China is het enige belangrijke land dat in het Midden-Oosten alleen vrienden heeft. De diplomatieke activiteit deze week illustreert dat. Zowel met de Arabische wereld, Iran als Turkije worden de politieke en economische banden aangehaald
Deze week brengt een vijfkoppige delegatie van de Raad van golfstaten (GCC) gedurende vijf dagen China. In de groep zitten de buitenlandministers van vier landen van de GCC: Saoedi-Arabië, Koeweit, Oman en Bahrain. De twee andere GCC leden zijn de Emiraten en Qatar. China is de grootste handelspartner van de GCC en ook de grootste olie-invoerder uit de GCC. Gezien de traditioneel sterke band van deze landen met de VS is het zenden van deze uitzonderlijke delegatie een geopolitiek signaal.
Buitenlandminister Wang Yi ontmoette op 10 januari in Wuxi de Saoedische buitenlandminister prins Faisal bin Farhan Al Saud. Volgens persagentschap Xinhua spraken ze over vraagstukken zoals het Iraanse kernprogramma, Yemen en Afghanistan. Wang Yi benadrukte dat het nodig is de wederzijdse kernbelangen te respecteren. Over het Iraanse kernprogramma dat een doorn in het oog van de Saoedi’s is, zei hij dat China de Golfstaten steunt voor het opzetten van een multilateraal dialoogplatform en om het initiatief in regionale zaken in eigen handen te nemen. De Saudi’s van hun kant zijn tegen inmenging in de binnenlandse zaken van China, en steunen zijn standpunten over Taiwan, Xinjiang en mensenrechten. De Arabische staten willen dat in een akkoord over het Iraanse kernprogramma meer beperkingen staan dan in het oorspronkelijke van 2015.
Wang sprak in Wuxi ook met Nayef bin Falah Al-Hajraf, de secretaris-generaal van de Raad van Golfstaten (GCC). China steunt deze landen in het bewaren van hun onafhankelijkheid, veiligheid en stabiliteit en verzet zich tegen inmenging in de regio onder voorwendsel van ‘mensenrechten’ of terrorisme. Volgens Nayef apprecieert de GCC de positieve rol van China in de regionale zaken. Er wordt vooral onderhandeld over een vrijhandelsverdrag, dat economisch heel belangrijk kan worden. In een gezamenlijk communiqué wordt een actieplan 2022-25 aangekondigd en de intentie om zo snel mogelijk de vrijhandelszone China-GCC te realiseren.
Tenslotte sprak Wang in Wuxi met de buitenlandminister van Bahrein, Abdullatif bin Rashid Al Zayani. Bahrein is een kleine staat met een Sjia meerderheid, wat spanningen met de grote buur Saoedi-Arabië meebrengt. Het is wel lid van de GCC. Wang vertelde dat China aan de zijde van kleine en middelgrote landen staat. Het zal verder vaccins leveren aan Bahrein en wil sterker samenwerken voor 5G, digitale economie, infrastructuur en zonne-energie. Chinese bedrijven willen er investeren.
Na tijdens deze Arabische week volgen de buitenlandministers van Iran en Turkije. Hossein Amir-Abdollahian komt nog deze week uit Iran. Verwacht wordt dat het strategisch akkoord van 2021 voor 25 jaar economische en veiligheidssamenwerking verder zal geconcretiseerd worden. Ook de stand van de onderhandelingen over een nieuwe deal met de VS voor het Iraanse kernprogramma komen ter sprake. De sancties die de VS oplegde tegen Iran maken de samenwerking met China voor Iran extra belangrijk. China heeft ook aangekondigd dat het in de onderhandelingen over een nieuw akkoord de ‘rechtmatige en redelijke eisen’ van Iran zal steunen. China heeft een ‘allesomvattend partnerschap’ zowel met Saoedi-Arabië als met Iran.
Naast de goede banden met de Arabische wereld, Iran en Turkije, heeft China ook een intensieve economische en wetenschappelijke samenwerking met Israël. Tegelijk erkent het de Palestijnse staat en komt het op voor de rechten van de Palestijnen.
Bronnen: People’s Daily, South China Morning Post, China.org.cn
