Chinees parlementsvoorzitter in Iran

Wu Bangguo, de Chinese parlementsvoorzitter en nummer twee in de partijhierarchie, is in Iran en ontmoette er de Iraanse president.
De discussies draaiden gedurende dit bezoek vooral over de mogelijkheden voor uitbreiding van de wederzijdse handel, die ernstig bemoeilijkt wordt door de Westerse sancties tegen Iran, en over samenwerking op het gebied van energie. Wu dankte Iran voor zijn steun aan de één-kind politiek (niet evident voor een islamitisch land!) en riep op tot meer samenwerking op cultureel vlak, voor onderwijs, gezondheidszorg, toerisme en kunst. Ahmadinejad van zijn kant toonde zich bereid meer samen te werken op economisch- en handelsgebied, in de energiesector, de landbouw en de infrastructuur.
De goede relaties tussen beide landen dateren reeds van de tijd van de Sjah van Iran.
Na Iran bezoekt Wu nog Myanmar, Sri Lanka en Fiji.
Een belangrijk punt dat besproken werd is het nucleaire vraagstuk. Wu benadrukte dat China deze problematiek correct en objectief behandeld. China is tegen de ontwikkeling van kernwapens door om het even welk land in het Midden-Oosten (een sneer naar Israël) , maar dat  vindt ook dat het recht van een land om kernenergie voor vreedzame doeleinden en volgens de regels te ontwikkelen moet gewaarborgd zijn. Wu riep Iran op verder te gaan met vreedzame onderhandelingen met de zogenaamde Groep van Zes’ (de permanente leden van de Veiligheidsraad plus Duitsland) , en om soepel en pragmatisch te zijn zodat er echte vooruitgang komt in de besprekingen. President Ahmadinejad hoopt dat de zaak via dialoog kan opgelost worden.
Gevraagd naar de mogelijkheid dat de Groep van Zes deze week een gezamenlijke tekst aan het bestuur van het Internationaal Atoomenergie Agentschap zou voorleggen, verklaarde de perswoordvoerder van het Ministerie van Buitenlandse zaken dat China hoopt dat het Agentschap de kwestie Iran op een objectieve en evenwichtige manier zal behandelen en bijdragen in het vinden van een positieve oplossing door dialoog. De dialoog tussen Iran en het Agentschap moet ertoe leiden dat de internationale gemeenschap meer vertrouwen krijgt in het vredelievend karakter van het Iraanse kernprogramma. Ook de Groep van Zes moet dringend de dialoog met Iran hervatten en beide zijden moeten begrip voor mekaar tonen zodat er vooruitgang mogelijk wordt. (Bron: Xinhua)