In Tianjin is deze week de laatste voorbereidende conferentie bezig voor de klimaattop van Cancun eind november. Er nemen drieduizend afgevaardigden aan deel. De conferentie is op korte termijn bijeengeroepen in de hoop een volledige mislukking van Cancun te vermijden, en is een gebaar van China om te tonen dat het klimaat ernstig genomen wordt.
Zoals in Kopenhagen zijn er twee werkgroepen die in parrallel werken, een groep rond de vernieuwing van het Kyotoprotocol na 2012, en een VN-groep voor het klimaat. Maar de verdeeldheid in Tianjin is diep.
Staatsraadslid Dai Bingguo riep op tot grotere inspanningen van alle landen om zo snel mogelijk tot een bindend akkoord te komen. Hij verklaarde dat China zijn deel van de inspanningen doet en riep de ontwikkelde landen op om eindelijk het voortouw te nemen in grote uitstootbeperkingen, plus financiële en technologische hulp aan ontwikkelingslanden.
De ontwikkelde landen blijven aandringen dat China een absolute grens zou stellen voor zijn uitstoot, maar Dai herhaalde dat er weinig manoeuvreerruimte is, gezien de grote ontwikkelingsachterstand van grote delen van China. Iedereen is verantwoordelijk om de uitstoot te verminderen, maar de ontwikkelde landen moeten veel meer inspanningen doen. Daar ging de Europese delegatieleider tegenin; hij benadrukte juist dat China en India hun verantwoordelijkheid moeten opnemen.
Voorts is er onenigheid over de controle van uitstoot. China is niet gelukkig met de Amerikaanse eis om de Chinese uitstoot te kunnen komen controleren. De Verenigde Staten van hun kant weigeren nog altijd te werken binnen het Kyotoprotocol, omdat hen dat bindende verplichtingen zou opleggen. Ze pareerden kritiek door te zeggen dat ze wel vrijwillig maatregelen zouden nemen, maar door het uitblijven van milieuwetgeving klinkt dat steeds holler.
De vertegenwoordiger van Jemen vertolkte namens de groep van 77 het ongenoegen over de pogingen van een aantal rijke landen om het Kyotoprotocol met zijn verschillende verplichtingen voor rijke en arme landen te begraven en te herbeginnen met een nieuwe klassering van de landen. De VN-verantwoordelijke voor het klimaat riep de grote landen op tot meer soepelheid.
Het enige waar men het nu over eens lijkt te zijn, is dat er in Cancun geen bindend akkoord zal mogelijk zijn. Tianjin zal moeten duidelijk maken wat dan wel haalbaar is.
Er wordt in Tianjin dan ook gefocust op deelproblemen waar wel vooruitgang in zit, zoals financiering en verspreiding van schone technologieën, afremmen van de ontbossing, … . Zo moet het hulppakket van 30 miljard dollar per jaar voor de periode 2010- 2012, dat de rijke landen in Kopenhagen beloofden, nog concreet ingevuld worden; 28 miljard zou al echt beschikbaar zijn. En tegen 2020 moet overeengekomen worden om dat pakket naar 100 miljard dollar per jaar op te trekken. Sommige ontwikkelingslanden stellen echter dat de beschikbare fondsen gewoon uit andere fondsen voor ontwikkelingshulp gehaald zijn. Terwijl de Verenigde Staten dan weer als te streng ervaren controlevoorwaarden stellen vooraleer ze een dollar geven.
Bronnen SCMP, Global Times, Xinhua
Zie ook CNTV over China”s standpunt