China’s economie groeide tijdens het eerste kwartaal met 11,9 % en kende nauwelijks inflatie. Toch waarschuwen kenners voor een luchtbel in de vastgoedsector.
De financiële crisis is in China reeds lang achter de rug. De economie gallopeerde tijdens de eerste drie maanden van het jaar met 11,9 %, aldus officiële statistieken. De prijsindex daarentegen steeg maar met 2 %. De investeringen groeiden aan met een kwart. De kleinhandel steeg met 17,9 % en de aangroei in de nijverheid bedroeg 19,6 %. De buitenlandse investeringen namen toe met 7,7 % : in totaal werden meer dan 5459 ondernemingen met buitenlandse kapitaalinbreng opgestart tijdens het eerste kwartaal.
Tamelijk rooskleurige cijfers waar andere landen jaloers op kunnen zijn, temeer omdat de Aziatische Ontwikkelingsbank voor dit jaar een groei van de Chinese economie voorspelt van 9,6 %. Toch waarschuwen specialisten zoals Andy Xie, die vroeger hoofdeconoom was bij Morgan Stanley, dat de groei met 35 % in de vastgoedsector kan openbarsten als een luchtbel. Hij pleit voor een intrestverhoging door de centrale bank om de vastgoedkoorts af te remmen.
De vastgoedprijzen in 70 steden stegen in maart weliswaar met een record van 11 %, maar analisten wijzen op het zwakke vergelijkingspunt het jaar voordien, toen nog midden in de crisis. Specialisten ontwaren dat de maatregelen die de regering reeds trof om de vastgoedsector af te koelen, binnenkort effect zullen hebben.