Gun China deze Nobelprijs

Mo Yan heeft op 10 december de Nobelprijs Literatuur in ontvangst genomen. Zoals zijn vertaalster Silvia Marijnissen terecht stelt: ‘eindelijk heeft een echte Chinese schrijver de Nobelprijs gekregen, en dan nog wel een die in alle lagen van de bevolking wordt gelezen’(Knack).
De vorige Chinese literator die de prijs kreeg was een in Frankrijk wonende dissident die weinig toegankelijke boeken schrijft. Tot nog toe zijn Nobelprijzen voor Chinezen overigens meestal een middel geweest om de overheid te bekritiseren of te provoceren en die vroegere prijzen hadden in wezen ook weinig te maken met het thema waarvoor ze werden uitgereikt: of Liu Xiaobo met zijn dissidentenactiviteiten en de dalai lama met zijn separatistische agenda een bijdrage leveren aan de vrede waarvoor ze de Nobelprijs hebben gekregen, is zeer betwijfelbaar. Het is normaal dat China nu feest viert en dat de overheid in deze Nobelprijs een erkenning van de waarde van de hedendaagse Chinese cultuur ziet en een blijk van respect voor China zelf. Mo Yan zegt dat voor hem de literatuur zijn voornaamste uitdrukkingsmiddel is en dat hij de prijs ziet als een blijk van waardering voor dat waar hij voor staat: literaire verdienste.
Wie van Mo Yan eist dat hij het feest nu bederft door mee een eis aan de regering te onderschrijven voor de vrijlating van Liu Xiaobo, laat zien dat hij de Chinezen niet begrijpt of niet wil begrijpen. De schrijver zelf was hierdoor geprikkeld. ‘Als ze me willen dwingen om actie te voeren doe ik het zeker niet’, zei hij en enigszins provocerend vergeleek hij op een persconferentie ingrepen van de censuur met de veiligheidscontroles in luchthavens die iedereen vanzelfsprekend vindt. Eerder al had hij zijn critici van antwoord gediend door te stellen dat wie hem politieke braafheid verwijt duidelijk zijn boeken niet heeft gelezen. De uitspraken en de houding van Mo Yan vallen beter te begrijpen in het licht van wat een andere bekende vertaler in een interview met de Nederlandse Volkskrant onlangs heeft gezegd over Chinese literatuur. Mark Leenhouts, auteur van o.a. de literatuurgeschiedenis Chinese literatuur van nu (De Geus 2008) denkt dat ‘veel Chinese schrijvers in hun boeken geëngageerder zijn dan Nederlandse’ en dat ‘de Chinese roman bijna altijd over politieke zaken gaat’. Alleen, ‘een Chinees schrijft nooit expliciet dat hij het ergens niet mee eens is. Hij laat het liever merken…Show, don’t tell.’ Over de censuur zegt Leenhouts: ‘de regering is er op gebrand de literatuur in bedwang te houden’…maar ’ondoordringbaar en streng is China niet meer… de censuur is geen kantoor waar alles wordt gelezen. Je bepaalt samen met je redacteur of je iets beter niet kunt schrijven, of anders moet formuleren…Vergeet niet dat de meeste schrijvers alleen maar verbetering zien ieder jaar.’
Desmond Tutu heeft een aantal Nobelprijswinnaars overtuigd om een petitie voor de vrijlating van Liu Xiaobo te tekenen. De Duitstalige Roemeense Nobelprijswinnares Herta Müller en anderen hebben bittere en persoonlijk getinte verwijten gericht aan Mo Yan omdat hij weigerde zich hierbij aan te sluiten. Müller noemde het zelfs een ramp dat Mo Yan de Nobelprijs had gekregen. Alle betrokkenen, de belaagde prijswinnaar evenzeer als zijn belagers, weten goed hoe contraproductief het zou werken als Mo Yan voor de druk die op hem werd uitgeoefend, was bezweken om zijn regering en zijn partij aan te vallen. Jammer dat er intellectuelen zijn die de voldoening van een belangrijke en welverdiende prijs niet gunnen aan de meerderheid van de Chinezen en hun gevierde schrijver.
Nog een interessante invalshoek biedt wellicht het (succesvolle) programma Dialogue van de Chinese televisie, dat een aflevering hieraan heeft gewijd http://english.cntv.cn/program/dialogue/20121212/100796.shtml

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *