanaf de ingang op 1 november één jaar de tijd om orde op zaken te stellen en een vergunning aan te vragen bij de centrale bank.

Na deze aankondiging gaf Ant Group in september aan van plan te zijn een vergunning als financiële holding aan te vragen voor Zhejiang Finance Credit Network Technology Co. Ltd., een dochteronderneming waar Ant drie financiële entiteiten in had ondergebracht. Ant had echter nog diverse andere business units die niet binnen Zhejiang Finance waren georganiseerd (o.a. microleningen Huabei, Jiebei en vermogensbeheer Yu’E Bao) waar niets over gezegd werd. Het leek er daarnaast al snel op dat Ant’s verwoede pogingen om zichzelf te positioneren als een techbedrijf dat diensten verleent aan financiële instellingen, maar zelf geen financiële instelling was (het veranderde afgelopen zomer bijvoorbeeld de naam van Ant Financial naar Ant Group) er bij de toezichthouders niet in gingen.

Microleningen

Traditionele banken in China bieden de consument wel de mogelijkheid om een hypotheek af te sluiten, maar minder vaak mogelijkheden voor consumptief krediet of andere consumentenleningen. Door gebrek aan data waarmee kredietwaardigheid van consumenten bepaald kan worden zijn credit cards ook niet wijdverspreid, zeker niet buiten de grote steden. Om deze reden willen banken ook graag een onderpand bij het verstrekken van een lening.

Ant Group en andere fintechbedrijven pakten het anders aan. Ze beschikken over een grote hoeveelheid data, o.a. uit de mobiele betaalapps die ze exploiteren (Alipay in het geval van Ant) en kunnen daarmee de kredietwaardigheid van een consument bepalen en zonder onderpand leningen verstrekken. Met de consumentenleningen van Huabei en Jiebei is Ant Group binnen een paar jaar uitgegroeid tot de grootste aanbieder van consumentenleningen in China, met bijna 16% marktaandeel, gevolgd door Weilidai van Tencent (onderdeel van WeBank) met minder dan 5%.

Nadat de toezichthouders op 1 juli al nieuwe regels voor verstrekking van microleningen door commerciële banken hadden gecommuniceerd en in augustus maximale rentetarieven hadden vastgesteld op 15,4% volgden op 2 november extra regels voor online aanbieders van dergelijke microleningen. De regels waren bedoeld om “de online microleningen van microkredietverstrekkers te reguleren, risico’s van online microleningen te voorkomen, de wettelijke rechten en belangen van verstrekkers en klanten te beschermen en de gezonde ontwikkeling van de online microleningen te bevorderen.”

De belangrijkste regels zijn als volgt samen te vatten:

  • Aanbieders van microleningen mogen alleen zaken doen in de provincie waar ze geregistreerd zijn en zonder toestemming van de toezichthouders daarbuiten geen leningen aanbieden. Bedrijven die al actief zijn in de sector krijgen 3 jaar de tijd om te voldoen aan deze regel. De vergunning voor microleningen door Ant Group is geregistreerd in de stadsprovincie Chongqing en bedoeld voor regionale verstrekking en dus niet toereikend. Daarnaast sluist Ant de leningen door naar regionale banken die ook niet gemachtigd zijn microleningen te verstrekken buiten hun eigen provincie. Dergelijke banken, die zich vaak in minder ontwikkelde delen van China bevinden, zijn echter zeer geïnteresseerd in het verstrekken van leningen aan de kooplustige consumenten in de grote steden en kustprovincies.
  • Bij microleningen die worden aangeboden in samenwerking met andere financiële instellingen dient de verstrekker minimaal 30% van de lening zelf te financieren. Dit was het grootste struikelblok voor Ant Group. Ant financierde maar 2% van de leningen en schoof de rest van het risico door naar de banken die de lening verstrekken en gehouden waren aan die 30%-regel. Om te voldoen aan deze regel zou Ant Group de uitstaande leningen drastisch moeten verlagen of zijn kapitaal met miljarden (volgens Bloomberg naar schatting 70 miljard RMB) moeten uitbreiden.
  • Verstrekkers van microleningen mogen niet meer dan 16 keer de omvang van de eigen netto activa uit hebben staan aan leningen. Volgens analisten was dat bij Ant Group ongeveer 60 keer.
  • Eigen financiering door bankleningen of van aandeelhouders mag niet hoger zijn dan het netto vermogen van de microleningenverstrekker. Andere financiering via schulden mag niet meer dan vier keer het netto vermogen van het bedrijf bedragen.
  • Online aanbieders van microleningen mogen krediet- en risicobeoordeling niet uitbesteden en dienen hun eigen systemen op te zetten voor het indienen en beoordelen van aanvragen, uitgifte van gelden en innen van schulden. Voor Ant Group zou dit kunnen betekenen dat microleningen van Huabei en Jiebei losgekoppeld dienen te worden van Alipay’s platform voor digitale betalingen en diens Sesame Credit kredietwaardigheidsbeoordeling.

Deze nieuwe regulering, die enorme impact zou hebben op de CreditTech-divisie van Ant Group,  leidde zoals gezegd tot het stilleggen van de beursgang van Ant die 5 november plaats had moeten vinden. Ant zou volgens de beurs van Shanghai niet kunnen voldoen aan deze nieuwe regelgeving.

Onderzoek bij Ant Group

Men was nog niet klaar met Ant. Op 8 december gaf Guo Shuqing, een van de financiële toezichthouders, een speech tijdens een fintechbijeenkomst in Singapore. De interessante speech maakte een hoop duidelijk over de standpunten en beweegredenen van de toezichthouders. Na eerst de positieve invloed van fintech benadrukt te hebben zei Guo, dat wetgeving voor fintech een kwestie was van ‘feeling the stones while crossing the river’, een beroemde uitspraak van Deng Xiaoping die refereert aan een langzame, doordachte en voorzichtige aanpak. Vervolgens noemde hij vier voorbeelden van problemen in de sector uit de afgelopen jaren:

  • de eerdergenoemde peer-to-peer-leningen
  • vermogensbeheerproducten aangeboden binnen mobiele betaalapps, die zorgden voor wegstromen van tegoeden bij banken (een duidelijke verwijzing naar Ant’s Yu’E Bao)
  • agressieve marketing van microleningen aan risicovolle groepen (b.v. studenten)
  • overmatig verzamelen, gebruik en zelfs doorverkopen van gebruikersdata

Grote techbedrijven werden bestempeld als een ‘winner takes all’-industrie die met hun datamonopolie nieuwkomers buitensluit, op ongepaste wijze data verzamelt of deze niet wil delen (later meer hierover in deel 3 van deze reeks). Guo Shuqing sloot zijn verhaal af met de prioriteiten voor de fintechmarkt: garanderen van cyber security, eerlijke concurrentie, voorkomen van bedrijven die ‘too big to fail’ worden, helderheid scheppen in data-eigendom en internationale coördinatie van cross-border datastromen. Dit alles zou bijdragen aan een gezonde verdere ontwikkeling van de fintechindustrie.

Zoals we in het eerste artikel in deze reeks hebben gelezen sprak Daniel Zhang, de CEO van Alibaba, in november al lovend over de antimonopoliewetgeving waar de e-commercereus door getroffen was. Op 15 december volgde Ant Group-voorzitter Eric Jing zijn voorbeeld door op een internet finance-bijeenkomst aan de toezichthouders zijn steun uit te spreken voor nieuwe reguleringen die zouden beschermen tegen een te snelle groei van bedrijven als Ant Group. Ant zou de kritiek ter harte hebben genomen en hebben geleerd van de inzichten van de overheid. Jing beloofde ook betere ondersteuning aan kleine bedrijven uit de ‘echte economie’ (lees: offline sector) die zo vaak schade ondervinden van concurrentie door techbedrijven. Jing papegaaide hiermee de verklaringen en bewoordingen van de toezichthouders, die ‘echte economie’ regelmatig gebruikt voor het beschrijven van de traditionele, offline bedrijven.

Op 24 december werd Ant Group opnieuw ontboden bij de financiële toezichthouders voor een gesprek over financiële regelgeving, eerlijke concurrentie en bescherming van consumentenrechten. In een latere verklaring over de bespreking uitten de toezichthouders opnieuw flinke kritiek op Ant Group. De corporate governance van de onderneming zou onder de maat zijn en men zou minachting hebben voor de regelgeving. Ook zou Ant zijn dominante marktpositie gebruikt hebben om rivalen buiten de markt te houden en daarmee de belangen van consumenten schaden. Tegelijkertijd erkennen de toezichthouders, dat Ant een belangrijke rol heeft gespeeld in innovatie in fintech. Ant zou de efficiëntie van financiële diensten hebben verbeterd en deze voor een grotere groep consumenten en kleine bedrijven beschikbaar hebben gemaakt. Het is duidelijk, dat de centrale bank een belangrijke rol ziet voor Ant Group, maar tegelijkertijd geeft ze aan monopoliën te willen opbreken en eerlijke concurrentie in de sector te willen bewaken.

Nieuwe regels

Ant werd tijdens het gesprek verzocht terug te keren naar hun core business van digitale betalingen. De overige business units, CreditTech (leningen; Huabei, Jiebei, MYBank), InvestmentTech (Yu’E Bao) en InsuranceTech (verzekeringsproducten als Xiaohubao) zouden gereorganiseerd moeten worden in een aparte financiële holding. Ant werd er op gewezen dat het door middel van zo’n financiële holding moet voldoen aan de kapitaalvereisten en bescherming van persoonlijke gegevens bij kredietwaardigheidsbeoordeling. Ant werd gevraagd zo snel mogelijk met een plan van aanpak te komen. Overigens raad ik dit artikel van Pekingnology aan waarin te lezen valt wat de toezichthouders hierover zeggen en hoe dat geïnterpreteerd dient te worden.

Naast deze nieuwe regels kondigden de toezichthouders op 13 januari 2021 aan een beoordelingssysteem in te voeren voor verstrekkers van consumentenleningen. Deze verstrekkers zullen daarmee beoordeeld worden op hun bedrijfsvoering, risico- en kapitaalbeheer en informatietechnologie.

Op 15 januari werd bekend dat Ant inmiddels een werkgroep heeft opgezet om de verzoeken van de toezichthouders uit te voeren. De toezichthouders geven aan welke bedrijfsonderdelen gereguleerd zullen worden als financiële instellingen, welke nieuwe vergunningen Ant daarvoor nodig heeft en welke onderdelen dienen te worden ondergebracht in een financiële holding.

Een andere doorn in het oog van de toezichthouders waren banken die hun liquiditeit oppompten door via de fintech platforms deposito’s te verkopen met rentes tot 7%. Op 15 december noemde een van de toezichthouders dit ‘rijden zonder rijbewijs’ en zei dat er snel regelgeving zou volgen. Dat was niet tegen dovemansoren gezegd. Binnen een week hadden Ant Group, Tencent, JD Digits en Baidu’s Du Xiaoman dergelijke producten verwijderd van hun marktplaatsen. De toezichthouders verklaarden op 15 januari formeel dat het voor commerciële banken verboden is om deposito’s te verkopen via internetplatforms van derden. Verkoop op eigen platforms is wel toegestaan.

Maar dit was nog niet alles.

Mobiele betalingen

In 2018 verwerkten de fintechbedrijven 38% van China’s bruto nationaal product aan online betalingen. Ant Group’s Alipay heeft momenteel volgens eigen zeggen 1 miljard gebruikers en WeChat Pay 900 miljoen.

Volgens Reuters vroeg de centrale bank in juli 2020 de toezichthouders op mededingingsrecht (de SAMR – State Administration of Market Regulation -, zie deel 1 in deze reeks) een onderzoek in te stellen naar machtsmisbruik door de mobiele/digitale betaalsystemen Alipay en WeChat Pay. In september 2020 kondigde de centrale bank daarnaast een plan aan om het gebruik van QR-codes te standaardiseren en compatible te maken over meerdere systemen (momenteel hebben Alipay, WeChat Pay en andere betaalsystemen elk hun eigen QR-codes). Standaardisatie zou exclusiviteit moeten voorkomen en het ook makkelijker moeten maken voor kleinere partijen om marktaandeel te verwerven.

Het was duidelijk: na de microleningen was de markt voor betalingen aan de beurt. Op 19 januari 2021 publiceerde de centrale bank van China een voorstel voor nieuwe regels voor toezicht op de markt van (mobiele) betalingen door niet-bancaire organisaties. De regels geven aan dat de centrale bank de SAMR kan verzoeken een mededingingsonderzoek uit te voeren als:

  • één marktpartij meer dan 50% marktaandeel heeft (en Alipay had in juni 55% marktaandeel)
  • twee marktpartijen samen meer dan tweederde aan marktaandeel hebben (en Alipay en Tenpay/WeChat Pay van Tencent hadden samen bijna 95% van de markt in handen)
  • drie marktpartijen samen meer dan driekwart aan marktaandeel hebben

Marktspelers met minder dan 10% marktaandeel in een markt met twee of drie dominante spelers zijn gevrijwaard van mededingingsonderzoek. Dat betreft momenteel dus ruim 230 andere marktspelers met een vergunning. Hoe het marktaandeel precies gemeten gaat worden – een heikel punt bij het bepalen van marktmonopolies – maakte de centrale bank nog niet duidelijk.

Onder de organisaties met vergunningen voor mobiele betalingen bevinden zich naast Ant Group en Tencent ook diverse andere internetbedrijven: maaltijdbezorger Meituan Dianping, ride-hailing-aanbieder Didi Chuxing, e-tailers JD.com en Suning, smartphonefabrikant Xiaomi, het moederbedrijf van TikTok Bytedance (Douyin Pay), etc.. Ook staatsbedrijf UnionPay lanceerde in 2017 mobiele betalingen (Quickpass). Geen van deze spelers heeft echter door de dominantie van WeChat Pay en Alipay echt voet aan de grond gekregen. Naast nieuwe regulering gaat ook de komst van China’s digitale munteenheid, de DCEP, daar de komende jaren waarschijnlijk verandering in brengen.    

De centrale bank heeft zelf geen bevoegdheid om in te grijpen tegen een monopolie. Als er een situatie van monopolie of machtsmisbruik die de ‘gezonde ontwikkeling van de betalingsmarkt serieus hindert’ wordt vastgesteld kan de centrale bank de SAMR echter verzoeken in te grijpen, b.v. door het stilleggen van diensten, een veto uit te spreken bij fusies of, minder waarschijnlijk, opsplitsing van een bedrijf. Diezelfde toezichthouders kunnen op verzoek van de centrale bank een voorlopige waarschuwing afgeven aan potentiële ‘monopolisten’ in geval van:

  • een bedrijf met meer dan 30% marktaandeel
  • twee bedrijven met samen meer dan 50% marktaandeel
  • drie bedrijven met samen meer dan 60% marktaandeel

Op 22 januari kondigde de centrale bank verder aan dat niet-bancaire betalingsfirma’s hun reserves bij commerciële banken onder dienen te brengen en overboekingen van reserves via gekwalificeerde clearing houses dienen uit te voeren. Wat dit mijns inziens betekent is dat partijen als Alipay en WeChat Pay de tegoeden in de mobiele wallets van klanten niet zelf mogen beheren. Deze regel zou per 1 maart 2021 ingaan, maar bestaande aanbieders krijgen 6 maanden om aan de regel te voldoen.

Hoe verder?

Deze nieuwe regels gelden niet alleen voor Ant Group. Zo biedt Tencent naast Tenpay/WeChat Pay ook diverse financiële producten aan. Ook Alibaba’s concurrent JD.com had plannen voor een beursgang van zijn JD Digits fintechdivisie (voorheen JD Finance). Consumentenleningen van JD Digits (Baitiao en Jintiao) maakten 40% uit van z’n totale omzet. Na alle aankondigingen van nieuwe regels besloot JD om JD Digits samen met JD’s initiatieven voor kunstmatige intelligentie en cloud computing onder te brengen in een nieuwe organisatie ‘JD Technology’. Dat klinkt als een poging tot wegmoffelen. JD Technology zou gaan helpen bij de digitale transformatie van – daar hebben we ‘m weer – de ‘echte economie’. We zullen zien wat de toezichthouders ervan denken…

Ook JD’s Jintiao en Baitiao consumentenleningen voldoen niet aan de ‘30%-eis’. JD Digits had in juni slechts 4% op de eigen balans staan en had de rest doorgesluisd naar 600 financiële instellingen. Lufax Holding, onderdeel van Ping An Insurance, heeft 2,8% op de eigen balans en sluist de rest door naar 50 financiële instellingen. Het percentage voor Tencent’s Weilidai is niet bekend, maar Weilidia, Jintiao en Baitiao werden allen op 2 november genoemd als risicovolle partijen. Andere bekende Chinese techbedrijven die consumentenleningen aanbieden zijn Meituan (Meituan Lend), Baidu (UMoney) en Didi Chuxing (Didi Finance).

Als marktleider in alle sectoren wordt Ant echter wel het hardste geraakt en waarschijnlijk als voorbeeld gebruikt voor de rest. Wall Street Journal rapporteerde op 27 januari dat Ant werkt aan het opzetten van de noodzakelijke financiële holding. Volgens Bloomberg hebben deze nieuwe regels opnieuw een negatieve impact op de waarde van Ant Group, die nu wordt geschat op $108 miljard. Een hoop geld, maar kort voor de teruggetrokken beursgang lagen sommige schattingen tussen $300 miljard en $400 miljard. Een eventuele toekomstige beursgang – die volgens de centrale bank doorgang kan vinden zodra alle problemen bij Ant opgelost zijn – zal waarschijnlijk niet langer recordbrekend zijn.

Maar uiteindelijk gaat het de toezichthouders er niet om Ant Group of andere fintechbedrijven ten gronde te brengen. Op 22 januari herhaalden ze nog eens, dat het onderzoek bij Ant de ontwikkeling van het bedrijf niet zou schaden en het niet bedoeld was als een actie tegen private bedrijven. Ook zou onderzoek bij internetbedrijven niet gericht zijn op één specifiek bedrijf. De toezichthouders moedigden traditionele banken en verzekeraars zelfs aan zaken te blijven doen met internetbedrijven, ook wanneer diezelfde internetbedrijven gevraagd waren orde op zaken te stellen. Internetbedrijven werden op hun beurt aangemoedigd om hun initiatieven die de financiële sector efficiënter en toegankelijker maken voor een groot publiek door te zetten. Door de juiste aanpassingen te doen kunnen de bedrijven terugkeren in hun oorspronkelijke rol van ondersteuner van de ‘echte economie’ en een belangrijke bron voor economische groei worden. Op lange termijn kunnen de nieuwe regels zelfs voordelig uitpakken voor de grote spelers, omdat het serieuze beperkingen opwerpt voor nieuwe partijen die de markt willen betreden. Op 27 januari 2021 kondigde de toezichthouders aan ook meer toezicht te gaan houden op banken en verzekeraars met internetplatforms.

Opmerkelijk was, dat tijdens de verklaring op 22 januari door de toezichthouders werd aangekondigd dat ze ook bedrijven die crowdfundinginitiatieven in de zorgsector hadden ontplooid onder de loep zouden nemen. Na de business units voor betalingen en leningen kan Ant Group dus meer onderzoek verwachten naar zijn Xianghubao-fonds in de InsuranceTech-divisie.

Eén belangrijk aspect hebben we in dit overzicht nog niet behandeld: data. Ook op het gebied van het verzamelen, gebruiken en delen van data zijn er ingrijpende regels in aantocht. Maar daar kijken we dieper naar in het derde deel van deze reeks.

* Ed Sander is mede-oprichter van ChinaTalk, een organisatie gespecialiseerd in kennisoverdracht over China en met name over e-commerce, cultuurverschillen en digitale innovatie in China. Hij verzorgt over die thema’s lezingen, gastcolleges en trainingen.
Op dit ogenblik zit in het cursusaanbod van Ed Sander de (betaalde) e-learning cursus e-commerce in China https://www.chinatalk.nl/onze-diensten/lezingen-e-learning/e-learning/
Zie ook dit interview https://www.customertalk.nl/artikelen/interview/innovaties-in-china-als-zinnige-lessen-voor-online

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *