De bevolking van de autonome Oeigoerenregio Xinjiang is tussen 2010 en 2020 met 18,52 % toegenomen. Dat blijkt, volgens officiële bronnen, uit de zevende volkstelling in de Volksrepubliek China.
De permanent gevestigde bevolking van Xinjiang had in oktober 2020 de 25,85 miljoen bereikt, een stijging van ongeveer 4,04 miljoen ten opzichte van de zesde volkstelling van het land in 2010.
Sociologische verklaring van de groei
De meest recente gegevens zijn vandaag, maandag 14 juni, door het regionale bureau voor de statistiek vrijgegeven. De bevolkingsgroei in de regio was het afgelopen decennium 13,14 procentpunten hoger dan het gemiddelde van het land. Uit alle gegevens kan worden afgeleid dat de stabiele bevolkingsgroei te danken is aan de economische en sociale ontwikkeling van de regio. In de afgelopen jaren heeft Xinjiang velen aangetrokken om te investeren en zaken te doen in de regio. Volgens de regering was dit enkel mogelijk dankzij de stabiele situatie en de relatieve afwezigheid van grote conflicten en wrijvingen tussen de bevolkingsgroepen. De regio is aantrekkelijker geworden voor interne migranten, ook die welke behoren tot de groep van de Han-Chinezen, door de moderne ontwikkeling en de verhoogde veiligheid. Deze eenvoudige en rationele sociologische verklaring is veel waarschijnlijker dan het westerse verhaal dat de migratie naar Xinjiang het resultaat zou zijn van een ideologisch getint systematisch immigratiebeleid van Beijing.
Autonomie-beleid
Van de totale permanente bevolking in Xinjiang is de Han-etnische groep goed voor 42,24 %. Etnische minderheden maken 57,76 % uit. De Oeigoerse bevolkingsgroep is goed voor 44,96 %. Als in een provincie of een andere administratieve eenheid (provincie, prefectuur, kanton) een of meer minderheidsgroepen een groot deel van de bevolking uitmaken wordt volgens de grondwet aan de grootste etnische minderheid buitengewone rechten en een zekere autonomie verleend. De grootste autonome bestuurseenheid is de ‘autonome regio’. Daarvan telt China er 5. De autonome Oeigoerenregio Xinjiang is ingesteld in 1955.
Autonome regio
Vergeleken met de zesde volkstelling is de bevolking van alle etnische minderheidsgroepen in Xinjiang met 14,27 % gegroeid, of een toename met meer dan 1,86 miljoen burgers, zo blijkt uit de resultaten. Het groeipercentage was 4,01 procentpunt hoger dan dat van etnische minderheden in het hele land. De bevolking van de Oeigoerse etnische groep groeide met 1,62 miljoen burgers, dat is 16,2 % meer dan tien jaar geleden. Etnische minderheden zijn andere bevolkingsgroepen dan de Han-Chinezen. Die groep telt 1,4 miljard mensen in China alleen al en dat is ongeveer 92% van de bevolking in de hele Volksrepubliek.
Jongere bevolking en opleidingen
De regio heeft een wat jongere bevolking. Het aandeel mensen van 60 jaar of ouder bedroeg 11,28 procent, vergeleken met 18,7 procent voor het hele land. Het aantal mensen met een hogere middelbare beroepsopleiding steeg tot 16.536 per 100.000 mensen in 2010, zo blijkt uit de volkstellingsgegevens. Dit zijn 1.069 mensen meer dan het gemiddelde van het land. Het aantal mensen dat een hogere middelbare schoolopleiding heeft genoten, steeg tot 13.208 per 100.000 mensen, van 11.582 per 100.000 in 2010, zo blijkt uit de volkstellingsgegevens. Het analfabetisme in de regio was 2,66 procent, 0,01 procentpunt lager dan het gemiddelde van het land.
Stad en platteland
De volkstellingsgegevens toonden ook aan dat het aantal mensen dat in steden en dorpen in Xinjiang woonde 56,53 % van de totale bevolking van de regio uitmaakte, terwijl die op het platteland 43,47 % vertegenwoordigde. Vergeleken met de volkstelling in 2010 steeg het aandeel van de stedelijke bevolking met 13,73 procentpunten.
Bronnen: Xinhua, Wikipedia