Het Belt and Road Initiative (BRI) wil China met Europa verbinden, maar stuit nu op weerstand.

Er is aan de forumleden van het Manifesta-debat op 9 september gevraagd om meer ruimte te nemen en hun opvattingen beargumenteerd uiteen te zetten in een opiniestuk. De auteurs schrijven voor zichzelf en zijn zelf verantwoordelijk voor de inhoud. Jo Cottenier van de PVDA van België komt als tweede aan de beurt.

Europa is de eindbestemming van de nieuwe Chinese zijderoutes en Europa bekleedt een dubbele specifieke rol in het kader van het BRI.

Uitgestoken hand

1° Het BRI is een uitgestoken hand naar Europa. China wil samenwerken op voet van gelijkheid en met wederzijds voordeel. Het is een filosofie die China stelt tegenover het streven naar overheersing van de VS. In die zin is het BRI een strategisch initiatief om een multipolaire wereld te maken die de hegemonie van de VS doorbreekt. China vraagt om te erkennen dat er verschillende sociale systemen kunnen zijn en dat die vreedzaam kunnen samenleven, van mekaar leren, zonder overheersing. Geen zero-sum (de ene wint, de andere verliest), maar win-win. Zo moet een nieuwe wereldorde tot stand komen, in een geest van samenwerking, van ‘een shared destiny and shared community’ zoals Xi Jinping het uitdrukt.

Made in China 2025, een trap hoger

2° De BRI doelstellingen naar Europa kan men niet losmaken van de Chinese Made in China 2025 strategie. China wil een kampioen worden in ‘smart manufacturing’ en wereldleider worden in tien hightech sectoren.   Daarom moeten de buitenlandse investeringen strikt geleid worden naar spitsbedrijven die technologieoverdracht mogelijk maken. Daarbij speelt West Europa een cruciale rol. Tot hiertoe was China een goede onderaannemer voor multinationals in de globale waardeketen.  ‘Onze’ multinationals deden hun voordeel bij de Chinese markteconomie, alhoewel ze liever méér toegang zouden krijgen tot de binnenlandse markt. China produceerde goedkope consumptiegoederen en verzamelde handelsoverschotten door uitvoer naar het Westen. Maar nu wil China een trap hoger en mee concurreren op het hoogste niveau, dat van de hightech, van de artificiële intelligentie, van de cloud computing, van de big data, van de vierde industriële revolutie. En daarvoor koopt China spitsbedrijven op in Europa.

Redenen om te verwelkomen

Ik wil mij eerst concentreren op dat laatste aspect: de overnames door Chinese bedrijven in West-Europa, productiebedrijven zoals Volvo, elektriciteitsnetwerken zoals Eandis, havens zoals Piraeus of Zeebrugge… Er is een toename van Chinese  investeringen en overnames in Europa sinds 2013 (aankondiging BRI) en vooral sinds 2015 (plan Made in China 2025). Het recordjaar was 2016. Er zijn redenen genoeg om de Chinese investeringen te verwelkomen zeker na de crisis van 2008. Ze brengen groei, behoud of toename van werkgelegenheid, financiële inkomsten, handelsbetrekkingen met China. Maar er zijn ook toenemende kritieken en waarschuwingen. De twee meest gebruikte tegenargumenten zijn het veiligheidsargument en de zogenaamde oneerlijke concurrentie. Wat valt hierover te zeggen?

Een bedreiging voor de veiligheid?

Het Eandis verhaal van 2017 is typerend. Het Chinese staatsbedrijf State Grid betaalt 300 miljoen méér dan alle concurrenten voor 14% van de aandelen. De investeerder stelt zich tevreden met een lage winst, heeft geen doorslaggevende stem én is een specialist in smart grids. Maar wie komt er op de proppen? De Staatsveiligheid. ‘Nefast voor de veiligheid’. Hetzelfde verhaal speelt zich nu af in Duitsland, waar State Grid een aandeel van 20% wil opkopen in 50Hertz, een beheerder van hoogspanningslijnen in Berlijn en Oost-Duitsland. De regering wil dit verhinderen. Waarom zijn elektriciteitsnetwerken een prioritair investeringsdoelwit (ook al in Griekenland, Italië, Portugal…) ? Eén van de prioritaire sectoren in het kader van MiC 2025 is Electricity Equipment, Transmission and Transformation Equipment. China wil technologische samenwerking en uitwisseling voor de bouw van smart grids, een absolute prioriteit om de ontwikkeling van duurzame energiesystemen mogelijk te maken. Zo simpel is het.

‘Zij’ tegen ‘ons’

Als laagspannings- en hoogspanningsleidingen als strategisch worden beschouwd vanuit oogpunt van veiligheid, dan vertrekt men vanuit het beeld dat China een Europees netwerk aan het veroveren is dat moet dienen om vroeg of laat de energievoorziening helemaal te saboteren, Europa te chanteren of onder de voet te lopen. Dikwijls wordt onverbloemde koude oorlogstaal gehanteerd, zoals bij VUB specialist Jonathan Holslag, of bij de Duitse Minister van Economie Sigmar Gabriëls. Het is nog altijd ‘wij’ tegen ‘zij’, het opwerpen van verdedigingsgordels, waarbij alle stereotypen terug boven komen. China is communistisch, zonder democratie, met staatsbedrijven die niet anders dan bureaucratie en corruptie kunnen kweken. Zit het kwaad niet in de westerse indoctrinatie ipv in de vermeende Chinese dreiging? Onze regeringen, de EU kiezen nog altijd ondubbelzinnig – Trump ten spijt – voor de westerse overheersingspolitiek. Wat men omwille van ‘strategische redenen’ afwijst is voor het vrijwaren van het strategisch bondgenootschap met de VS, de westerse NATO-alliantie.

Oneerlijke concurrentie?

Europa zegt dat China de markteconomie vervalst, met steun aan staatsbedrijven. Maar Europa wil vooral niet dat China zo’n goede leerling wordt van de markteconomie dat het de Europese monopolies op eigen terrein gaat bekampen. Duitsland luidt de alarmklok. Duitsland heeft lang geprofiteerd van de handel met China, door uitvoer machines, werktuigen, wagens. Duitsland ging er produceren om de Chinese markt te veroveren. Duitsland wil kampioen worden in Industrie 4.0 en ziet samenwerking met China goed zitten, want China is al sterker dan Duitsland in domeinen als Artificiële Intelligentie, big data, cloudcomputing, e-commerce… Samen sterk tegen VS luidt het. Tot het Duitse spitsbedrijf Kuka, een robotfabrikant, wordt opgekocht door een Chinees bedrijf. Het besef groeit dat China een geduchte concurrent wordt als men ongehinderd technologie-overdracht toelaat. De roep naar bescherming door de Europese Unie klinkt heel luid. Europa wil een screening van investeringen zoals die bestaat in de VS.

Markteconomie en samenwerking bijten elkaar

De markteconomie in China kon zich inplanten met grote staatssteun, met staatstussenkomst, met staatsbanken, met bescherming van staatsondernemingen. China zette de spelregels van de markteconomie naar zijn hand. Dat kan ongestoord in het binnenland, maar niet in het buitenland. China gaat meespelen op de speelplaats van de groten. Dit kan niet zonder slag of stoot, in een perfecte geest van samenwerking en win-win. Daar staan de grote belangen van westerse monopolies op het spel. China nodigt Europa uit om samen te werken tegen de hegemonie van de VS, voor een ‘andere wereldorde’. Maar een wereldorde op basis van privé-monopolies en markteconomie kan onmogelijk tot een ‘shared destiny’ van vrede leiden.

Een standpunt

We bekampen elk anticommunisme, elke koude oorlogslogica en -retoriek. We ondersteunen de roep van China voor een ‘shared destiny’, voor een andere wereldorde zonder overheersing, met vreedzame samenwerking, met wederzijds voordeel (win-win) en zonder inmenging.

Maar we stellen ook duidelijk dat de markteconomie niet ons strijdtoneel is. We kampen tegen de chaos van de kapitalistische markt, die bron is van genadeloze concurrentie en streven naar overheersing. We respecteren dat China zich op dat strijdtoneel begeeft, maar het is niet onze strijd. Voor ons primeert de strijd voor het socialisme in Europa en dat is iets anders dan Chinese investeringen promoten.

We verwachten van een socialistisch land een ander gedrag dan dat van de Europese en Amerikaanse kapitalisten wanneer Chinese bedrijven zich hier vestigen. We zien dat dit niet altijd het geval is. In juni jl. was er een blokkade van de Piraeus-haven door werkers van onderaannemingen. In september 2017 was er 4 dagen staking in Volvo Gent tegen het onmenselijke ritme aan de band. In februari 2018 werden daar 9 arbeiders ontslagen die het werk hadden neergelegd tegen de werkdruk. Dit verhoogt niet het begrip en de sympathie bij de Europese arbeiders voor het socialisme met Chinese kenmerken.

Jo Cottenier

 

18 comments for “Het Belt and Road Initiative (BRI) wil China met Europa verbinden, maar stuit nu op weerstand.

  1. Het socialisme met Chinese kenmerken in China is niet zo maar te kopiëren in andere (westerse) landen omwille van verschillen qua cultuur en wetgeving. Chinese bedrijven in Europa hebben niet de missie om het socialisme met Chinese kenmerken te realiseren in Europa en ze moeten zich schikken aan een markteconomie waar privé-monopolies overheersen.

    Europese arbeiders voeren hun strijd voor het socialisme in Europa binnen de heersende cultuur en wetgeving. Ze moeten geen geïdealiseerde verwachtingen eisen t.a.v. Chinese bedrijven, maar realistisch blijven van de mogelijkheden binnen een kapitalistisch concurrentiële omgeving. Geen enkel project is zonder gebreken. Om een project te doen slagen moeten alle partijen beseffen dat er punten gewonnen kunnen worden, maar ook dat er sommige verworvenheden opgegeven zullen moeten worden. Dat besef is er te weinig in Europa. Er wordt ook te veel geoordeeld op basis van korte termijn visies.

  2. Als je wil weten hoe arbeiders door Chinese bedrijven behandeld worden, kijk dan gewoon naar de situatie in China zelf. De realiteit is er niet al te rooskleurig. Slechter dan in Europa.

    Ook interessant zijn studentenprotesten in de Jasic-fabriek in Shenzhen. Idealistische neo-maoïstische studenten uit de beste universiteiten van het land geven hun eigen toekomst op om de arbeidssituatie in de fabriek aan te klagen. De meeste zitten nu in de gevangenis. Hun marxistische studentenvereniging is geschorst.

  3. De situatie in China kan niet los gezien worden van het streefdoel om tegen 2049 een modern socialistisch land te worden dat welvarend, sterk, democratisch, cultureel hoogstaand is en harmonie kent. De arbeidsomstandigheden in China verbetert met grote stappen, maar de doelstellingen zijn nog niet gerealiseerd anno 2018. Schrijven dat de Chinese arbeidsomstandigheden minder goed zijn, is een open deur intrappen.

    Volgens AJ is het gedrag van een persoon/bedrijf/land in het binnenland gelijkaardig aan het gedrag in het buitenland. Dit is natuurlijk nonsens.
    Gedragen we ons anders op het werk, thuis en op café? Natuurlijk. Gedroegen Europese kolonisten anders in eigen land en in de kolonies? Natuurlijk. Wij gedragen ons anders in een andere omgeving omdat de heersende cultuur en wetgeving anders zijn.

  4. Worden Europese arbeiders beter of slechter behandeld door Chinese bedrijven?

    De arbeidswetgeving in Europa biedt op vele vlakken betere bescherming omdat het algemene ontwikkelingsniveau er hoger is. In Europa moeten Chinese bedrijven ook opboksen tegen vooroordelen van het management, het personeel, politici en de media. Dus moeten ze beter doen dan hun (westerse) concurrenten.

    “De ervaringen van Europese KMO’s die door Chinezen zijn opgekocht, zijn meestal veel positiever dan zij die door Amerikanen werden opgekocht. Chinezen laten ons met rust, en verhogen onze capaciteit en werkkracht is de feedback, terwijl Amerikanen vaak een heel nieuwe managementstijl introduceren en vlugger sluiten als het elders goedkoper kan.”

    Lees meer: https://www.apache.be/gastbijdragen/2018/01/18/het-gele-gevaar-komt-niet-uit-china-maar-uit-belgie/

  5. De arbeidswetgeving in China is zelfs vergeleken met Europa.vrij goed. Het grote probleem ligt niet daar. De meeste arbeidsmigranten hebben gewoon geen contract, een afname vergeleken met tien jaar geleden. Daarnaast worden contracten vaak uitbesteed aan andere bedrijven, waarbij sociale zekerheid weggelaten wordt etc. En wat ben je met een arbeidswetgeving als je die niet kan afdwingen ? In bedrijven is het verboden eigen vakbonden op te richten, en de officiële vakbond kiest de kant van het kapitaal. De Jasic-fabriek is trouwens deel van een Chinese bedrijf, zoals de meeste bedrijven.

    In de dienstensector (ook allemaal Chinese bedrijven) zie je trouwens dat arbeidswetgeving ook omzeild wordt, een evolutie die ook in andere Westerse landen te zien is.

    Die laatste uitspraak in Apache is erg voorbarig. De meeste Chinese investeringen in Europa zijn heel recent, de laatste vijf jaar, en van een heel andere aard dan die van Amerikaanse bedrijven.

  6. Ik vroeg iemand van de vakbond die in China nog contacten had met collega’s wat hij dacht over de toestand terzake in China. Dit was zijn antwoord:

    In het algemeen zijn in Europa de arbeidsomstandigheden veel beter dan in China, maar er zijn ook plaatsen waar het slechter is. Als in China iets misloopt, wordt dat altijd direct uitvergroot door Westerse media.
    Nu, ik ga niet beweren dat China een paradijs is wat betreft werkomstandigheden. De meeste arbeidscontracten zijn tijdelijk, wettelijke vakantie is beperkt tot 5 dagen, sociale zekerheid is in principe verplicht maar veel werkgevers lappen daar hun laars aan waardoor de werknemers in de miserie riskeren te komen ingeval van ziekte.

    De grote overheidsbedrijven zijn vaak in orde. Maar het probleem is dat er meer en meer marktwerking wordt toegelaten. De vakbond ACFTU is niet vertrouwd met ‘kapitalisten’ die alleen uit zijn op zoveel mogelijk winst. Ze zijn zich aan het organiseren zodat ze beter weerwerk kunnen bieden. Op sommige plaatsen loopt dat goed, op anderen niet. Het hangt natuurlijk altijd af van mensen hé. Er zijn competente, gemotiveerde vakbondsafgevaardigden en er zijn er anderen. Net zoals elders in de wereld. (…)

    We bezochten ook een fabriek en een vakbondsdelegatie die pas verkozen was… na sociale verkiezingen. Democratisch, net zoals in België.
    Ik kan mij niet uitspreken over de Jasic situatie want ben er niet van op de hoogte en ik zou mij niet baseren op Westerse media.
    Wat mij trouwens erg stoorde toen ik China bezocht is dat er tientallen door het Westen (oa de EU) gefinancierde NGO’s opereren die ginds proberen vakbond te spelen. Stel u voor dat er in België een NGO zou opgericht worden, gefinancieerd door Chinezen, om vakbondsachtige structuren op te richten in de grote bedrijven. Het kot zou te klein zijn.

    Mijn conclusie is dat de werkomstandigheden nog veel beter kunnen in China, maar dat je niet zwart-wit mag vergelijken met België: onze sociale geschiedenis is helemaal anders verlopen. Het moet absoluut verbeteren in China en de manier om dat te doen is ervaringen uitwisselen en relaties onderhouden met de Chinese vakbonden, zodat ze zelf de strijd voor betere arbeidsvoorwaarden kunnen voeren.

  7. Als ik vrij positief ben over mijn huidige relatie en mijn egoïstische ex-partner zou zeggen: “Jouw relatie met je huidige partner is voorbarig. Jullie kennen elkaar wel al heel lang, maar de relatie zelf is maar van de laatste vijf jaar. Onze relatie was uniek en van een andere aard. Ik geef je ten stelligste het advies om wantrouwig te zijn over de huidige relatie.”

    Wat voor soort argumentatie is dit? Westerse ‘zure druiven’?

  8. Enkele bedenkingen:

    – ‘Als in China iets misloopt, wordt dat altijd direct uitvergroot door Westerse media.’ Is dat niet een eigenschap van de media an sich? Als je het nieuws volgt, worden negatieve gebeurtenissen in de VS of in België toch ook uitvergroot. Media heeft nu eenmaal een waakhondfunctie.
    – Sinds de nieuwe wet voor buitenlandse ngo’s (2017) is de buitenlandse financieringskraan voor Chinese arbeidsorganisaties dichtgedraaid. De protesten bij de Jasic-fabriek tonen aan dat Chinese maoïstische studenten het initiatief namen, dus geen ‘Westerse inmenging’.
    – Wat er echt aan de hand is dat de Chinese economie vertraagt, winsten onder druk komen te staan, sinds 2015 de minimumlonen niet meer verhoogd worden en het aantal fabrieksprotesten toeneemt. De overheid laat in die context toe dat ngo’s zich bezig houden met de omkadering van arbeiders, maar verbiedt hen te onderhandelen over arbeidsvoorwaarden, op straffe van arrestatie, zoals in Jasic.

  9. De toenemende Chinese invloed in de wereld is niet perse slecht, aan de Belt and Road-initiative heeft zowel succesverhalen als mislukkingen. China probeert haar invloedssfeer te vergoten, net zoals andere landen in het verleden.
    In Europa zullen Chinese investeringen moeilijker worden door allerhande screeningsmechanismen of nationaal en Europees niveau. Deels zijn daar veiligheidsargumenten voor, want China zou ook nooit toestaan zijn elektriciteitsnet te verkopen aan Europese landen. Anderzijds heb je het feit dat China opklimt in de industriële waardeketen en een directe concurrent wordt voor vb. Duitse Mittelstand-bedrijven. Als een Chinese onderneming zo’n bedrijf overneemt krijgt het toegang tot de technologische know-how die het kan gebruiken om juist met Duitsland te concurreren.

  10. De meeste Chinese investeringen in Europa zijn heel recent, en van een andere aard dan andere buitenlandse investeringen. Je kan ze niet vergelijken met vb. Japanese bedrijven. Japanse ondernemingen (met een superieure technologie) richten bedrijven op in Europa, Chinese ondernemingen nemen vooral bedrijven over. Trouwens gaat het vooral om staatsbedrijven, hoewel dat aandeel in de toekomst waarschijnlijk zal verminderen. Overgenomen bedrijven door de Chinezen zijn ook het slachtoffer van delokalisatie, onlangs nog een Duitse fabriek en hier in België hebben toeleveranciers van Volvo al hun deuren moeten sluiten en is de productie van modellen naar China verhuist. Nu is de fabriek nog voor enkele jaren gered door een nieuw model, maar hoe lang nog ?

  11. het meeste westers nieuws over arbeidsconflicten in China komt van ‘China Labour Buletin’ onder leiding van Han Dongfang.
    Hierover schrijft http://www.humaniteinenglish.com/spip.php?article2480

    In this article, Han Dongfang, railway worker, 29 years old (as of 1993) is presented as the main dissident leader of the labor movement in China, sometimes called the Lech Walesa of China! Also according to the NED/CIA article he is the founder of the “Beijing Autonomous Workers Federation” and headed his “union” in the 1989 “pro-democracy” movement in Tiananmen… Sentenced to prison for his illegal activities, he was eventually released through “the intense efforts of the AFL-CIO and other labor and human rights organizations, the government and the Congress of the USA.
    Het is naief te denken dat CLB niet zou gefinancierd worden door NED ook CIA 2 geheten.

  12. Dit zijn de aantallen Chinese bedrijven (excl. HK) in NL volgens het Nederlandse CBS: 215 in 2011, 245 in 2012, 315 in 2013 en 380 in 2014.
    https://www.cbs.nl/nl-nl/achtergrond/2017/10/wat-kopen-de-chinezen-bij-ons-en-onze-buurlanden- In aantallen zijn de meeste Chinese bedrijven niet van de laatste 5 jaren.
    Een snelle zoektocht naar recente overnames door Japanse bedrijven:
    NL
    Vekoma Rides door Sansei Technologies
    Otto Work Force door Outsourcing
    Koninklijke Ten Cate door Toray

    BE
    Ogeda door Astellas
    Zetes door Panasonic
    TiGenix door Takeda
    De bewering “Japanse ondernemingen (met een superieure technologie) richten bedrijven op in Europa, Chinese ondernemingen nemen vooral bedrijven over.” klopt ook niet.
    De oorspronkelijke stelling dat er wezenlijke verschillen zijn tussen Chinese en ALLE andere buitenlandse investeringen is een veelgebruikte methode om toch maar een onderscheid te kunnen maken. Wie een hond wil slaan, vindt altijd wel een stok.

  13. Ik heb niet de indruk dat China Labour Bulletin de enige bron voor arbeidsconflicten in China. In tegendeel. Er bestaat een hele resem van arbeidsbewegingen in het buitenland die in contact staan met ngo’s in China zelf. Daarnaast zijn er een duizendtal onderzoekers en een paar (Chinese en buitenlandse) journalisten in China zelf die rechtstreeks verslag brengen. De Jasic-fabriek werd vooral door Reuters-journalisten behandeld, met rechtstreekse interviews van betrokkenen. Journalistiek bedrijven in China is nu eenmaal niet makkelijk, en dan moet je roeien met riemen die je hebt. Trouwens, wordt in dat artikel van alles gesuggereerd, maar niets aangetoond.
    Waarom zijn arbeidsconflicten nieuwswaardig ? Omdat de centrale regering een communistische discours hanteert, dat niet overeenkomt met het werkelijke beleid op lokaal niveau. Verschillende studies tonen aan dat de onderste lagen van de bevolking geen of weinig vooruitgang kennen. In tegenstelling tot de middenklasse.

  14. In de Europese Unie stegen Chinese investeringen van 1,6 miljard in 2010 tot dertig miljard in 2017, waavan de meerderheid in 2016 en 2017. (rapport Rhodium Group)
    Meestal gaat het om overnamen, en als het om greenfield-investeringen gaat, hebben die vooral betrekking op de (niet-productieve) vastgoedsector.
    Chinese investeringen zullen in Europa waarschijnlijk afnemen. Dat heeft te maken met maatregelen van de Chinese overheid zelf, die kapitaalvlucht wil vermijden, en de screeningsmechanismen op nationaal en Europees niveau, die Chinese investeerders zullen afschrikken. Daarnaast heb je ook paranoia-toestanden.
    Op lange termijn in het enkel in het voordeel van Europese bedrijven om met Chinese bedrijven samen te werken, want China heeft nu eenmaal een grotere markt. Denk vb. aan de bewuste Chinese consument die vooral Europese zuivelproducten wil. Of bepaalde hoogtechnologische start-ups die in de Chinese markt een grotere toepassing kunnen bereiken.

  15. in mijn jonge jaren werd door de westerse media vooral het feit gehekeld dat in socialistische landen zich weinig of niets aan verbruiksobjecten in de winkels of restaurants bevond. Nu hoor ik hen niet meer piepen over dit onderwerp in het geval van China. Begrijpelijk want de keuze is er nu groter dan hier. Dan moeten ze wel iets anders vinden om China te bekladden. Geloofwaardige onderzoekers over Chinese arbeidsproblemen zijn van westerse zijde Anita Chan en van Chinese kant Kan Wang.
    Dat de westerse media niet goed weten of ze op het linkse of het rechtse been moeten dansen, wordt bewezen door de New York Times die zich nu beklaagt dat de HR vice-minister Qiu Xiaoping heeft voorgesteld dat de privé bedrijven gemeenschappelijk bestuurd zouden moeten worden door de privé-eigenaars en de arbeiders. Dat China volgend jaar daar bovenop meer bijdragen vraagt van de werkgevers zou hun winsten met 2,5% doen dalen, beklaagt de krant zich:. https://www.nytimes.com/2018/10/03/business/china-economy-private-enterprise.html?action=click&module=In%20Other%20News&pgtype=Homepage&action=click&module=News&pgtype=Homepage
    Dit is inderdaad een fundamentele systeemkeuze: ofwel de winst centraal ofwel het sociaal welzijn van de arbeiders.

  16. De vaststelling in Apache was:
    “De ervaringen van Europese KMO’s die door Chinezen zijn opgekocht, zijn meestal veel positiever dan zij die door Amerikanen werden opgekocht. Chinezen laten ons met rust, en verhogen onze capaciteit en werkkracht is de feedback, terwijl Amerikanen vaak een heel nieuwe managementstijl introduceren en vlugger sluiten als het elders goedkoper kan.”

    Het rapport van de Rhodium Group vermeldt geen corresponderende cijfers voor Amerika en beweert niet dat Chinese investeringen niet te vergelijken zijn met Amerikaanse op vlak van veranderingen in management, capaciteit en werkkracht.

    Als je landen vergelijkt, zijn er altijd verschillen. Het is niet omdat er verschillen zijn, dat ze niet te vergelijken zijn. Er is ook geen valabele reden waarom de vaststelling zou veranderen in de te voorziene toekomst.

  17. Ik ga niet mee in dat ‘de Westerse media’–verhaal. De Chinese journalist van NYT laat een hoogleraar aan het woord die het niet eens met het grotere invloed van staatsbedrijven. Gelijkaardige artikels en opiniebijdragen staan al twee maanden geleden in Chinese media, zoals Caixin. Interessanter zou om te weten te komen hoe de verschillende facties in de regering zich ertoe verhouden.

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *