Confrontatie tussen grootmachten waarschijnlijker, volgens Kevin Rudd
Australisch ex-premier en Chinakenner waarschuwt voor ‘losgeslagen relatie tussen China en VS’
GIE GORIS
Dit artikel is met toelating overgenomen van MO*. Zoals steeds met opinieartikelen valt het volledig onder de verantwoordelijkheid van de auteur.
Het optreden van Donald Trump bij de Verenigde Naties deze week onderlijnde nogmaals dat de VS afscheid genomen hebben van de wereldorde die ze zelf opgebouwd hebben na 1945. Dat komt niet uit de lucht vallen. De val van de Muur in 1989 zorgde al voor een enorme breuk met de machtsverhoudingen van na WO II, en de opkomst van nieuwe economische machten als China, India en Brazilië hertekende de geopolitieke wereldkaart definitief.
Toch is de expliciete verwerping van de multilaterale wereldorde door Donald Trump ongezien en lijkt iedereen zich af te vragen of dit over een persoonlijke obsessie gaat dan wel over een structurele verandering in de manier waarop het machtigste land van de wereld zichzelf en zijn relaties met andere naties ziet.
MO* sprak hierover in New York met Kevin Rudd, ex-premier van Australië en voorzitter van het Asia Society Policy Institute. Rudd is een van de meest gerespecteerde China-experts en kenner van de huidige sterke man Xi Jinping. Wie de veranderende wereldorde wil analyseren, moet immers niet enkel de macht in Washington begrijpen, maar ook de doelstellingen en de aanpak van Beijing.
Tijdens zijn toespraak tot de Algemene Vergadering en tot de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties lijkt Donald Trump het patriottisme definitief verheven te hebben tot de officiële doctrine achter zijn America First unilaterale optreden in de wereld. En hij propageert het als een houding die ook andere landen zouden moeten aannemen.
Kevin Rudd: Ik denk dat je de officiële strategie van de Verenigde Staten niet te snel moet proberen afleiden uit presidentiële toespraken die gedaan worden op minder dan anderhalve maand voor belangrijke parlementsverkiezingen. De US National Security Strategy die in december 2017 vrijgegeven werd, en voorbereid en uitgewerkt werd door het uitgebreide nationale veiligheidsestablishment van de VS, biedt daar een betere en veel meer overwogen basis voor.
‘Trumps kiezers lusten geen pap van multilateralisme, zijn sceptisch over bondgenootschappen
en blijken positief te reageren op patriottische boodschappen’
‘Trumps kiezers lusten geen pap van multilateralisme, zijn sceptisch over bondgenootschappen en blijken positief te reageren op patriottische boodschappen’Voor het Amerikaanse publiek doet Donald Trump er inderdaad alles aan om de combinatie van nativism (autochtoon nationalisme) en een actuele versie van internationaal isolationisme te propageren, omdat zijn eigen kiezers daar duidelijk oren naar hebben. Zij lusten geen pap van multilateralisme, ze zijn zeer sceptisch over bondgenootschappen en ze blijken positief te reageren op patriottische boodschappen.
Dat Trump zulke verkiezingsspeeches geeft op het spreekgestoelte van de VN Algemene Vergadering of als voorzitter van de VN Veiligheidsraad is op zijn zachtst ongebruikelijk. Maar dit is dan ook een ongebruikelijke president.
Maar ook de Nationale Veiligheidsstrategie van december markeert een aanzienlijke verschuiving in de positionering van de VS in de wereld – je kan het zeker zien als een uitdrukkelijke uiting van een toegenomen Amerikaans nationalisme – en wat betreft de relatie met China is het zelfs een radicale verandering van standpunt.
Een veralgemeende minachting voor de Verenigde Naties
De ongebruikelijke stijl van de president is, met andere woorden, niet in tegenstelling met de algemene tendens in het Amerikaanse establishment?
Kevin Rudd: De Nationale Veiligheidsstrategie stelt in verband met China duidelijk dat er een einde gekomen is aan de periode van strategisch engagement met China en dat die aanpak mislukt is. Het resultaat was niet dat China ‘zoals ons’ werd — begrijp: het werd geen liberale staat. Het document stelt daarom dat er nu een periode is aangebroken van strategische concurrentie met China. Dat betekent een breuk met de visie die veertig jaar standgehouden heeft, sinds Deng Xiaoping in 1978 de leiding overnam in Beijing.
‘De periode van strategisch engagement met China is voorbij.
Nu begint een periode is van strategische concurrentie met China’
En het is opvallend dat die radicale verandering niet echt bekritiseerd werd door centrum-Republikeinen of door Democraten, niet door de hoofdspelers van het nationale veiligheidsestablishment in Washington noch door de leidende stemmen uit de zakenwereld van de VS. Je kan, met andere woorden, wel degelijk spreken van een structurele verandering die veel verder gaat dan het onvoorspelbare gedrag van deze president.
Het buitenlandse beleid van de VS is vaak gezien als de politieke ondersteuning van de economische belangen van Amerikaanse multinationale bedrijven. Betekent die nieuwe geopolitiek van de VS dan ook dat de economische elite haar belangen nieuw en anders inschat dan pakweg tien jaar geleden?
Kevin Rudd: We zien in elk geval dat deze regering razendsnel afstand neemt van de internationale orde en de instellingen en instrumenten die haar schragen: de Wereldhandelsorganisatie, de VN Mensenrechtenraad, enzovoort. Het is echt heel opvallend dat Trump herhaaldelijk oproept tot het ontmantelen van de WTO of tot de terugtrekking van de VS uit de WTO, een instelling die de VS zelf wilden na de Tweede Wereldoorlog.
De recente terugtrekking uit de VN Mensenrechtenraad toont aan dat zelfs een instelling die kracht en legitimiteit moest geven aan de Universele Verklaring voor de Mensenrechten, een werkstuk van onder andere Eleanor Roosevelt, niet meer heilig is. Dat toont ondubbelzinnig dat deze regering feitelijk en tot op zekere hoogte ook doctrinair afstand neemt van de multilaterale machine die de wereld de voorbije decennia voortgestuwd heeft. Dat uit zich ook in een veralgemeende minachting voor de Verenigde Naties, op een exponentieel ergere schaal dan vorige Amerikaanse regeringen toonden – zelfs onder de W. Bush regering.
‘Hét probleem met alle disruptie door Trump is dat er geen duidelijk geformuleerd einddoel is.
Het lijkt alsof het ok is om de bestaande machinerie te vernietigen
zonder vervanging klaar te hebben’
Het alternatief voor het gewraakte multilateralisme of globalisme is een wereld waarin de VS met een gespierd nationalisme de lakens uitdeelt. In die visie krijgen de Koreanen, de Mexicanen, de Canadezen allemaal hun orders vanuit Washington. Hét probleem met alle disruptie door Trump is dat er geen duidelijk geformuleerd einddoel is. Het lijkt alsof het ok is om de bestaande machinerie te vernietigen zonder vervanging klaar te hebben.
Maar de vraag was: is die verschuiving politiek of economisch geïnspireerd?
Kevin Rudd: De drijvende kracht is zowel economisch als cultureel. De economische rationale is dat het bestaande wereldhandelssysteem niet in het voordeel van de VS werkt. Maar de politieke aantrekkingskracht van Trumps strijdkreet America First is cultureel.
De economische macht van de VS is gebouwd op het multilaterale systeem. Kan men dat systeem vernietigen zonder de Amerikaanse economie te vernietigen?
Kevin Rudd: Als je kijkt naar de handelsoorlog die Trump voert met China, dan is de redenering duidelijk dat China veel kwetsbaarder is dan de VS, en dat is niet helemaal onlogisch: de VS is een economie van 20 biljoen dollar waarin 28 procent van het bnp van internationale handel komt, terwijl de Chinese economie 12 biljoen dollar groot is, maar met 38 procent daarvan afkomstig van buitenlandse handel.
Alleen: als China zich inderdaad met de rug tegen de muur gedrukt voelt, is het niet uitgesloten dat er vanuit Beijing veel verder reikende tegenmaatregelen komen, bijvoorbeeld heffingen op alle Amerikaanse componenten in de mondiale toeleveringsketen. Daardoor zouden bijvoorbeeld ook Europese producenten geraakt kunnen worden die met Amerikaanse componenten werken. Dat kan ertoe leiden dat die Europese producenten gaan uitkijken naar alternatieve componenten om die Chinese heffingen, waarmee ze in principe niets te maken hebben, te ontlopen.
Dat soort verruiming en verdieping van de Amerikaans-Chinese handelsoorlog zou de mondiale economische groei kunnen vertragen, het vertrouwen in consumptie en productie kunnen ondermijnen, en dat is het moment waarop de hele handelsoorlog ook echt pijn zou beginnen doen in de VS zelf.
U zegt dat deze VS-regering geen duidelijk einddoel lijkt te hebben. Dat kan niet gezegd worden van de Chinese regering, die al in 2014 naar buiten kwam met een heel nieuwe oriëntatie van haar internationaal beleid. Waar wil China binnen deze verschuivende wereldorde naartoe?
Kevin Rudd: China benadert die vraagstukken tegelijk met een langetermijnvisie en een operationeel pragmatisme. Op basis van redactionele standpunten in bijvoorbeeld de People’s Daily wordt duidelijk dat de Chinese top sinds eind augustus 2018 de conclusie trekt dat de Amerikaanse opstelling definitief en structureel gewijzigd is, ten opzichte van China concurrentieel werd en zelfs de directe confrontatie opzoekt.
China beseft dat die nieuwe realiteit een negatieve impact zal hebben op zijn economische groei. En je merkt nu al dat Chinese overheden overschakelen op een besparingsbeleid om tekorten te voorkomen of te dichten. Die problemen zijn niet nieuw en de problemen met binnenlandse schuld zijn niet veroorzaakt door Amerikaans beleid, maar China is wel afgeschermd van internationale kapitaalmarkten en -schokken.
‘President Xi Jinping roept op tot een nieuwe houding van “nationale zelfredzaamheid”.
Dat is een terminologie die we niet meer gehoord hebben sinds
de einddagen van de culturele revolutie.’
De belangrijkste reactie op het gewijzigde Amerikaanse beleid is dat ook de Chinezen nationalistischer worden. In de People’s Daily van vandaag roept president Xi Jinping op tot een nieuwe houding van ‘nationale zelfredzaamheid’. Dat is een terminologie die we niet meer gehoord hebben sinds de einddagen van de culturele revolutie. Volgens mij bereidt Xi Jinping zo het terrein voor om een meer nationalistische politieke reactie op de radicale verandering in de Amerikaanse opstelling te geven.
Maar de Chinezen zullen alles doen om conflicten met de VS te vermijden, omdat dit kan leiden tot reële schade, laat staan een echte oorlog. Achter de schermen zullen ze dan ook alle schuiven opentrekken om een diplomatiek vergelijk met de VS te vinden. Volgens mij mikken ze daarvoor op december.
Waarom december?
Kevin Rudd: De leiders van China en de VS zullen elkaar dan ontmoeten op de G20-top in Buenos Aires. Maar vooral: dit biedt China de kans om in te schatten of Trump sterker of zwakker is na de parlementsverkiezingen van begin november. China wil heel zeker zijn met wie ze onderhandelen en welke politieke kracht die tegenspeler heeft. Alleen is de kans reëel dat een verzwakte president na november nog meer geneigd is om China als de strategische tegenstrever of vijand af te schilderen.
Naar een nieuwe Koude Oorlog?
Dat klinkt allemaal als een scenario dat de wereld recht naar een nieuwe Koude Oorlog leidt. Moeten we dan ook rekening houden met de terugkeer van lokale oorlogen waarin de supermachten hun conflict uitvechten?
Kevin Rudd: Ik ben heel terughoudend om het over een nieuwe Koude Oorlog te hebben. De oude Koude Oorlog was immers meer dan een louter ideologisch conflict, het was ook een situatie waarin twee supermachten atoomwapens op elkaar gericht hielden. Er waren uitbesteedde oorlogen op verschillende plaatsen in de wereld, terwijl er geen economische of people-to-people contacten waren tussen de twee blokken.
Dat is allemaal heel anders vandaag. Ik heb het liever over een losgeslagen relatie tussen de VS en China. De nieuwe periode van strategische concurrentie heeft op dit moment geen regels, er zijn geen afspraken. Dat is gevaarlijk genoeg.
‘Er is geen Koude Oorlog tussen de VS en China, wel een losgeslagen relatie
zonder regels of afspraken. Dat is gevaarlijk genoeg’
Kan dit zich ontwikkelen tot een nieuwe Koude Oorlog? Of zelfs tot een echte oorlog? Op termijn zijn beide zaken mogelijk, ja, als we er niet in zouden slagen om deze nieuwe strategische competitie te omkaderen met nieuwe regels.
Als China meer nationalistisch wordt, zal dat dan ook een effect hebben op het Belt and Road Initiative, de zogenaamde nieuwe zijderoutes?
Kevin Rudd: Het grootschalige BRI is aan de ene kant succesvol, maar genereert anderzijds ook behoorlijk wat kritiek en tegenstand in Sri Lanka en andere landen waar de schuldenlast te zwaar wordt of waar arbeidsnormen en milieuwetten niet nageleefd worden. In Beijing hoor je vooral dat het initiatief op alle vlakken een succes is, terwijl je in Washington vooral hoort dat het een onvermijdelijke mislukking is. De realiteit is verschillend naargelang het land en het deelproject.
De EU bracht gisteren een standpunt over de BRI naar buiten, waarin fundamentele bedenkingen gemaakt worden over de toekomstige oriëntatie van het hele project. In Washington is men intussen van een neutrale, afwachtende houding geëvolueerd naar een openlijk vijandige houding. Dat zie je in de creatie van nieuwe investeringsinstrumenten door de VS en Japen en andere landen.
Ook binnen China is er oppositie tegen het BRI, en dat verzet zou wel eens snel groter kunnen worden als er tegelijk met die miljardeninvesteringen in Aziatische landen intern een besparingsbeleid komt. Maar het BRI is heel erg geïdentificeerd met Xi Jinping zelf. Kan Xi het zich permitteren om dat grootse project terug te schalen?
Kevin Rudd: De Chinezen zijn altijd in staat een stap terug te zetten. Jin en jang zijn uiteindelijk dat: een voortdurende beweging tussen uitbreiden en inkrimpen. Maar het klopt dat het een sterk gepersonaliseerd initiatief is, en dat er stevig over gedebatteerd is over de vraag of China zich die projecten wel kan veroorloven. Maar zo lang de economie floreert en de levensstandaard groeit, kan het mensen wellicht weinig schelen dat er ook in het buitenland geïnvesteerd wordt.
‘De Chinese financiële instellingen waren behoorlijk ongerust over het
nieuwe zijderoute-project, zowel vanuit het standpunt van de
Chinese draagkracht als vanuit de vraag naar
absorptiecapaciteit in de andere landen’
De Chinese financiële instellingen waren behoorlijk ongerust over een project dat drie biljoen dollar inzet, zowel vanuit het standpunt van de Chinese draagkracht als vanuit de vraag naar absorptiecapaciteit in de andere landen.
We hebben India nog niet vernoemd in dit gesprek. Maar is die andere groeireus van Azië toch niet de olifant in de kamer van machtsverschuivingen, vooral in Azië?
Kevin Rudd: De VS en andere westerse landen proberen India in te zetten als een tegenmacht tegen China. Maar tot aller frustratie lijkt India tot nu toe niet in staat te zijn aan die verwachting te voldoen. Qua economische groei staat India vandaag waar China zich in 1980 bevond.
De capaciteit van India om snel grote stappen vooruit te zetten is beperkt omdat het een federaal land is waarin de deelstaten grote bevoegdheden hebben, maar ook door de aard van de parlementaire politiek. De bevolkingen van beide landen zijn vergelijkbaar, maar de Indiase economie is maar goed voor twee tot drie biljoen dollar, wat dus een zesde is van de Chinese economie. Tien jaar geleden lagen de twee economieën dichter bij elkaar dan vandaag. Nu zal er echt een groei-implosie moeten plaatsvinden in China voordat het relatieve gewicht van de Indiase economie er geopolitiek ook echt gaat toe doen.
Intussen is India vooral bezorgd om zijn eigen grenzen met China en de controle over de Indische Oceaan. Daarvoor wil het in bondgenootschap werken met andere machten, maar dat verandert niets aan de vaststelling dat de twee landen in een andere afdeling spelen.
Dat betekent dat we opnieuw uitkomen bij een bipolaire wereld waarin de VS en China de echte economische zwaargewichten zijn met de grootste militaire capaciteiten. De EU is te verdeeld om aanspraak te maken op wereldmacht, Rusland economisch te kwetsbaar, Japan en India op hun manier te afhankelijk. De beloofde multipolaire wereld zal voor een andere keer zijn?
‘Als er geen regels afgesproken of opgelegd worden, dan worden crisissen,
conflicten of zelfs oorlog waarschijnlijker’
Kevin Rudd: Dat zijn inderdaad de feiten: de mondiale economie wordt gedomineerd door twee grote economieën, met daarnaast een aantal secundaire spelers die elk een duidelijke impact hebben, maar tegelijk beperkte mogelijkheden om mondiaal resultaten te bepalen. En dat alles doet zich voor in een wereld waar de mondiale instellingen zwakker worden.
Ik denk niet dat iemand per se schuldig is aan deze stand der dingen. Ik denk dat het eerder een structurele uitkomst is van het feit dat China nu voldoende zwaar weegt op de schaal van zowat alle indicatoren van staatsmacht. Dat kon niet anders dan opgemerkt worden door de Amerikaanse veiligheidsdiensten. Als dit klopt, dan is de pragmatische vraag vooral hoe je deze nieuwe realiteit beheert en beheerst. Want als er geen regels afgesproken of opgelegd worden, dan is de uitkomst in hoge mate onvoorspelbaar. Dan worden crisissen, conflicten of zelfs oorlog waarschijnlijker.