Chinese economie herstelt, regering werkt strategie uit.

De Chinese economie herstelt zich sneller dan verwacht. Maar de echte vraagschok door de verwachte recessie in het Westen moet nog komen. De Chinese regering plant strategische maatregelen om die op te vangen.

Op 1 april verklaarde president Xi Jinping tijdens een bezoek aan de provincie Zhejiang en de havenstad Ningbo dat de controle van het coronavirus moet gecombineerd worden met de sociale en economische ontwikkeling. De geplande ontwikkelingsdoelstellingen voor dit jaar worden verder nagestreefd. Dat is merkwaardig want veel (vooral buitenlandse) experts gaan er nu van uit dat China dit jaar een recessie kan meemaken.

Nu het virus in China bedwongen lijkt wordt het tegenhouden van besmettingen uit het buitenland de prioriteit voor een langere periode. Daarnaast blijft het opsporen en opvolgen van asymptomatische besmettingen – mensen die het virus dragen zonder symptomen – een belangrijke maatregel vanuit het voorzichtigheidsprincipe.

De volledige heropstart van de economie moet versnellen; daarbij zal men de evolutie van de wereldeconomie van dichtbij opvolgen om de plannen bij te sturen waar nodig. President Xi verklaarde wel dat men blijft streven naar de doelstellingen van het lange termijn plan om China tegen eind 2020 een op alle gebieden middelmatig welvarend land te maken. Dat betekent onder meer het uitroeien van de absolute armoede en de verdubbeling van het bnp per hoofd sinds 2010. Om dat te realiseren zou er dit jaar nog een groei van 5,6% moeten zijn.

Niet iedereen is overtuigd dat dit nog haalbaar is. Ma Jun, een raadgever van de Chinese centrale bank verklaarde enkele dagen geleden dat gezien de onzekere internationale situatie China geen concrete groeidoelstelling voor 2020 kan vastleggen.

Economie in maart beter dan verwacht

Na een aarzelend begin eind februari kwam in maart de economie stilaan weer op snelheid. Meer zelfs dan de (buitenlandse) waarnemers verwacht hadden. De
Manufacturing Purchasing Managers Index (PMI) van het tijdschrift Caixin die vooral een beeld geeft van kleinere productiebedrijven, steeg tot 50,1. Een cijfer boven 50 geeft aan dat de sector groeit. In februari stond de index nog op 40,3.
De officiële PMI voor de fabrieksnijverheid, die meer op grotere bedrijven gericht is, haalde in maart 52, tegen 35,7 in februari.
Het verschil tussen beide parameters toont dat de grotere bedrijven weer sneller opgestart geraken dan de kleinere.
De officiële samengestelde PMI voor fabrieksnijverheid en diensten stond op 53. De index voor nieuwe uitvoerorders bleef echter hangen op 46,4.

Een PMI boven 50 betekent evenwel niet dat de economie in maart al boven het vroegere peil zat. Het betekent vooral dat de situatie beter was dan in februari. Einde februari lag 82,3% van de kleine en middelgrote bedrijven stil. In januari-februari lag de industriële productie 13,5% lager dan het jaar voordien, de kleinhandel lag 20,5% lager en de investeringen in vaste activa 24,5%.
Einde maart had van de grote en middelgrote bedrijven nog altijd 3,4% het werk niet hervat. Het dagelijks bedrag aan facturen uitgeschreven tussen bedrijven lag de laatste week van maart op 82,3% van vorig jaar. Dat verklaarde Cai Zili, een ambtenaar van de fiscus op een persconferentie. De facturen voor landbouwbenodigdheden haalden 89% van vorig jaar. Facturen voor eindverbruikers en groothandelaars liepen op tot 92,9% van vorig jaar, terwijl de technologie-intensieve sectoren het wel al beter deden dan een jaar voordien.

Geplande maatregelen

Op 31 maart kwam de Chinese regering bijeen om te beslissen over een aantal strategische economische maatregelen.

De strategie van de Chinese regering bestaat uit fiscale en monetaire maatregelen om het binnenlands verbruik te stimuleren waardoor China minder afhankelijk wordt van uitvoer. Daarnaast worden bedrijven bijgestaan om snel weer normaal te kunnen draaien, wordt de tewerkstelling aangemoedigd, en krijgen alle soorten bedrijven, maar vooral de kleinere, steun om door de tijdelijke moeilijkheden te geraken. Impliciet betekent dit dat men belangrijke begrotingstekorten aanvaardt.

Bij de fiscale maatregelen is de belangrijkste het verhogen van de quota voor lokale besturen om obligaties uit te schrijven om de reële economie te steunen. Daarnaast komen er allerlei fiscale maatregelen ten voordele van middelgrote, kleine en zeer kleine ondernemingen.

Het kapitaal dat de lokale besturen door obligaties verkrijgen moeten efficiënt ingezet worden daar waar de nood het grootst is: voor sleutelprojecten met weinig risico die tegemoet komen aan reële behoeften en snel gestart kunnen worden, en voor programma’s die het leven van de bevolking verbeteren. Lokale besturen moeten idealiter tegen eind juni plannen hebben en obligaties uitschrijven.

Kleine bedrijven redden

De fiscale maatregelen voor de kleine bedrijven zijn veelzijdig.

Dit jaar heeft de centrale bank al voor 300 miljard yuan (40 miljard euro) speciale leningquota toegestaan aan 7.000 bedrijven die een rol spelen in het bestrijden van de corona-uitbraak. Daar komen nu voor 500 miljard yuan leningen aan verlaagde rente bij die kleine bedrijven door de problemen moeten loodsen. Kleine bedrijven zijn belangrijk om de leveringsketen in stand te houden en om de tewerkstelling op peil te houden.

Kleine en middelgrote banken die voldoende sterk zijn zullen met dekking van de centrale bank in totaal voor één biljoen yuan extra leningen mogen verstrekken aan kleine bedrijven. Ze mogen ook hun kapitaalsbuffer verlagen indien ze leningen met verlaagde interest verschaffen aan kleine bedrijven, in het bijzonder in de landbouwsector, de buitenlandse handel en andere sectoren die zwaar getroffen zijn door de corona-uitbraak.

Financiële instellingen krijgen steun om voor 300 miljard yuan obligaties uit te geven ten voordele van kleine bedrijven.

De regering roept ook op om via de uitgifte van bijkomende bedrijfsobligaties voor 1.000 miljard yuan een goedkope financieringsbron te creëren voor privé- en middelgrote bedrijven.

Er komen nieuwe financiële producten die de leveringsketen moeten ondersteunen: het gaat vooral over het verdisconteren van bestellingen, leveringsbonnen en facturen. Dat moet voor de kleinere bedrijven nog eens 800 miljard yuan bijkomende liquiditeit scheppen.

Om de risico’s van leningen beter te verdelen gaat de overheid herverzekeren aan lagere tarieven en ook commerciële herverzekering ondersteunen.

Binnenlandse consumptie cruciaal

Om de binnenlandse consumptie nog meer te steunen kijkt men onder meer naar de elektrische voertuigen. De subsidies voor fabrikanten van elektrische wagens – tot 25.000 yuan per voertuig- en de schrapping van de 10% aankooptaks voor elektrische auto’s die men eind dit jaar zou afschaffen, blijven twee jaar langer van kracht.

Daarnaast gaat meer aandacht naar mensen met een laag inkomen. Gedurende vier maanden wordt hun tijdelijke inkomenssubsidie verdubbeld en aangepast aan de kost van het levensonderhoud. Al wie door de crisis in de problemen geraakt wordt gedekt door de de sociale zekerheid in de vorm van een levensminimum, steun voor mensen in extreme armoede of het speciaal voorlopig steunprogramma. Deze maatregelen worden in het tweede semester geëvalueerd, fijner uitgewerkt en en indien nodig nog uitgebreid.

Verschil met 2008-9

Om de wereldcrisis van 2008-9 het hoofd te bieden heeft China massaal geïnvesteerd in infrastructuur en bedrijfsinvesteringen. Die investeringen hebben op korte termijn de crisis afgewend maar dreven de schuldgraad erg omhoog. Bovendien waren ze niet altijd even rendabel. Deze keer is het de bedoeling dat investeringen meer selectief zijn. Er wordt nu gesproken over investeringen in ‘nieuwe infrastructuur’.

In in 2008-9 werd geïnvesteerd in traditionele infrastructuur zoals spoorwegen, luchthavens en elektriciteitscentrales. Eind 2018 werd voor het eerst over ‘nieuwe infrastructuur’ gesproken in technologische sectoren zoals 5G, ultrahoogspanningslijnen, AI, en laadstations voor elektrische voertuigen, die voorrang zouden krijgen voor investeringen.

Een sector waarin nu veel zal geïnvesteerd worden zijn de ultrahoogspanning gelijkstroomlijnen die groene energie van westelijk China naar het centrum en de kust moeten brengen. Een recent aangekondigd project is de lijn Shaanxi-Hubei. Die zal 18,5 miljard yuan kosten, zorgen voor 40.000 banen en voor 70 miljard afgeleide investeringen zorgen. Het jaarbudget van State Grid voor investeringen in hoogspanningslijnen is verhoogd van 110 miljard naar 181 miljard yuan.

Een andere boomende sector is 5G. De vier grote staatsoperatoren gaan dit jaar 197 miljard yuan investeren in het uitrollen van basisinfrastructuur voor 5G. In totaal zal dit jaar 300 miljard naar 5G infrastructuur gaan.

Naast die nieuwe technologieën zal veel geld gaan naar de spoorwegen: 59 projecten voor hogesnelheidslijnen, intercity treinen, metro’s zijn goedgekeurd voor een totale investering van 970 miljard, de helft daarvan al dit jaar.

Ook sectoren als afvalbehandeling, industriezones, milieubescherming en sociale dienstverlening zijn veelbelovend.

Hoeveel investeringen?

Voorgaande bedragen zijn enorm, maar slechts een fractie van het jaarlijkse bnp dat nu 100 biljoen yuan bedraagt. Sommige analisten denken dat het totale steunpakket wel de helft daarvan, of 50 biljoen, moet bedragen indien men in de buurt van 6% groei wil geraken. Die 50 biljoen zou dan – zoals in 2008-9- vooral moeten komen van initiatieven van lokale overheden.
Tegen 10 maart hadden 25 provincies zich geëngageerd om 220.000 projecten te ondersteunen met een totale investering van 49,6 biljoen yuan. Het gaat hier wel over meerjarenplannen en veel projecten liggen nog ter studie.

Bronnen: Xinhua, People’s Daily, China.org.cn, South China Morning Post, Asiatimes

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *