De geheime CIA-oorlog in Tibet: het onbekende verhaal

We lazen voor u 3 boeken over de grotendeels geheime betrekkingen  tussen de omgeving van de Dalai Lama en de CIA van 1950 tot 1970. Deze relaties kunnen in verschillende fasen onderscheiden worden: Amerikaanse beloften op papier tot 1956; geheime CIA-steun vanaf 1956 met een weigerachtige houding van India en vanaf 1962 volop samenwerking CIA-India tegen de Chinezen na de voor India vernederende grensoorlog in 1962.
Voor het ontstaan van de Volksrepubliek ontving de Amerikaanse regering met opzet een Tibetaanse delegatie enkel als een handelsdelegatie om de bevriende nationalistische Chinezen van de Guomintang volgens wie Tibet ook deel uitmaakt van China, niet voor het hoofd te stoten. Bij het ontstaan van de Volksrepubliek opperde de Amerikaanse ambassadeur in India Henderson voor het eerst de mogelijkheid te overwegen om van politiek te veranderen en mee te ijveren voor de zelfbeschikking van de Tibetanen. Toch zal de VS de Tibetanen tijdens de talrijke contacten met gezanten uit de omgeving van de Dalai Lama, hen enkel met woorden steunen en vooral niet de door de Tibetanen gevraagde wapens leveren.  De Indische premier Nehru wou zijn land immers niet misbruikt zien door wapentrafiek om de goede relaties met China niet in het gedrang te brengen.

De broer van de Dalai Lama G. Thondup probeerde in Tibet samen met wolhandelaar G. Tashi een rebellenleger van de grond te krijgen en de VS zegden hen in 1957 de geheime opleiding toe van een zevental Tibetaanse agenten die eveneens in het geheim terug gedropt werden. Zij moesten de oren en ogen van de CIA in Tibet worden en van hun rapporten zou verdere Amerikaanse steun afhangen. Een van deze agenten zou tijdens de vlucht van de Dalai Lama naar India in maart 59 de CIA en Eisenhower dagelijks op de hoogte houden waar het gevolg zich bevond. Vooral in Kham (Oost-Tibet) rees verzet tegen de Chinezen die de Khampa’s die met hun geweer leefden, ontwapenden. De Amerikanen dreven de opleiding van Tibetaanse agenten en de geheime droppings van wapens op om het rebellenleger te versterken met een multiplicator effect als bedoeling. De centrale scharnier tussen de CIA-hiërarchie en het Tibetaanse veld was de broer van de Dalai Lama Gyalo Thondup die alle agenten die door de CIA opgeleid werden, selecteerde vooraleer ze naar de VS gestuurd werden voor training. Alles bijeen werden op enkele jaren tijd door VS-vliegtuigen in Tibet  30 wapendroppings uitgevoerd met 500.000 wapens en ander materieel. Geen van de vliegtuigen werd noch door India, noch China ontdekt.

De Khampa rebellen waren traditioneel gewoon in grote groep te opereren. Zo werden ze echter snel door het Volksbevrijdingsleger ontdekt en bestreden, desnoods via de luchtmacht. De Amerikanen drongen bij de Khampas’s aan op een guerrilla-tactiek, maar dit drong niet echt door de Tibetanen die met hun kuddes leefden. Ook de gedropte agenten worden door het Chinese leger ofwel gevangen genomen, gedood of ze druipen terug af naar India. Ze slaagden er blijkbaar niet in om zoals Mao voorschrijft zich als een vis in het water van het volk te bewegen. Ook op de twee door de Chinezen aangelegde nieuwe wegen naar Tibet vielen maar weinig sabotageacties te bespeuren en de Chinese aanvoer gebeurde ongehinderd.  Na deze mislukkingen volgde de VS een nieuwe strategie: de CIA ondersteunde financieel en logistiek een Tibetaans rebellenleger in Mustang (Nepal) die sabotageraids moesten uitvoeren over de grens in Tibet en nadien terugkeren. In werkelijkheid waren er maar weinig sabotageacties per jaar. Ook voor dit legertje werden verschillende geheime wapendroppings uitgevoerd.

mustang2

Mustang krijgers

Na de voor de Indiërs vernederende grensoorlog  met China in 1962,  stelt India zich meer begrijpend op tegenover de Amerikaanse geheime operaties tegen de Chinezen. India en de VS gingen samenwerken om de grensbewaking met China gezamenlijk te organiseren tot op het vlak van de luchtmacht. Voor beiden waren de Tibetanen uit de grensstreek de uitgelezen manschappen. VS en India wierven samen duizenden Tibetanen aan die in en over het Indisch grensgebied gingen opereren als grensbewaking en ook voor het inlichtingenwerk. 10 in de VS opgeleide geheime radioteams werden voor spionage op de grens met China gestationeerd om er te infiltreren. Ook hiervan was het uiteindelijk bilan: ofwel gevangen genomen, ofwel gedood ofwel druipen terug af richting India. Het Mustang verzet ging ten onder aan innerlijke verdeeldheid. De nieuwe Indische premier Indira Gandhi voer een meer linkse op de Sovjet-Unie afgestemde koers en Nixon/Kissinger bereidden hun bezoek naar China voor. De nieuwe koning van Nepal verdroeg niet langer de Tibetaanse rebellen op zijn grondgebied en toen Nixon naar Beijing vloog, was het rebellenverzet de facto op alle terreinen  doodgebloed.
Bronnen
*Kenneth Kaus, Orphans of the Cold War:America and the Tibetan Struggle for Survival, NY, Public Affairs, 2000 http://www.american-buddha.com/cia.secret.war.htm
*Kenneth Conboy & James Morrison The CIA’S Secret War In Tibet © by the University Press of Kansas, 2002
*Carole McGranaham , Arrested Histories   The Tibet, the CIA and memories of a forgotten war,  Duke University Press Durham and London 2010
Voor de gedetailleerde volledige story over 20 pagina’s verwijzen we naar ons artikel op academia.edu

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *