Internethaperingen

Er zijn al de hele maand klachten over de toegankelijkheid van buitenlandse websites. Vooral bedrijven en instellingen, onder andere universiteiten, blijken gehinderd te worden door onderbrekingen van het internetverkeer tussen China en de buitenwereld.
Ook individuele internetgebruikers klagen erover, maar op dit moment zijn het vooral organisaties, opvallend genoeg uit de commerciële sector, die het meest worden getroffen. Tegelijk blijken vaak de virtual private networks (VPNs) niet goed meer te werken. Deze dienst biedt gebruikers in China de mogelijkheid om ‘onder virtuele verpakking’, dus beveiligd, data te ontvangen van buitenlandse websites die om politieke redenen worden geblokkeerd. Aan het begin van de maand is ook het Staatsbureau voor Internetinformatie opgericht. Dit zal een aantal activiteiten rond het beheer van en de controle op het internetverkeer centraliseren en uit handen nemen van de ministeries die hier tot nog toe over gingen.
Buitenlandse media verbinden deze drie verschijnselen met elkaar en slaan alarm over een veralgemening van de censuur ten aanzien van ‘informatie uit het buitenland’. Beijing zou zelfs de commerciële en economische belangen van China hiervoor willen laten beschadigen.
De officiële Global Times zet de aantijgingen, die onder andere gekomen zijn van The Guardian en van Global Voices Advocacy, een internationale actiegroep voor vrijemeningsuiting op het internet, op een rijtje. De Chinese krant voegt echter een aantal andere mogelijke en wat meer economische en technische verklaringen toe. Het internationale verkeer zou zo zijn toegenomen dat de kosten te hoog oplopen voor de service providers. Zij vragen dan ook aan bedrijven om hun werknemers alleen voor professionele doeleinden internationaal te laten surfen ‘op de zaak’. Daarbij is het gebruik van VPNs zo populair geworden dat er met de huidige te geringe bandbreedte voor internationaal verkeer opstoppingen komen. Die bandbreedte van 1 terabyte moet trouwens toch worden aangepast om aan de snel groeiende vraag te voldoen.
De krant citeert ten slotte cijfers zowel van het China Internet Network Information Center als van het World Economic Forum. China had vorig jaar al 457 miljoen internetgebruikers. Bijna de helft van hen plaatsen wekelijks commentaren op het net en dat is meer dan waar ook ter wereld. Ook het microbloggen is tegenwoordig met meer dan honderd miljoen liefhebbers zeer wijdverspreid. Een andere Chinese krant bericht uit Shanghai dat de gemeente en de bedrijven daar bezig zijn de hele stad verder te voorzien van een snel draadloos breedband netwerk met tienduizenden Wi-Fi en WLAN hotspots. Dit zal ongetwijfeld de toegang tot het internet populariseren en het inzetten van het net bij dienstverlening, gezondheidszorg en veiligheid vergroten. Een hele uitdaging voor de Chinese autoriteiten: enerzijds stimuleren zij deze ontwikkelingen, dat hebben ze vanaf het begin gedaan. Bovendien scholen partij- en staatsinstellingen zich ijverig bij om mee te gaan met de stroom en internet aan te wenden als een middel om te communiceren en te dialogeren met de bevolking (net als in andere landen, die niet tot de Derde Wereld behoren, trouwens). Anderzijds houdt Beijing stevig vast aan de hiërarchie die het bestaansrecht en andere economische rechten hoger inschaalt dan het recht op vrije meningsuiting en blijven de waakzaamheid en de afkeer voor buitenlandse inmenging onafgebroken groot. Amerikaanse beleidsmakers herhalen op hun beurt dat China volgens hun zeer zwak presteert op het gebied van ‘de’ mensenrechten en noemen het cijfer van 30 miljoen dollar dat de VS vrijmaakt om de internetcensuur in ‘landen met onderdrukkende regimes’ kapot te maken. Dat westerse media deze houding met instemming begroeten is niet van aard om Beijing vertrouwen in te boezemen.
Bornnen: Global Times, Guardian, Radio France International, China Daily

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *