In Beijing vond op 3 en 4 september de driejaarlijkse Chinees-Afrikaanse top FOCAC plaats. Het verslag van de samenwerking sinds de vorige bijeenkomst is positief. China biedt extra financiële middelen aan voor de ontwikkeling van Afrika. Europese media reageren zurig.
FOCAC (Forum on China-Africa Cooperation) komt sinds 2000 elke drie jaar samen. Deze keer waren 53 Afrikaanse landen present. Alleen Swaziland, dat geen diplomatieke betrekkingen met China heeft, ontbrak. Bijna alle landen stuurden hun president of premier. Ook de secretaris-generaal van de Verenigde Naties en de secretaris-generaal van de Afrikaanse Unie waren aanwezig.
Geen nieuw kolonialisme
In de openingstoespraak benadrukte de Chinese president Xi dat China Afrika helpt om de noodzakelijke infrastructuur voor ontwikkeling uit te bouwen. China investeert niet in prestigeprojecten. Het stelt 60 miljard dollar beschikbaar voor de komende drie jaar. Aan die Chinese inbreng zijn geen politieke voorwaarden verbonden. De samenwerking met Afrika zal voortaan beter aansluiten bij het Belt and Road Initiative (de nieuwe Zijderoutes) dat zich eerder op Azië en Europa richt .
De Zuid-Afrikaanse president Ramaphosa verklaarde op een rondetafelconferentie die hij mee voorzat, dat hij tevreden is met de toenemende inzet van China voor Afrika en ‘ niet akkoord is dat een nieuw kolonialisme in Afrika opkomt, zoals lasteraars ons willen doen geloven’.
Waar staan we?
China is de grootste handelspartner van Afrika sinds 2009. De bilaterale handel bedraagt nu meer dan 170 miljard dollar per jaar.
In totaal verleende China tussen 2000 en 2016 voor 125 miljard dollar leningen aan Afrika. Die gingen vooral naar infrastructuur. Een zeer belangrijk project is de spoorlijn van de Keniaanse havenstad Mombassa naar de hoofdstad Nairobi, die af is en werkt. Deze lijn zal doorgetrokken worden en moet uiteindelijk Zuid-Soedan, Ethiopië, het Oosten van Congo, Ruanda en Burundi een verbinding met een zeehaven bieden.
In 2012 zat 15% van de schuld van zwart Afrika bij China. Volgens McKinsey & Co. kwam een derde van de nieuwe leningen van Afrikaanse staten in 2015 uit China. Chinese leningen zijn gemakkelijker te verkrijgen en meestal goedkoper dan westerse of leningen van internationale instellingen. Een voorbeeld: Djibouti leende voor de Doral Container Terminal 268 miljoen dollar van verschillende banken, voor negen jaar aan 9% interest. In China leende het 620 miljoen dollar voor 20 jaar aan 2,85%.
De Chinese investeringen in Afrika schommelen al enkele jaren rond 3 miljard dollar per jaar. Daarvan zou al 15% naar investeringen in industrie gaan.
Tussen 2001 en 2011 gaf China hulp voor 75 miljard dollar. De VS gaf in dezelfde periode 90 miljard. De Chinese hulp is echter meer begeerd. Terwijl het Westen vooral cash of materiaal geeft, verleent China vooral interestvrije leningen of leningen met een lage rentevoet, die flexibel en zonder voorwaarden kunnen gebruikt worden.
Het nieuwe Chinese engagement in cijfers
China biedt nu opnieuw 60 miljard dollar hulp aan, gespreid over drie jaar. Dat is evenveel als op de vorige top in Johannesburg in 2015.
Van die 60 miljard komt 50 miljard van de Chinese overheid. Chinese bedrijven zullen aangemoedigd worden om de overige 10 miljard te investeren.
Er komen voor 20 miljard dollar door de staat gewaarborgde commerciële leningen (leningen met een normale rentevoet). China geeft voor 15 miljard ontwikkelingshulp in de vorm van giften en renteloze leningen of leningen met verlaagde interest. Naar een speciaal fonds voor het financieren van ontwikkelingsprojecten gaat ook 10 miljard. Een speciaal fonds voor het financieren van invoer uit Afrika krijgt 5 miljard dollar. Over die twee speciale fondsen ontbreken nog de details.
Vergeleken met het pakket van 2015 is het aandeel ontwikkelingshulp gestegen van 5 naar 15 miljard.
Het aanbod leningen op commerciële basis wordt kleiner: in de vorige periode was 35 miljard voorzien voor leningen, nu slechts 20 miljard. Historisch bekeken stegen de beloofde leningen van 5 miljard in 2009 naar 20 miljard in 2012, een piek van 35 miljard in 2015 en nu terug naar het niveau van 2012. De daling zou wel gedeeltelijk te verklaren zijn doordat leningen met lage interest overgeheveld worden naar ontwikkelingshulp.
De politiek van kwijtschelding van schulden blijft ongewijzigd, minstens nog dit jaar. Sinds 2006 is het de gewoonte dat langlopende renteloze leningen die een Afrikaans land niet kan terugbetalen kwijtgescholden worden. Het is een politiek die geldt voor ‘minst ontwikkelde landen, landen met hoge schuldgraad, ontwikkelingslanden zonder toegang tot de zee, en ontwikkelingslanden bestaande uit kleine eilandengroepen die China diplomatiek erkennen’. Voor Afrika gaat het om relatief beperkte sommen.
Concrete samenwerking op acht domeinen
De speerpunten van de Chinese hulp liggen de komende jaren op acht domeinen:
China wil de industriële ontwikkeling ondersteunen. In China komen initiatieven om de invoer van Afrikaanse producten te promoten, en Chinese bedrijven krijgen steun voor investeringen in Afrika. Er komen 50 programma’s voor landbouwbijstand met 500 ervaren Chinese landbouwexperts. Verder is één miljard yuan (130 miljoen euro) noodhulp voorzien bij natuurrampen in Afrika.
China zal met de Afrikaanse Unie een samenwerkingsplan voor infrastructuur opstellen. Chinese bedrijven in de sector infrastructuur krijgen steun voor BOT-projecten ( build-operate-transfer) of andere vormen van samenwerking.
China gaat meer uit Afrika invoeren, bij voorkeur andere producten dan grondstoffen. Afrika krijgt steun om deel te nemen aan de China International Import Expo, en de minst ontwikkelde landen mogen gratis deelnemen.
China gaat deelnemen aan 50 Afrikaanse milieuprojecten, met focus op klimaatverandering, bescherming van de zee, strijd tegen woestijnvorming, en bescherming van dieren in het wild.
China gaat in Afrika tien Luban scholen voor beroepsopleiding oprichten, 1.000 Afrikanen van hoog niveau opleiden, 50.000 studiebeurzen voor Afrikanen voorzien, seminaries en workshops voor 50.000 Afrikanen sponsoren, en 2.000 jonge Afrikanen uitnodigen in het kader van een uitwisselingsprogramma.
Vijftig programma’s voor gezondheidszorg zullen opgewaardeerd worden, met de focus op het hoofdkwartier van het African Center for Disease Control and Prevention en de China-Africa Friendship Hospitals.
China gaat een instituut voor Afrikaanse studies oprichten en de culturele uitwisseling uitbreiden. Afrika zal deelnemen aan de Silk Road International League of Theaters, de Silk Road International Museum Alliance en het Network of Silk Road Art Festivals.
China gaat ook een Chinees-Afrikaans fonds voor vrede en veiligheid opzetten en gratis militaire bijstand verlenen aan de Afrikaanse Unie. Er komen een vijftigtal samenwerkingsprogramma’s voor VN-vredesmissies, strijd tegen piraterij en strijd tegen terrorisme.
Westerse ‘zure druiven’
Dat Afrika met de hulp van China vooruitgaat kan moeilijk nog langer ontkend worden. Zo titelt het Amerikaanse magazine : ‘Chinese Aid and Investment Are Good for Africa’. Toch valt in de westerse media vooral de kritiek op.
De kritiek focust vandaag vooral op de gulle Chinese kredieten aan Afrika. Die zouden sommige Afrikaanse landen diep in de schulden geduwd hebben en hen politiek afhankelijk van Beijing maken.
Als voorbeelden wordt verwezen naar Ethiopië, dat industrialiseert met Chinese leningen, en Angola en Zambia, die problemen hebben om infrastructuurleningen terug te betalen omdat de olie- en koperprijzen op de wereldmarkt fors gedaald zijn. Angola zou in stilte met China een schuldherschikking overeen gekomen zijn. Zambia en Ethiopië hebben onderhandelingen daarover gevraagd.
De Chinese speciale gezant voor Afrika, Xu Jinghu, ging op een persconferentie in op die kritiek. Ze stelt vast dat China niet de grootste schuldeiser is van de Afrikaanse landen met de grootste schulden. China is ook van plan bij de keuze van projecten grondiger na te gaan of die leefbaar zijn en geen schuldprobleem kunnen veroorzaken wanneer de prijzen op de internationale grondstoffenmarkten dalen.
China is de grootste schuldeiser van slechts drie Afrikaanse landen: Congo, Zambia en Djibouti.
De Chinese krant Global Times stelt dat voor westerse media in Afrika ‘de druiven te zuur zijn’. Europa is niet langer de baas van de wereld en het is er zelf niet in geslaagd Afrika te helpen bij zijn ontwikkeling. Het moet nu niet zeuren over de successen van anderen.
Bronnen: CARI ( China-Africa Research Initiative at Washington’s Johns Hopkins University School of Advanced International Studies), BBC, Foreign Policy, Reuters, People’s Daily, South China Morning Post, Financial Times.