De technologie van China ontwikkelt zich snel en op eigen kracht. De bouw van een onderzees laboratorium, van een maanlander en een voorstel voor een waterpijplijn van 1.000 kilometer: het zijn slechts enkele van de projecten die deze week bekend gemaakt werden. Werkt de oproep van sommige westerse opiniemakers om de technologische samenwerking te beperken niet contraproductief ?
Diepzee
Jialong
China zal een onderzees laboratorium bouwen waarin dozijnen mensen tegelijk kunnen werken. Er bestaat al een duikboot voor de diepzee, de Jialong, maar daar kunnen slechts enkele personen in en hij moet na 12 uur opstijgen. Het lab zal maanden permanent onder water kunnen blijven. Het is één van de belangrijke projecten in het Programma voor Wetenschappelijke en Technologische Innovaties 2030. Dat maakte Wan Gang, de minister van Wetenschap en Technologie bekend.
Yan Kai is directeur van het National Key Lab for Deep-Sea Manned Equipment en afgevaardigde in het nationaal parlement. Hij zegt dat een diepzee laboratorium bijna even moeilijk te bouwen is als een ruimteschip. Het zal dienen om diepzee wezens te onderzoeken of zelfs te kweken met het oog op medisch gebruik van de genen. Het kan ook dienen om te zoeken naar mineralen en olie- of gasvoorraden.
Voor zijn energie zal het laboratorium gedurende het lange verblijf onder water afhangen van brandstofcellen of kernenergie. Op de bodem van de diepzee bereikt de druk honderden atmosfeer. Daardoor is speciaal materiaal nodig, licht en toch heel sterk. Ook het navigeren en de communicatie is niet evident op grote diepte.
Ruimte
Tiangong
China werkt ook aan een ruimteschip dat zowel een zachte landing op de maan kan maken als terugkeren naar de aarde. Dat meldt de Science and Technology Daily. Het ruimteschip zou vergelijkbaar zijn met het Orion ruimteschip dat de NASA en de Europese ESA ontwikkelen. Dat moet tegen 2023 operationeel zijn.
Het nieuwe ruimtevaartuig zal een bemande vlucht naar de maan moeten uitvoeren. Tot nog toe werkt China met de Shenzhou ruimtecapsule die drie astronauten kan vervoeren en conceptueel op de Russische Soyuz lijkt. De eerste ruimtevlucht vond plaats in 2003. Bij de laatste missie werden twee astronauten voor een maand naar een voorlopig ruimtestation gestuurd. Binnen ongeveer vijf jaar moet er een volwaardig en permanent bewoond Chinees ruimtestation zijn.
Waterpijplijn
Op de begane grond hebben planners van de stad Lanzhou voorgesteld het watertekort in deze stad op te lossen door de waterreserves van het Russische Baikal meer af te tappen. Lanzhou en de provincie Gansu waarvan het de hoofdstad is hebben een gemiddelde jaarlijkse regenval van slechts 380 mm.
De transfer van het water zou een pijplijn van liefst duizend kilometer door veelal onherbergzaam gebied in Rusland, Mongolië en de Hexi corridor van Gansu vereisen. De Chinese experts maken zich sterk dat ze dit project technologisch aankunnen. Met 20% van de wereldbevolking beschikt China slechts over 7% van de zoetwatervoorraden.
Verkrampte Europeanen
In dezelfde week dat deze projecten bekend werden lanceren enkele westerse opiniemakers een oproep om voorzichtig te zijn met technologische samenwerking. Fokke Obbema vraagt in de Volkskrant dat de Europese Unie een systeem zou opzetten om overnames van Europese door Chinese bedrijven waarbij technologietransfer gebeurt te blokkeren. Jonathan Holslag waarschuwt in ‘Terzake’ op televisie zowel voor Chinese investeringen in Europa – zelfs in een parking! – als voor wetenschappelijke samenwerking door onze universiteiten.
De Chinezen doen op eigen kracht een grote technologische sprong voorwaarts. Moet men zich hier dan niet afvragen of samenwerken niet beter is dan op de rem gaan staan? Nu heeft Europa nog veel te bieden. Wanneer het op meer domeinen voorbij gestreefd en achtergelaten zal zijn is het wellicht te laat om aan de Chinese deur te kloppen.
Bron: China.org.cn, Bloomberg, Guardian
