Het debat Belt and Road

Debat belt and roadOp zondag 9 september organiseerde ChinaSquare een debat over het Belt and Road Initiative (BRI) in het kader van Manifiesta, festival van de solidariteit.

Er zaten 300 mensen in het auditorium. Sommigen zouden voor het eerst te horen krijgen dat de aanleg van nieuwe Zijderoutes geen nostalgietrip is en ook geen plan om van China een hedendaags keizerrijk te maken. De onderstaande gecursiveerde passages geven de naar voren gebrachte ideeën weer. Het  zijn niet integraal letterlijke citaten.

Professor Yang Yao van Peking University gaf in zijn keynote speech aan wat het BRI beslist wel en per se niet is.

Go West

debat Belt and Road

Yang Yao

De aanleg van nieuwe Zijderoutes is een strategie, waarbij China de blik naar het Westen richt. China wil verbonden zijn met Eurazië over land en via maritieme zijderoutes. In het Oosten zitten immers geduchte concurrenten VS en Japan. De enorme westelijke landmassa is nog onontgonnen. Het is een economisch, maar ook een cultureel plan van investeringen in verbindingswegen en infrastructuur. De landen in de Belt en langs de Road krijgen mogelijkheden voor economische wederopbouw en groei. Denk bijvoorbeeld aan de kansen die het Afrika zal bieden. Zo zal het een bijdrage leveren aan de oplossing van het vluchtelingenprobleem.

Eerzame bedoelingen

China mikt op de toename van het wederzijdse begrip met die landen. De BRI slokt niet alles op aan betrekkingen tussen China en de deelnemende landen. De meeste privé-investeringen vanuit China gebeuren zelfs niet in het kader van het BRI. China heeft ook zeker niet de bedoeling zijn overtollige productiecapaciteit in partnerlanden te dumpen. Het initiatief van de nieuwe Zijderoutes is geen tactiek om het Chinese Model te exporteren, hoewel het de invloed van China natuurlijk wel zal vergroten. Helemaal ondenkbaar is dat het BRI streeft naar een ongelijke verhouding tussen China en zijn buurlanden, zoals in het Chinese Keizerrijk.

Mogelijke verbeteringen

Yang Yao besloot met: ‘Hoe kan China het BRI verbeteren? Door minder vroeg te juichen over bepaalde resultaten en door ervoor te zorgen dat de successen duurzaam zijn. Door meer aandacht te geven aan de degelijkheid van projecten die overheidssteun krijgen’.  

Moderator Mao Xi verleende daarna het woord aan de panelleden.

Professor Haiyan Zhang, van het NEOMA Confucius Institute for Business, bekeek de optiek van de internationale zakenwereld.

Vliegende ganzen

Debat Belt and Road

Haiyan Zhang

Het BRI gaat correct om met een onstuitbaar economisch verschijnsel: ‘de vliegende ganzen’. Sectoren van geavanceerde landen vertrekken telkens weer naar landen in ontwikkeling. Die laatsten boeken zelf vooruitgang en zo gaat het weer verder. Dat model heeft gewerkt in Azië. Nu zijn Afrika en Centraal-Azië aan de beurt. Europa moet zich niet vastklampen aan zijn oude koloniale dominantie. Het kan, naar het voorbeeld van China, samenwerking zoeken op voet van gelijkheid en met wederzijds voordeel. Iets om over na te denken is dat de Chinese multinationals die de dans leiden overwegend staatsbedrijven zijn.  

Jo Cottenier van de Partij van de Arbeid, de partij die op Manifiesta als gastheer functioneert, wilde vooral de specifieke plaats van Europa in het BRI te belichten.

Win-win vs. Koude Oorlog

Het BRI is inderdaad een uitgestoken hand naar Europa om samen te werken. Het is een filosofie die China stelt tegenover het streven naar overheersing van de VS. Nu worden echter alle koude oorlogsargumenten opnieuw bovengehaald om dat aanbod af te wijzen. ‘China bedreigt de veiligheid’, het is een staatsgeleide economie dus doet ze aan oneerlijke concurrentie.

Het imperialisme bestaat

Debat Belt and Road

Jo Cottenier

De BRI doelstellingen voor Europa kan men niet losmaken van de Chinese Made in China 2025 strategie. China wil een kampioen worden in ‘smart manufacturing’ en wereldleider in tien hightech sectoren. Totnogtoe deden ‘onze’ multinationals hun voordeel bij de Chinese markteconomie. Nu groeit het besef dat China een geduchte concurrent wordt op het hoogste niveau en men eist naar bescherming door de Europese Unie. China vergist zich als het ernstig denkt dat een wereldorde op basis van privé-monopolies en markteconomie tot een ‘shared destiny’ van vrede kan leiden. Wie de markteconomie omarmt moet niet verbaasd zijn dat de markteconomie kan bijten. Het imperialisme bestaat nog.

 

Ferre Wyckmans, tot 2015 Algemeen Secretaris van de bediende- en kadercentrale van het ACV en sindsdien lid van het Europees Economisch en Sociaal Comité, besprak de tegenstrijdige relaties tussen ons land (en in Europa) met  China

Koele minnaars

Debat Belt and Road

Ferre Wyckmans

Enerzijds wil iedereen meer dan een graantje meepikken van de enorme boom van de Chinese én Aziatische economie en de gigantische consumentenmarkt. Anderzijds moet het ‘volgens de spelregels van de markteconomie gebeuren, want anders dreigt dumping, jobverlies, concurrentievervalsing’ enz. Alsof de vrije markt de garantie is voor jobbehoud, sociale rechtvaardigheid en eerlijke economische verhoudingen. De internationale vakbondsfederaties hebben een eerder afwachtende houding t.a.v. de Chinese vakbonden. Die terughoudendheid heeft alles te maken met de status van ‘niet onafhankelijke’ vakbond die de Chinese vakbond, nauw verweven met de Chinese Communistische Partij, heeft.

Gevaren op de weg

Wordt het BRI een win-win aangelegenheid? Er zouden in de slipstream van de BRI een schuldeneconomie en schuldenpolitiek ontstaan. Dat lijkt me een niet te vergeten problematiek. Overigens zijn er in zowel Azië als Afrika voldoende vroeger opgebouwde tekorten en schulden die los staan van het Chinese BRI-project.

Een economische koude oorlog is het laatste waarop werknemers, overal ter wereld, zitten te wachten. Met open oog en oor de relaties met China aanpakken, het lijkt me de enige weg.

Axel Goethals, de directeur van denktank European Institute for Asian Studies (EIAS), vroeg om meer openheid van geest en minder vooroordelen.

Kansen

Debat belt and road

Axel Goethals

Het BRI opent een breed spectrum aan nieuwe kansen om het natuurlijke partnerschap tussen China en de EU te verrijken. Europese industriesectoren en lidstaten begrijpen het initiatief nog niet ten volle. Dat heeft ook te maken met culturele, filosofische, ja zelfs godsdienstige verschillen en vooroordelen. Achterhaalde stereotypen en een negatieve perceptie van de Chinese investeringen leiden tot achterdocht. Zo ontstaan tegenstellingen en conflicten die voor beide partijen nadelig zijn en kansen laten verloren gaan.

Publieke diplomatie

Culturele diplomatie is van cruciaal belang. Uitwisselingsprogramma’s voor hogeschoolstudenten zouden het wederzijds begrip verhogen. Als de EU en China reclame willen maken voor hun investeringen en bedrijven kunnen ze dat combineren met acties om het wantrouwen weg te nemen. Publieke diplomatie en netwerken van studenten en jonge professionals zullen de basis vormen voor partnerschappen op lange termijn.

De vragen uit het publiek getuigden van een kritische, soms bezorgde, maar overwegend positieve ontvankelijkheid voor het Belt and Road Initiative, of de nieuwe Zijderoutes. Communicatiespecialist Mao Xi modereerde het debat  op vakkundige wijze.

Debat Belt and Road

Mao Xi

Het debat over het  Belt and Road Initiative (BRI) kreeg de steun van Manifiesta, NEOMA Confucius Institute for Business, en de Vereniging België China. Wij hebben aan de forumleden gevraagd om op ChinaSquare in de komende weken opiniestukken te plaatsen waarin ze meer ruimte krijgen om hun opvattingen beargumenteerd uiteen te zetten. Ferre Wyckmans opent de reeks op dinsdag 18 september.

 

5 comments for “Het debat Belt and Road

  1. De Nieuwe Zijderoute (BRI, 一带一路) is het hertekenen van de wereldorde met China als nieuwe centrum. De geopolitieke implicaties zijn groot. Een goed voorbeeld is Pakistan dat zal moeten kiezen tussen Amerikaanse invloed (IMF-hulp) of Chinese investeringen.

    Zonder zelf aanwezig te zijn, lijkt me de bijdrage van Zhang Haiyan nog het meest interessant. Het Aziatische groeimodel wordt toegepast op de rest van de wereld.

    Het probleem met Chinese academici (en niet enkel academici), zoals Yang Yao, is dat ze gewoon het overheidsstandpunt formuleren, ze willen geen problemen krijgen. Ik heb al met tal van professoren gesproken, binnenskamers is dat heel interessant, maar tegenover een buitenlands publiek komt er niet veel uit.

  2. ‘Amerikaanse invloed (IMF-hulp)’. Dus hier het geld alleen als we je mogen bombarderen met onze drone. ‘Het Aziatische groeimodel wordt toegepast op de rest van de wereld’. Jammer dat dit groeimodel niet zou werken in andere delen van de wereld daar ben ik wel mee eens. Aziatische kinderen gaan 6 dagen per week naar school en volwassenen werken 6 dagen per week. Dat is het succesverhaal van Azië waar anderen te lui zijn om het over te nemen. ’tegenover een buitenlands publiek komt er niet veel uit’. Er is nu eenmaal te veel koude oorlogsmentaliteit en deze mensen willen dat niet voeden.

  3. Er zouden natuurlijk wat landen succes boeken met het Chinese geld, maar sommige landen zou ook erg hard falen. Dat ligt uitdrukkelijk aan de landen zelf, maar westerse media zouden het natuurlijk in Chinese schoenen schuiven met grote krantenkoppen zoals: ‘China debt trap’. Landen die succes zou boeken zoals Polen en Hongarije zouden waarschijnlijk beschreven worden met krantenkoppen als: ‘Het uiteendrijven van de EU met Chinees geld’. De EU wordt al verscheurd met Brexit en met inmenging in Polen en Hongarije. Hoe dan ook China zou de schuld krijgen voor alles zeker wanneer ze met hun niet inmenging beleid in stand wil houden. China moet just wel inmengen met andere landen vooral als een land erg slecht met zijn geld kan omgaan.

  4. Belt and Road-investeringen in Oost-Europa stellen eigenlijk nog maar weinig voor en worden verhinderd door allerhande Europese regels.

    Die schuldenval van landen, zoals Sri Lanka, is reëel, en een hefboom voor Chinese invloed, dat is waar. Niets is gratis. Maar op lange termijn hebben de meeste Belt and Road-investeringen een positieve balans. Trouwens investeren landen, zoals Turkije en Iran, zelf ook in infrastructuurwerken om connectiviteit met de Kaukasus en China te verbeteren.

    Naar mijn mening heeft BRI het potentieel om de wereldorde van vroeger ’te herstellen’, waarin het Euraziatisch continent met allerhande handelsroutes verbonden wordt. Aanrader: Janet L. Abu-Lughod (1989), Before European Hegemony: The World System A.D. 1250-1350. Wordt het verleden opnieuw de toekomst ?

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *