Een onbekend Chinees bedrijf verslaat een wereldleider

China’s DeepSeek schokte de wereld door onverwachte innovatie te presenteren tegen lagere kosten dan ChatGPT. Chinese treinen laten de onze letterlijk ver achter zich. Deze ontwrichtende trend is echter niet beperkt tot Big Tech. Hij vindt, veel stiller, ook plaats in de farmaceutische sector. In september schudde Akeso de biotechnologiesector op zijn wakker met haar nieuwe medicijn tegen longkanker.

Ivonescimab; foto Akeso (disclaimer)

Het medicijn

Ivonescimab, het nieuwe medicijn, werd gevonden in een proef uitgevoerd in China om Keytruda te evenaren, het blockbuster-medicijn ontwikkeld door Merck dat meer dan USD 130 miljard aan verkopen heeft opgehaald voor de Amerikaanse reus die de kankerbehandeling lang heeft gedomineerd.

Bij patiënten die werden behandeld met het nieuwe medicijn van Akeso duurde het gemiddeld 11,1 maanden voordat hun tumoren weer begonnen te groeien, vergeleken met 5,8 maanden voor Keytruda, volgens klinische gegevens die zijn vrijgegeven op de World Conference on Lung Cancer, een medisch topforum.

In de loop van enkele dagen begin september verdubbelden de aandelen in het in Californië gevestigde Summit Therapeutics, de Amerikaanse partner van Akeso, tot een recordhoogte. Het bedrijf had het recht verworven het nieuwe medicijn in Noord-Amerika en Europa op de markt te brengen.

Destijds, hoewel experts zeiden dat het een keerpunt was voor Chinese farmaceutische bedrijven, werd het buiten de industrie weinig opgemerkt. ‘Ik geloof dat de Chinese biotech-industrie wereldwijd een belangrijke rol zal spelen. En we zullen meer en meer deelnemen’, zei Michelle Xia, de CEO van Akeso, vorige maand in een interview met BiotechTV.

De opkomst van Chinese biotech

Tot de jaren tachtig, toen China zijn economie opende, waren de meeste farmaceutische bedrijven in handen van de staat. Het grootste deel van de afgelopen 40 jaar repliceerden Chinese biotechbedrijven voornamelijk bestaande medicijnen, bekend als ‘me-too’-medicijnen.

Maar in de afgelopen 10 jaar zijn ze begonnen met innoveren met meer geavanceerde medicijnen die rechtstreeks kunnen concurreren met het westerse tegenhangers. Bovendien hebben ze miljarden dollars aan licentieovereenkomsten getekend met westerse partners om hun producten in de rest van de wereld te vermarkten.

AstraZeneca tekende vorig jaar een deal van USD 1,92 miljard met de Chinese CSPC Pharmaceutical Group om cardiovasculaire medicatie te ontwikkelen en Merck heeft een overeenkomst van USD 2 miljard met het Chinese Hansoh Pharmaceutical over een experimentele pil voor gewichtsverlies.

Volgens een onderzoek dat eerder deze maand door HSBC Qianhai Securities is gepubliceerd, wordt China een innovatiehub voor de hele industrie genoemd, met het aantal licentiedeals die is gestegen van slechts 46 in 2017 tot meer dan 200 vorig jaar. Het totale bedrag was slechts USD 4 miljard in 2017, maar steeg vorig jaar tot USD 57 miljard.

Cui Cui, managing director of healthcare research voor Jefferies, zei dat de onderzoekscapaciteiten en ontwikkelingsefficiëntie van Chinese biotechbedrijven een inhaalslag maken, dankzij factoren zoals sterke overheidssteun, buitenlandse investeringen en een schat aan binnenlands talent.

Recentelijk berichtten de media ook nog over baanbrekende nieuwe Chinese medicijnen tegen b.v.: Partkinson’s, Alzheimer’s, enz.

Repatrianten

Er is nog een aspect dat ongetwijfeld een grote rol in het succes van de China bio-pharma gespeeld heeft, maar niet in de bovenstaande verhaal, afkomstig van CNN, genoemd wordt. Het Amerikaanse National Institutes of Health (NIH), een overkoepelende organisatie die onderzoek naar nieuwe medicijnen en geneesmethoden stimuleert, voert sinds 2019 een fervente hetze tegen het grote contingent onderzoekers van Chinese afkomst binnen haar organisatie. Het betreft b.v. Chinezen die naast hun dienstverband aan Amerikaanse universiteiten en onderzoekslaboratoria geregeld gastcolleges in China geven, of op andere manieren contact met Chinese vakgenoten houden. Velen zijn ervan beschuldigd dat zij onderzoeksresultaten met Chinese collega’s gedeeld hebben en daarmee hun geheimhoudingsplicht geschonden zouden hebben. Anderen wordt verweten dat zij geld voor hun activiteiten in China ontvangen zonder dat aan hun Amerikaanse werkgever te melden.

Een groot aantal Chinese medewerkers is daardoor op non-actief gesteld of ontslagen. Sommigen zijn zelfs aangeklaagd. Een extra schrijnend geval betrof een echtpaar die beiden in de bio-medische sector werkten. Elk van hen had een lange lijst van publicaties in toptijdschriften en waren al in de VS genaturaliseerd.

Dit leidde tot enorme verontwaardiging, gelukkig ook door veel Amerikaanse collega’s gedeeld. Veel van hun wezen erop dat zij hun onderzoek voor de gehele mensheid deden en niet alleen om hun werkgever rijk te laten worden door de verkoop van patentrechten. Deze opvatting is in overeenstemming met het communautaire karakter van de Chinese cultuur, waarin het belang van de groep (de mensheid) voorrang heeft op het belang van het individu (de organisatie waarbinnen een nieuw geneesmiddel ontwikkeld wordt). Datzelfde cultuuraspect maakt ook dat Chinese academici, waar ter wereld ze ook werken, altijd contact blijven houden met hun studiegenoten en hun onderzoeksthema’s met elkaar delen. Op deze culturele dimensie staan Chinezen en Amerikanen verschillende uiteinden. Verzoening ervan is lastig, maar niet onmogelijk, wanneer je als directeur van onderzoekslab of decaan van een faculteit voldoende cultureel inzicht verworven hebt.

Dat laatste vindt in de VS nog nauwelijks plaats en veel van de beschuldigde Chinese onderzoekers zijn naar hun vaderland teruggekeerd. Daar werden zij uiteraard met open armen ontvangen. Universiteiten en onderzoeksinstituten strijden om hen door gunstige arbeidsvoorwaarden, zoals beschikbaarheid van laboratoria, financiering, personeel e.d., te beloven. Zelfs het genaturaliseerde echtpaar keerde terug en vond meteen werk bij de Jinan Universiteit in Guangzhou.

Dit specifieke medicijn is niet door een gerepatrieerde bio-medicus ontwikkeld, maar het feit dat de laatste tijd geregeld nieuwe biologische medicijnen uit China in het nieuws komen, voor ziektes variërend van Alzheimer tot diverse vormen van kanker, is wel degelijk de resultante van deze massale terugkeer van toponderzoekers.

Ironie

Ironisch is dan wel weer dat de Amerikaanse FDA (Food & Drug Administration) vaak opvallend snel is met de goedkeuring van deze medicijnen voor gebruik in de VS. Artsen willen genezen en zijn minder geïnteresseerd in politiek. Zodra ze over een nieuw medicijn te horen krijgen, willen zij het zo snel mogelijk leren kennen en kunnen voorschrijven.

Bron: CNN, New York Times, China Daily en eigen onderzoek van de auteur.