Het gezaghebbende medische tijdschrift The Lancet publiceerde onlangs een themanummer over China. We pikten er dit artikel over globalisering, milieu en gezondheid uit.
Jarenlang ontwikkelt China zich economisch razendsnel en is nu de grootste energieverbruiker op wereldvlak. De bijgaande lucht-, water- en grondvervuiling stelt de Chinese bevolking bloot aan veel acute en chronische ziekten.
Meer dan de helft van het Chinees grondwater is vervuild en het kankerrisico in dorpen langs de Huai rivier loopt sterk op. Het grootste risico voor de volksgezondheid is momenteel de luchtvervuiling. Volgens een internationale studie kostte de slechte luchtkwaliteit in 2010 meer dan 1,2 miljoen levens en 24 miljoen gezonde levensjaren.
Die luchtvervuiling stopt niet aan landsgrenzen. Zure regen en stofstormen in China bereiken ook de Oost-Aziatische buurlanden. De uitstroom van vervuilde lucht, over de Stille Oceaan heen, heeft zelfs impact op de luchtkwaliteit in het westen van de USA. Globaal zou dit fenomeen jaarlijks 30.000 extra overlijdens buiten China veroorzaken. Anderzijds daalde de luchtvervuiling in het oosten van de USA als gevolg van de uitbesteding van (vervuilende) productieprocessen aan China.
Klimaatverandering wordt meer en meer erkend als een grote bedreiging voor de gezondheid op wereldvlak. Sinds 2007 overtreft China de USA als grootste uitstoter van CO². Geschat wordt dat de Chinese uitstoot met 55% zal toenemen tussen 2011 en 2020. Dat is drie keer meer dan het engagement tot CO² uitstootdaling van de USA en Europa samen in diezelfde periode .
De globalisering van de economie positioneert China als de wereldfabriek, die goederen exporteert naar de rijkere landen. In dit mondiaal productieproces verbruikt het land zijn natuurlijke rijkdommen en raakt het opgezadeld met industriële vervuiling. In 2006 was 36% van de Chinese uitstoot van zwaveldioxide, 27% van de stikstofoxide, 22% van de koolmonoxide en 33% van de CO² rechtstreeks geassocieerd aan de productie van goederen voor de wereldmarkt. Bovendien verwerkte China 70% van de wereldwijde afval van elektronica, grotendeels aangevoerd vanuit rijke ontwikkelde landen via illegale dumpingkanalen.
In dit kader van groeiende vervuiling is de Chinese overheid resoluut omgeschakeld van economische strategie: van een puur BrutoNationaalProduct-gedreven groeimodel naar een evenwichtig model van duurzame economische ontwikkeling gepaard aan een energie-zuinige en milieu-vriendelijke samenleving. De economische prioriteit bestaat uit de omvorming van het huidige vervuilende productieproces naar een hoogwaardige economie met lage vervuiling. De overheid dient hierbij de luchtkwaliteit en klimaatverandering in zijn samenhang te benaderen want belangrijke luchtvervuilers en hoge CO² komen vaak voort uit dezelfde bron, vooral in de dichtbevolkte Chinese grootsteden.
Bovenop de binnenlandse inspanningen is China aangewezen op internationale samenwerking voor de aanpak van deze problemen. De rijke westerse landen dragen door hun economisch handel bij tot de vervuiling in China. Bovendien is de CO² uitstoot per inwoner in China nog altijd lager dan in die rijke landen. China heeft het moreel recht op verdere ontwikkeling, waarbij rijkere landen China kunnen helpen bij de milieubescherming. China zou lessen kunnen trekken uit de risico’s in die rijkere landen waar men ‘economische winst eerst’ stelt, voor menselijke welvaart en bescherming van het milieu.
Een recente wijziging in de Chinese milieuwetgeving wordt vanaf 2015 van kracht en voorziet krachtige maatregelen in de strijd tegen vervuiling. China’s succes in de aanpak van milieuproblemen zal niet alleen de gezondheid van de eigen bevolking verbeteren, maar van de hele wereldgezondheid.
Haidong Kan. Globalisation and environmental health in China. Lancet 2014; 384: 221-23.