Het stedelijk investeringvehikel van Shanghai Guosheng Group, heeft het bestuur van China Energy (CEFC) overgenomen. CEFC-stichter Ye Jianmin werd voor het Chinees nieuwjaar aangehouden en ondervraagd. Het is de tweede keer in één week dat een freewheelende onderneming onder curatele wordt geplaatst.
Nauwelijks is de groep Anbang voor één jaar onder curatele gestelt of ook CEFC China Energy ondergaat hetzelfde lot. CEFC China Energy, het in Shanghai gebaseerde olie- en gas conglomeraat werd gesticht door Ye Jianming. Hij richtte CEFC op in 2002 wanneer hij nog een twintiger was. Nu is de groep gegroeid tot nummer 229 in de Fortune Top 500-lijst met een omzet van 263 miljard yuan in 2015.
Zijn grootste deal was toen hij tegen 9 miljard dollar 14% kocht in het Russische Rosneft. Voor de financiering beschikte Ye over een kredietlijn van 30 miljard yuan bij de China Development Bank. Sinds juli 2015 spendeerde de groep bijna 5 miljard dollar aan verwervingen zoals in Tsjaad en Roemenië.
Vlak voor het Chinees nieuwjaar werd Ye aangehouden op verdenking van ‘economische misdrijven’. Nu heeft Shanghai Guosheng Group het management en de dagelijkse operaties overgenomen, meldt de South China Morning Post. Viceburgemeester Wu Qing is verantwoordelijk voor de supervisie van de coördinatie tussen Guosheng en CEFC. De 53 jarige Wu werd door het Shanghai People’s Congress op 23 januari aangesteld als één van de 8 viceburgemeesters met als bevoegdheden investeringen, handel, nijverheid en IT. Hij was sinds mei 2016 ook voorzitter van de Shanghai beurs.
Naar verluidt zou het onderzoek tegen Ye te maken hebben met dat tegen voormalig Hongkong minister Patrick Ho Chi-ping die een denktank steunt die gefinancierd wordt door CEFC. Beiden zouden volgens de Amerikaanse justitie in ruil voor olierechten de president van Tsjaad Idriss Deby 2 miljoen dollar smeergeld hebben bezorgd en de Oegandese minister van Buitenlandse Zaken Sam Kutesa een half miljoen.
Bron: SCMP