De Chinese regering stelde zich voor 2019 niet minder dan 38 becijferde doelstellingen. Ze werden alle gehaald, blijkt nu uit het rapport dat voorgelegd wordt aan de jaarlijkse voltallige zitting van het parlement. We bespreken de resultaten voor de belangrijkste doelstellingen.
De meest in het oog springende doelstelling was een groei van 6-6,5%. De reële groei bedroeg 6,1%.
Het netto beschikbaar inkomen per inwoner steeg 5,8%, tot 30.733 yuan (4.000 euro). De kloof tussen stad en platteland werd iets nauwer, met groeicijfers van respectievelijk 5 en 6,2%. Toch verdient een stadsbewoner in geld uitgedrukt nog steeds 2,65 keer zoveel als een plattelandsbewoner.
De uitgaven door de consumenten stegen met 5,5% na correctie voor inflatie. Een Chinese consument geeft nu jaarlijks 21.559 yuan uit. Hij spaart dus ongeveer 30% van zijn inkomen. 11,09 miljoen mensen zijn uit de armoede getild. De inflatie bleef beperkt tot 2,9%. De kosten voor mobiele data daalde met liefst 41%.
Er zijn 13,52 miljoen nieuwe banen gecreëerd. De geregistreerde stedelijke werkloosheid (die geen rekening houdt met de fluctuerende groep plattelandsmigranten) bleef beperkt tot 3,62% .
18,77 miljoen volwassenen kregen een gesubsidieerde beroepsopleiding. Het aantal leerlingen in hogere beroepsscholen nam toe met 1,16 miljoen.
Bedrijven en infrastructuur
De vermindering van sociale lasten en belastingen voor bedrijven, die gepland was om de groei op peil te houden, bedroeg 2.300 miljard yuan ( 300 miljard euro). Voor fabrieken vertegenwoordigde dat een daling van 13%, voor transport, bouw en andere industrieën 9 à 10%. De kosten van energie voor bedrijven daalden met 10% en die voor breedband internet voor kmo (mkb) met 36,7 %. Het opstarten van een nieuw bedrijf kan door administratieve vereenvoudiging binnen de vijf dagen rond zijn.
Er werd 802,9 miljard (iets meer dan 100 miljard euro) geïnvesteerd in spoorweginfrastructuur. Naar auto- en waterwegen ging 2.350 miljard (300 miljard euro). Van de plattelandswegen werd 290.000 kilometer gemoderniseerd of nieuw aangelegd.
De uitgaven in het nationale budget stegen 8,1%, maar de werkingskosten van de centrale regering daalden met 10%.
Sociaal en milieu
Voor elke inwoner besteedde de overheid minstens 520 yuan (65 euro) aan subsidies voor de ziekteverzekering, een gemiddelde stijging met 30 yuan. Voor ernstige ziekten is de terugbetaling door de ziekteverzekering verhoogd van 50 naar 60%. Dat kost de overheid per inwoner gemiddeld 15 yuan (2 euro)
Het energieverbruik per eenheid bnp daalde met 2,6%. De uitstoot van Sox en NOX is gedaald met respectievelijk 4,4 en 3,5%. De COD (zuurstofbehoefte, een maat voor vervuiling) van oppervlaktewateren daalde met 3,2% en de uitstoot van ammoniumverbindingen met 3,3%.
Het areaal aan goede landbouwgrond verhoogde met 8,15 miljoen mu (0,5 miljoen hectare= 5.000 km²)
Vermogen
In China Daily verscheen los hiervan een interessant overzicht van het vermogen van stadsbewoners, op basis van gegevens van de nationale bank. De site van de regering nam het overzicht over.
Een gemiddeld gezin in de stad bezit activa ter waarde van 3,18 miljoen yuan (meer dan 400.000 euro). Daartegenover staat een gemiddelde schuld van 512.000 yuan.
De activa van het gezin bestaan voor 96% uit woningen. Zowat alle stadsgezinnen wonen in hun eigen woning. 31% van de gezinnen bezit een tweede woning, 10% drie of meer.
Bewoners van Beijing en Shanghai zijn het rijkst.
Bronnen: China.org.cn
http://h5.www.gov.cn/c/wxzi/zn6n/index.html http://english.www.gov.cn/policies/infographics/202005/12/content_WS5eba075ec6d0b3f0e9497755.html