Het tijdschrift Caixin wijdt een artikel aan de doodstraf in China. Het systeem is de voorbije tien jaar aangepast met een drastische daling van het aantal terechtstellingen tot gevolg. Toch schort er nog een en ander aan de procedures, vindt Caixin.
In 2012 kreeg Lai Changxing, de leider van een bende die betrokken was in een miljardensmokkel van sigaretten, auto’s, olie en textiel in Xiamen, een levenslange gevangenisstraf. Tien jaar eerder werden een dozijn van zijn medeplichtigen voor dezelfde feiten terechtgesteld. Lai ontsnapte aan de kogel door te vluchten naar Canada. Dat land leverde hem uiteindelijk toch uit. Het geval van Lai illustreert wel de veranderde houding van China tegenover de doodstraf.
De hervormingen begonnen in 2007. Er was groeiende bezorgdheid over mogelijke juridische dwalingen, en er was ook weerstand tegen het hoge aantal terechtstellingen. Toen besloot het nationale Hooggerechtshof dat het voortaan alle doodvonnissen door provinciale rechtbanken zou beoordelen. Dat liet het aantal terechtstellingen sterk dalen.
Beijing heeft het laatste woord
Wie vandaag ter dood veroordeeld wordt door een lokale rechtbank kan lokaal of provinciaal in beroep gaan bij een Hooggerechtshof. Wanneer het vonnis in beroep bevestigd wordt gaat het naar het Hooggerechtshof voor controle en goedkeuring.
In de praktijk moet volgens een insider die Caixin raadpleegde de rechter in beroep zijn ontwerpvonnis voorleggen aan een comité van drie rechters bij het Hooggerechtshof. De besluiten van dit comité gaan dan naar de ondervoorzitter van het Hooggerechtshof voor goedkeuring. Daarna komt het ontwerpvonnis nog voor een ander intern revisiecomité dat de finale goedkeuring geeft; over de werking van dit intern comité wordt geen informatie vrijgegeven. Uiteindelijk geeft de voorzitter van het Hooggerechtshof het bevel tot terechtstelling. Die volgt binnen de week.
Caixin meldt dat sommige juristen vinden dat de procedure nog niet genoeg waarborgen tegen juridische dwalingen biedt. De vonnissen worden beoordeeld door een besloten comité van rechters bij het Hooggerechtshof. Dat zou beter een open zitting houden waar de advocaten van de verdediging hun argumenten kunnen uiteenzetten.
Streng optreden in jaren 80-90
Tot 2007 bestond er een systeem dat dateerde uit de jaren ‘80. In die beginperiode van de hervormingen was er een sterke toename van de gewelddadige criminaliteit. Het nationale parlement besloot hier iets tegen te doen door streng op te treden. De rechters – die in China niet onafhankelijk zijn maar rekenschap moeten afleggen aan het parlement – kregen opdracht strenger te straffen, soms zelfs strenger dan de wet voorschreef. Gedwongen bekentenissen werden aanvaard als bewijsmateriaal. Bovendien werd het uiteindelijke onderzoek naar de juistheid van een doodvonnis gedecentraliseerd naar lokale of provinciale gerechtshoven, diezelfde die de zaak in beroep moesten behandelen; de eindcontrole werd op die manier een formaliteit.
In deze omstandigheden nam het aantal terechtstellingen en de mogelijkheid van juridische dwalingen toe, en het vertrouwen van het publiek af.
Pas de voorbije jaren is een aantal onterechte doodvonnissen uit de jaren 80 en 90 rechtgezet. In december was er nog ophef in de media rond het verhaal van een 21-jarige die in 1995 terechtgesteld werd op basis van een gedwongen bekentenis van verkrachting en moord. Tien jaar later werd de echte dader ontdekt, en het vergde nog eens tien jaar aandringen van de familie vooraleer het vonnis rechtgezet werd.
Verdere aanpassingen
Naast het verbeteren van het controleproces in 2007 zijn in de jaren 2011-2014 van de lijst van 68 misdaden die tot de doodstraf kunnen leiden er 22 geschrapt. Het gaat in hoofdzaak om witteboordencriminaliteit. Rechters kregen ook opdracht voorzichtiger te zijn bij doodslag in geval van echtelijke – of burenruzies, als de dader oprecht spijt toonde en de familie van het slachtoffer vergoedde. De terechtstelling met de kogel is de voorbije jaren gaandeweg vervangen door een dodelijke injectie.
Het aantal doodvonnissen in China wordt niet bekend gemaakt. Caixin schat dat na 2007 het jaarlijkse aantal vonnissen (dat hoger ligt dan het aantal terechtstellingen) is gedaald van tienduizend(en) tot duizenden. Een professor spreekt over een daling met twee derden. Volgens een andere professor heeft sinds 2007 heeft meer dan 95% van de doodvonnissen betrekking op moord, drugshandel en overvallen met dodelijke afloop.
Sinds 2015 is het gebruik van organen van terechtgestelde misdadigers verboden. Dat geeft overigens problemen want er zijn in China heel weinig vrijwillige donoren. Volgens het Chinese traditionele volksgeloof moeten lichamen ongeschonden begraven worden. Caixin vond in de statistieken 1.822 levertransplantaties in 2007 ; men mag aannemen dat die quasi allemaal afkomstig waren van ter dood veroordeelden. Dat geeft meteen een idee van het aantal terechtstellingen in het jaar waarin de hervormingen begonnen.
Uit databases van het Opperste Gerechtshof blijkt dat tussen 2014 en 2016 in tweeënhalf jaar 320 doodvonnissen gewijzigd werden. Bij slechts 28 van die gevallen werd een advocaat van de verdediging gehoord. Maar alleen al het feit van de ultieme controle maakt rechters bij lagere rechtbanken al terughoudender bij het uitspreken van de doodstraf.
Bron: Caixin