De Chinese sociale media worden bij ons meestal voorgesteld als een gecensureerde ruimte waar afwijkende stemmen geen kans krijgen. Dat beeld klopt niet met de werkelijkheid van een levendig academisch debat. We nemen hier als voorbeeld de radicale standpunten van professor Li Daokui over het pensioen van boeren.
David Daokui Li is hoogleraar economie en directeur van het Academic Center for Chinese Economic Practice and Thinking (ACCEPT) aan de Tsinghua Universiteit. Hij is erg actief op Chinese sociale media, waaronder een videokanaal op WeChat, waar hij dagelijks commentaar geeft. Hij heeft ook een YouTube-kanaal.
We geven hier zijn mening over het pensioen van de boeren, die toch wel afwijkt van de officiële politiek, De vertaling van het Chinees naar het Engels gebeurde door Pekingnology, de Nederlandse vertaling en de tussentitels zijn van Chinasquare.
Te veel verschil in pensioenen
‘Laten we het hebben over het verhogen van de basispensioenen voor boeren. Momenteel zijn de basispensioenen van boeren veel te laag. Gemiddeld ontvangen ouderen op het platteland van 60 jaar en ouder minder dan 200 yuan (27 euro) per maand, terwijl het gemiddelde pensioen voor werknemers van particuliere ondernemingen iets meer dan 3.000 yuan (400 euro) bedraagt – wat niet bijzonder hoog is, maar nog steeds aanzienlijk hoger dan 200 yuan. Ondertussen bedragen de pensioenen voor overheidsfunctionarissen en werknemers van openbare instellingen gemiddeld meer dan 6.000 yuan (800 euro), wat getuigt van een aanzienlijk verschillende behandeling.
Boeren dragen wel degelijk bij aan sociale zekerheid
Alle boeren zouden recht moeten hebben op pensioen. Sommigen zullen dit in twijfel trekken en beweren dat boeren niet hebben bijgedragen aan het pensioenstelsel, dus waarom zouden ze dan pensioen moeten ontvangen? Maar in feite waren boeren de eerste bijdragers aan de sociale zekerheid in ons land, ook al heette dat toen nog niet zo. Tijdens de industrialisatie brachten boeren talloze offers, zoals het betalen van landbouwbelastingen en het leveren van goedkope graanquota, die pas ongeveer tien jaar geleden zijn afgeschaft. Sinds de jaren negentig zijn veel boeren naar de steden verhuisd om te werken, maar hebben ze niet dezelfde voordelen ontvangen als de stadsbewoners. Bovendien heeft de onteigening van plattelandsgronden winsten gegenereerd die niet eerlijk met de boeren zijn gedeeld. Op verschillende manieren hebben boeren zo al aanzienlijk bijgedragen aan de nationale ontwikkeling, waaronder bijdragen die eigenlijk op dezelfde lijn zitten als pensioenfondsen. Hun oneigenlijke subsidies aan stadsbewoners zijn nooit gestopt.
Hoger pensioen voor boeren is betaalbaar
Maar heeft het land wel de mogelijkheid om de pensioenen van de boeren te verhogen? Absoluut. Laten we het eens uitrekenen. Momenteel zijn er 130 miljoen mensen op het platteland van 60 jaar en ouder. Een stijging van hun pensioen naar 800 yuan (170 euro) per maand zou de jaarlijkse pensioenuitgaven voor hen verhogen tot 1,25 biljoen yuan. Hoewel dit een groot bedrag lijkt, is het relatief bescheiden vergeleken met China’s totale jaarlijkse budget van bijna 30 biljoen yuan. Iets meer dan 1 biljoen yuan is genoeg om de pensioenen van de helft van China’s oudere bevolking te dekken.
Bovendien is het aandeel van pensioenuitgaven in China’s budget veel lager dan dat van ontwikkelde landen, wat aanzienlijke ruimte laat voor groei. Naarmate de Chinese economie geleidelijk terugkeert naar een stabiel groeitraject, zullen de fiscale inkomsten ook aanzienlijk toenemen.
Goed voor de economie
Wanneer de pensioenen van boeren worden verhoogd, zal hun consumptie stijgen. Hogere consumptie zal leiden tot hogere omzet voor bedrijven, wat op zijn beurt de huidige intense concurrentie tussen bedrijven zal verlichten. Met een sterkere binnenlandse vraag zal er minder druk zijn voor bedrijven om agressief te concurreren op exportmarkten, wat zal helpen de internationale betrekkingen en het imago van China te verbeteren.
Samenvattend concluderen we dat we, ten eerste, vanuit een moreel standpunt en in termen van het verbeteren van het algemene sociale welzijn, de pensioenen van boeren moeten verhogen, omdat we dit aan hen verschuldigd zijn. Ten tweede heeft het land de capaciteit om dit te doen. Ten derde zal het verhogen van de pensioenen van boeren de consumptie stimuleren, en de resulterende toename van de fiscale inkomsten zal de kosten gedeeltelijk compenseren.
Daarom is dit over het geheel genomen geen overdreven duur project en is het zeer gunstig voor de economische ontwikkeling van China. Ik hoop dat deze oproep tot actie zo snel mogelijk gevolg kan krijgen.’
Bron: Pekingnology
