Het Belt & Road Initiative: wat is het en wat is het niet?

Er is aan de forumleden van het Manifiesta-debat op 9 september gevraagd om meer ruimte te nemen en hun opvattingen beargumenteerd uiteen te zetten in een opiniestuk. De auteurs schrijven voor zichzelf en zijn zelf verantwoordelijk voor de inhoud. Nadat Ferre Wyckmans en Jo Cottenier een paar weken geleden hun opvattingen hebben weergegeven op ChinaSquare, is nu de Chinese professor Yang Yao  met onderstaand artikel aan de beurt.

 

China’s Belt & Road Initiative (BRI) brengt de wereld in beroering. Als China anderen ervan wil overtuigen dat het BRI goed is zowel voor de landen die ermee te maken krijgen als voor China zelf, zal het afdoende op bepaalde angsten moeten ingaan. 

Yang Yao

Belt & Road InitiativeChina’s Belt & Road Initiative (BRI) brengt de wereld in beroering. In het Westen wordt het BRI vaak gezien als een onderdeel van een grote Chinese strategie om de wereld te overheersen; er zijn zelfs commentatoren die een vergelijking maken tussen het BRI en het Chinese tribuutsysteem* uit het verleden. Als China anderen ervan wil overtuigen dat het BRI goed is zowel voor de landen die ermee te maken krijgen als voor China zelf, zal het afdoende op die angsten moeten ingaan. In dit korte artikel wil ik opheldering geven over enkele mythes die over het BRI de ronde doen. Ik zal uitleggen wat het initiatief wel en wat het niet is. Op die manier kunnen de lezers zich een beter oordeel vormen over de ware aard van het BRI.

Wat is het BRI?

Eerst en vooral is het Belt & Road Initiative een project om de economische groei te bevorderen door meer verbindingswegen langs de oude Zijderoute, de belt, (het gebied) en de Maritieme Zijderoute, de road (de zeeweg). China propageert dit BRI, dat zich uitstrekt over de meeste landen in Eurazië en sommige landen aan de oostkust van Afrika.

Eurazië

Eurazië is de grootste landmassa van de aarde. Het westelijke deel was de voorloper van de industriële beschaving en in het oostelijke deel bevinden zich sommige van de meest dynamische economieën in de wereld van vandaag. In het gebied tussenin echter verloopt de ontwikkeling traag en zijn er doorlopend conflicten. We kunnen stellen dat sinds de Tweede Wereldoorlog de binnenlanden van Eurazië tot de grootste bronnen van onrust in de wereld behoren. Op lange termijn is economische welvaart de enige remedie tegen conflicten.

Afrika

Afrika is het armste continent van de wereld. In de meeste Afrikaanse landen moet de economische ontwikkeling nog op gang komen. Nadat China zich aan de absolute armoede heeft ontworsteld, volgt India dat voorbeeld en is het op weg naar duurzame welvaart. De grens van het gebied waar de economie in opkomst is verschuift stilaan naar Afrika. Maar de uitdagingen op dat continent zijn immens. De bevolking in Afrika telt vandaag 1,1 miljard mensen en dat zal tegen het midden van de eeuw stijgen naar 1,5 miljard. Daar komt bij dat het ecologische systeem in veel Afrikaanse landen erg fragiel is.

De beurt is aan China

Europa heeft een grote bijdrage geleverd aan de versnelling van de economische ontwikkeling in Eurazië en in Afrika. Door de mondiale financiële crisis moet Europa de economie herstructureren. China daarentegen heeft een enorme hoeveelheid rijkdom verzameld door zijn export-economie en de arbeid van zijn hardwerkende bevolking. Nu is China aan de beurt om de minder ontwikkelde landen bij te staan.

AIIB en NDB

In het kader van het BRI, heeft China twee multilaterale financiële instellingen gecreëerd, de Asia Infrastructure Investment Bank (Aziatische Infrastructuurinvesteringsbank, AIIB) en de New Development Bank (NDB). Er zijn 57 landen lid van de AIIB en de bank is gespecialiseerd in het verschaffen van middelen voor investeringen in de infrastructuur langs de belt & road. De NDB van haar kant is door de vijf BRICS-landen samen gecreëerd en is gespecialiseerd in het financieren van ontwikkelingsprojecten in die vijf landen.

Chinese financiering

Bovendien nemen verschillende financiële instellingen van China zelf ook actief deel aan het BRI. De belangrijkste onder hen zijn de China Development Bank (CDB), het Silk-Road Fund, en de Export-Import Bank of China. Met een balanstotaal ter waarde van 2.200 miljard Amerikaanse dollar is de CDB alleen al groter dan de som van alle ontwikkelingsbanken ter wereld. In 2017 verstrekte de bank voor 17 miljard dollar leningen aan landen langs de belt & road. Dat is meer dan alle ontwikkelingshulp die de Wereldbank aan de hele wereld heeft gegeven (16,5 miljard dollar).

Infrastructuur

China neemt ook actief deel aan de programma’s om de infrastructuur in Europa te verbeteren. China bezit nu 30% van alle aandelen in de Europese havens. Europa en China zijn via de zee en het land met elkaar verbonden. Spoorwegen door Eurazië vormen een ‘landbrug’. Die landbrug verbindt niet enkel China met West-Europa, maar ook het binnenland van de continenten met de meer welvarende periferie.

Geopolitieke kader

Het hoofddoel van het BRI is de welvaartsontwikkeling in de landen langs de belt & road. Ontegenzeglijk dient het BRI echter tegelijk ook de strategie van China. Eigenlijk was het BRI een resultaat van de strategische verschuiving die de aanpak van China kent in zijn internationale betrekkingen, specifiek die met de Verenigde Staten. In het verleden was de Chinese diplomatie er een van passieve reacties op de agenda die door de Verenigde Staten werd bepaald. Met het BRI is het voor het eerst China dat de agenda bepaalt. Dit keer moeten de Verenigde Staten volgen en een antwoord zoeken. Op dit punt is er sprake van een geopolitieke wedijver tussen China en de Verenigde Staten. Over het algemeen is die wedijver vreedzaam en de meeste landen die betrokken zijn bij het BRI hebben er tot nog toe profijt van.

Wat is het BRI niet?

Eerst en vooral is het Belt & Road Initiative niet een of ander plan van China om de controle te verwerven over de landen langs de belt & road. De geschiedenis leert dat de overheerser die de baas speelt over een land daar duur voor betaalt.

Lessen van de geschiedenis

Belt & Road InitiativeNa de ineenstorting van het Sovjetblok is er geen enkel land meer overheerst door een ander land. Je mag verwachten dat China lessen heeft getrokken uit zijn betrekkingen met Noord-Korea en Vietnam. China kondigde op de China-Afrika-top een nieuw pakket van buitenlandse hulp aan ter waarde van 60 miljard dollar, voor het grootste deel leningen tegen een gunstig tarief. Westerse commentatoren zijn hierop gesprongen. Zij beweren dat de schuldafhankelijkheid van Afrikaanse landen, die al onder een zware schuldenlast gebukt gaan, nog groter zal worden. China zou dat willen uitbuiten om meer invloed op Afrika te kunnen uitoefenen.

Het prijskaartje

Ooit hadden de Verenigde Staten een dergelijk plan om greep te krijgen op bepaalde kleine landen. Het liep op niets uit. De reden hiervoor is dat de last al bij de donor ligt, als schulden niet kunnen worden terugbetaald. Dat kost zo veel dat het plan ondoeltreffend wordt, ook al was het de bedoeling om het in te zetten voor overheersing. Het BRI is geen Chinees plan om de steun te kopen van de landen die China hulp verleent. Het is erg duur om de steun van een land te kopen. En het prijskaartje wordt groter naarmate je meer steun moet vragen. Sommige landen steunen China wel meer dan andere, maar dat is eerder omdat zij gemeenschappelijke belangen hebben met China.

Modelexport?

Het BRI is geen plan van China om zijn politieke model te exporteren. China legt geen voorwaarden op als het buitenlandse hulp geeft. Een praktijk waarvoor het land overigens de kritiek krijgt dat het onverdraagzame regimes steunt. Voorwaardelijkheid haalt echter weinig uit als je in de derde wereld groei of een vrije democratie wil bevorderen. Elk land heeft zijn eigen geschiedenis en daarom moet het zelf een weg zoeken naar welvaart en democratie die past bij zijn historische nalatenschap. Voorwaardelijkheid heeft tot mislukkingen geleid omdat ze één standaardpakket van vaste en gelijkaardige instellingen aan alle landen wil opleggen.

Succesverhaal

Wat economische ontwikkeling betreft heeft China echter wel degelijk een en ander te bieden dat als voorbeeld voor Afrikaanse landen kan dienen. Veertig jaar geleden was China een van de armste landen ter wereld. Vandaag heeft het de op een na grootste economie. De levensstandaard van de gemiddelde burger is vertwintigvoudigd. In de grootste steden ziet de skyline eruit zoals in New York City of Londen. Ervaringen die China heeft opgedaan bij zijn economische groei zijn van recente datum en kunnen gemakkelijk worden overgenomen door Afrikaanse landen die manieren zoeken om een goed begin te maken.

Het BRI, een multilaterale onderneming

Tot slot, het BRI is geen plan van China om een nieuwe wereldorde te stichten onder zijn leiding. China geeft wel bilaterale hulp, maar het heeft er vanaf het begin naar gestreefd om van het BRI een multilaterale onderneming te maken. Zowel de AIIB als de NDB zijn hier zeer duidelijk over. Tot nu toe vullen de twee nieuwe financiële instellingen de bestaande mondiale ontwikkelingsinstellingen aan. Tot op heden zijn alle operaties van de AIIB in feite samen met de Asian Development Bank uitgevoerd. Zeker, de verhoudingen in de wereld zijn aan het veranderen en China speelt bij de herschikking van de wereldorde een actievere rol. Het is echter niet de bedoeling van China om het huidige systeem waar het geweldig veel voordeel van heeft gehad helemaal te laten vallen. China wil enkel een bijdrage leveren aan de hervorming van het huidige systeem.

 

*Het tribuutsysteem is een naam voor het ritueel waarbij het Chinese keizerrijk met zijn buurlanden economische en culturele goederen uitwisselde. Daarbij werd het rijk als het middelpunt van het universum beschouwd. Vanuit het standpunt van de tribuutstaten was dit niet noodzakelijk het geval.

 Belt & Road Initiative

Yang Yao is faculteitsvoorzitter van de National School of Development, Peking University. Hij is Chueng-Kong Scholar en Boya Chair professor, dat zijn de twee hoogste academische onderscheidingen in de Volksrepubliek China.

 

16 comments for “Het Belt & Road Initiative: wat is het en wat is het niet?

  1. In heel wat westerse media wordt geschreven over het zogenaamde ‘Chinese tribuutsysteem’ in het verleden alsof de rest van de wereld verplicht was om hulde en gehoorzaamheid te brengen aan het Chinese keizerrijk. Buurlanden en -volkeren fungeerden als vazallen en moesten rijkdommen leveren aan het Chinese keizerrijk.
    Dit was niet de realiteit en dusdanig kan er ook geen vergelijking worden gemaakt met het BRI. In de voetnoot wordt hierover terecht een genuanceerde uitleg gegeven en het is een weerspiegeling van wat (ook westerse) historici vaststellen (zie link Wikipedia). Nederland en Engeland bijv. behoorden eveneens tot de tribuutstaten van het Chinese keizerrijk.

  2. In de opinie wordt geschreven over de grote bijdrage van Europa aan de economische ontwikkeling
    van Eurazië en Afrika. Ik vraag me echter af of dit beantwoordt aan de realiteit want in de laatste 500 jaar is er eigenlijk niet veel positiefs te noemen (en dat is heel zacht uitgedrukt).

    En dat nu de beurt is aan China…
    In de internationale politiek is er geen enkel beurtrolsysteem. Volgens westerse logica speelt macht de belangrijkste rol. Waarom zou Europa de ‘ontwikkeling’ van Eurazië willen laten bepalen door een vreemde mogendheid? Niet dus. De promotie van het BRI is een antwoord op de Pivot to Asia van Obama. Het was Obama’s plan om China te isoleren. China’s antwoord is samenwerken met de rest van de wereld om de omsingeling te doorbreken. Zie ook: https://www.chinasquare.be/vs-en-china-oorlog-en-vrede/#comment-2205 . In ‘Geopolitiek kader’ in de opinie wordt hierover ook geschreven.

  3. BRI is een instrument om een nieuwe wereldorde te leiden. Xi Jinping heeft het zelf zo verwoord: ‘De algemene trend van multipolariteit in de wereld, economische globalisering en democratisering van internationale betrekkingen blijft ongewijzigd. We moeten de internationale gemeenschap leiden om samen een rechtvaardiger en redelijkere nieuwe wereldorde te bouwen.’ China gebruikt daarbij zijn economische macht om politieke invloed uit te oefenen. Dat blijkt duidelijk als je de politiek van vb. Turkije, Sri Lanka of Griekenland volgt. Dat is natuurlijk slimme politiek. De verwezelijkingen van Europa in Eurazie? Ze heeft Azie modern gemaakt, met de introductie van de wetenschappelijke revolutie, industrialisatie, en politieke denkbeelden.

  4. Slimme politiek
    Hier bedoelt AJ dat dit vooraf, bewust en met een doelstelling iets nagestreefd wordt. Dat is natuurlijk niet zo. Als ik wil investeren, dan kies ik een plaats waar mensen mij verwelkomen. Als ik wil dat in mijn projecten wordt geïnvesteerd, dan zorg ik ervoor dat er een gunstige omgeving is voor investeerders. Dit is gewoon menselijk.

    De factoren aan de aanbodzijde van een economie zijn: kapitaal, arbeid, natuurlijke rijkdommen, grond en innovatie. Enkel innovatie zou in aanmerking genomen kunnen worden als Europese bijdrage. Maar zouden Eurazië en Afrika beter af zijn zonder Europese inmenging de laatste 500 of 50 jaar op technologisch vlak? Door Europese inmenging is er een braindrain naar het Westen en verarmen de meeste landen. Anderzijds zou het huidige technologisch niveau op wereldvlak een veelvoud geweest zijn zonder Europese inmenging. Reden? Een veelvoud aan mensen zouden aan wetenschap doen, in eigen land blijven en een bijdrage leveren aan de economie.

  5. Chinezen zijn geen onnozelaars. China heeft een brede geografische horizon en een groot strategisch denken. Meer dan in Europa. Het weet welke havens het wil verwerven, welke handelsroutes het wil uitbouwen. BRI dient vooral om door China geleide globale waardeketens uit te bouwen, net zoals Europa en Amerika dat de afgelopen vijftig jaar gedaan hebben.

    Met de wetenschappelijke en industriële revolutie heeft Europa natuurlijk een essentiële bijdrage geleverd aan de wereldgeschiedenis. Eerst nam het Westen een grote voorsprong op de rest van de wereld, de laatste decennia haalt de derde wereld het Westen in, juist door gebruik te maken van de moderne westerse technologieën en systemen. Honderdduizenden Chinezen, Indiërs of Indonesiërs studeren aan de beste Amerikaanse of Europese universiteiten, een deel blijft tijdelijk of permanent, meer de meerheid keert terug en brengt zo de nodige knowhow mee.

  6. Bovenstaande indoctrinatie berust op de aanname dat niet-westerlingen niet in staat zijn om zelfstandig of in samenwerking wetenschap te ontwikkelen. Als je deze aanname weglaat, stort heel de redenering in elkaar.

    De redenering is even absurd als een kolonist die zegt dat het kolonialisme positief was voor de ontwikkeling van de ex-slaaf omdat hij nu Engels kan lezen en thee kan zetten.

  7. Natuurlijk zijn niet-westerlingen in staat wetenschap te bedrijven of nieuwe technologieën te ontwikkelen. Needham was een pionier en schreef er een hele Chinese geschiedenis over. De Arabische wereld had tot de late middeleeuwen ook een voorsprong op verschillende terreinen tegenover Europa. Maar de laatste drie eeuwen hadden Europa en later het Westen een enorm dynamisme op technologisch en later wetenschappelijk gebied. Maar net zoals Europa heel goed de technologieën uit Azië wist over te nemen en te verbeteren, maakt datzelfde Azië nu gebruik van de Westerse wetenschap om het Westen voorbij te steken. De grote innovaties van de toekomst zullen niet langer in Londen, Boston of Parijs plaatsvinden, maar in Peking, Shenzhen of Bangalore.

  8. Voor de niet-westerse wereld is het eindresultaat van de Europese bijdrage aan de economische ontwikkeling negatief omdat kapitaal, arbeid, natuurlijke rijkdommen, grond en menselijk kapitaal vervreemd worden. Op ieder deelaspect kunnen er positieve elementen gevonden worden, maar dat belet niet dat ook voor ieder deelaspect de Europese bijdrage negatief is.

    Braindrain van ontwikkelingslanden naar rijke westerse landen is reëel. Veel westerse landen voeren een actief beleid om hogeropgeleiden aan te trekken voor een permanente vestiging. Het aantrekken van talenten uit ontwikkelingslanden wordt er vanzelfsprekend beschouwd, maar dat is niet bevorderlijk voor het wetenschappelijk onderzoek en de economie in de herkomstlanden. Geen enkel land bevordert kennisvlucht.

  9. Dat toch wel een heel eurocentrische benadering. De opgang van Azie de laatste 50 jaar, van Japan, Korea, Maleisie tot China, gebruik makend van het Westers kapitalisme bewijst dat de historische werkelijkheid een stuk complexer is. Ook was de aanwezigheid van Europeanen in Azie en het aandeel van de Oostvaart in de economie van vb. de Verenigde Republiek heel klein. Kolonialisme is een korststondige aberatie in de wereldgeschiedenis, maar kent tal van antecedenten. Braindrain is natuurlijk van alle tijden, tussen regio’s (kijk maar naar de afkomst van schilders of wetenschappers in de 16de eeuwse Nederlanden, de braindrain van Oost-Europeanen naar West-Europa in de 19de eeuw, de braindrain binnen landen zelf, zoals in China. Lokale steden wedijveren er om de beste talenten aan te trekken). Het komt erop aan voor China om buitenlands talent aan te trekken, iets waar Japan en Korea veel minder in slagen.

  10. Het uitgangspunt was de Europese bijdrage aan de economische ontwikkeling van Azië en Afrika. In zo’n situatie heb je twee kanten. Was Azië en Afrika beter af met of zonder de komst van Europeanen 500 jaar geleden? Dan vertrekken we vanuit een Afro-Aziatisch-continentaal (en dus geen eurocentrisch of Aziatisch-landelijk) standpunt en het antwoord is gewoon nee.

    Als we de laatste 50 jaar bekijken is het antwoord ook nee vanuit een Afro-Aziatisch-continentaal standpunt. Rijkdommen en menselijk kapitaal gaan richting het Westen.

    Is dan elk contact dan nadelig? Als het contact welvaart voor Azië of Afrika had gebracht, dan had Europa een bijdrage geleverd. Als het BRI welvaart kan bezorgen, dan is het een succes dat telt in de wereldgeschiedenis.

    Japan en Zuid-Korea liggen wel in Azië, maar ze zien zichzelf als westers. En de Derde Wereld is het Westen helemaal niet aan het inhalen. Enkel China doet dit. Het verschil met de rest van de Derde Wereld? De zichtbare hand.

  11. Hoe bezorg je welvaart aan het buitenland?

    Stoppen met de criminele transfers:
    1. Economisch: oneerlijke regels
    2. Militair: interventies omwille van ‘humanitaire’ redenen
    3. Financieel: monolopie en manipulatie van het geldsysteem
    4. Inlichtingen: regimewissels in concurrerende samenlevingen
    5. Soft power: monopolie en manipulatie van de ‘internationale’ opinie

    Plus zich engageren in samenwerkingen: vredeshandhaving, rampenpreventie en -bestrijding, eerlijke handel, financiering, kennisuitwisseling, uitsturen van (o.a. economische, juridische, politieke en academische) experten enz.

  12. Elk land met zekere globale ambities verdedigt het eigenbelang en herkent zich die lijst. Of het nu de VS, Rusland, China, EU en in de toekomst India is.

    Dat neemt niet weg dat de wereld wel degelijk gelijker wordt, dankzij de vooruitgang van de derde wereld, vooral in Azie.

  13. Relaties met buurlanden zijn complex. Met niet-buurlanden een stuk minder complex. Als we globale ambitie gelijkstellen met zeevaart naar verre niet-buurlanden op grote schaal, dan was China de eerste onder leiding van Zheng He. Er waren geen grote negatieve neveneffecten bij het nastreven van eigenbelang. De juistheid van de AJ’s bewering is dus niet bewezen.
    Bewezen misdaden rechtvaardigen met (potentiële) misdaden van anderen getuigt niet van een hoge ethische ingesteldheid. Lessen uit de geschiedenis trekken zou een betere houding zijn.

    Er zijn geen cijfers beschikbaar voor het cumulatief vermogen van landen. Het cumulatief vermogen van modale burgers per land is al helemaal niet in kaart gebracht. Dat de wereld gelijker wordt, kan ik niet meteen zien.

  14. Wat ik wel zie, is een wereld die ongelijker wordt: tussen landen onderling, tussen burgers in eenzelfde land en tussen alle burgers in heel de wereld. Een video zegt meer dan 1000 woorden: https://www.youtube.com/watch?v=uWSxzjyMNpU
    De rijkdomstransfer van ontwikkelingslanden naar rijke (westerse) landen is reëel: ongeveer 3000 miljard USD per jaar. Ontwikkelingslanden gaan erop vooruit ondanks de omgekeerde ontwikkelingshulp: https://www.theguardian.com/global-development-professionals-network/2017/jan/14/aid-in-reverse-how-poor-countries-develop-rich-countries

    De schade aan ontwikkelingslanden bedragen meer dan de genoemde 3 biljoen USD per jaar, want er werd geen rekening gehouden met de doden, milieuschade, culturele uitroeiing en de totale ontwrichting van gehele samenlevingen.

    Heeft Europa een bijdrage geleverd aan de economische ontwikkeling van Azië en Afrika? Ik denk dat het antwoord duidelijk is.

  15. De wereld van vandaag wordt gelijker, vooral landen in Eurazie. Dat je zie als je rondreist in China, Vietnam of Indonesie, met groeiende middenklasse. Dat zie je in de cijfers van economische groei vergeleken met het Westen, de grotere moderniteit in Aziatische landen die Westerse concepten overnamen en er hun eigen versie van maakten. Dat zie je in parameters zoals levensverwachting, extreme armoede, etc.
    De bijdrage van Europa is natuurlijk bijzonder groot, net zoals de bijdrage van de Romeinen vroeger in Europa. Zonder de ontwikkelen in Europa zaten de Chinezen nog het land te ploegen. De visie hierboven is er een van 30 jaar geleden, zeker niet van vandaag. Wel dreigt de relatieve ongelijkheid toe te nemen, wat oa. in China duidelijk zichtbaar is, maar in absolute termen is een revolutionaire vooruitgang in Azie.

  16. “…zaten de Chinezen nog het land te ploegen.”
    En Afrikanen die elkaar opeten en Zuid-Amerikanen die elkaars hoofden opzetten.
    China zou zelfstandig of in samenwerking ook wel de Europese technologische voorsprong ingehaald hebben… zonder opium en herstelbetalingen tot 1939 voor het ‘aangedane leed’ van Europese naties. Gelijkaardig verhaal voor andere beschavingen in Azië en Afrika.

    Ontwikkelingslanden gaan erop vooruit ondanks de omgekeerde ontwikkelingshulp. Wat is dan de reden van de vooruitgang? Niet in de eerste plaats de westerse concepten en technologie (die zijn er immers al eeuwen), maar efficiëntere overheden.

    Hoe je het ook draait of keert, het eindresultaat in een macro-analyse voor de Europese bijdrage in de economische ontwikkeling in Azië en Afrika is negatief voor de laatste 500, 50 of 5 jaar.

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *