Voortaan is het in China wettelijk verboden om opzettelijk melamine aan voedsel toe te voegen. Door het aannemen van de wet krijgt het debat over voedselveiligheid een hernieuwde belangstelling.
Melamine is een kunststof voor de samenstelling van verfstoffen en gebruiksvoorwerpen. China definieert dit plastic vandaag als ‘een stof die geen levensmiddel is en ook geen toevoeging aan levensmiddelen’. Wie deze kunststof nog in voedingsmiddelen verwerkt zal worden vervolgd en gestraft. Een document van het ministerie van Volksgezondheid stipt aan dat voedsel melamine kan bevatten in minieme hoeveelheden afkomstig van verpakkingen of uit het milieu. Dat gehalte mag niet meer zijn dan 1 mg per kg van levensmiddelen voor baby’s en kleine kinderen en niet meer dan 2,5 mg per kg van andere etenswaren, anders worden de producten uit de handel genomen. Het is de meest recente en ingrijpende maatregel om een eind te maken aan een hardnekkig voortwoekerend schandaal.
In 2008 zijn er 6 baby’s overleden en meer dan 300.000 kinderen zijn ziek geworden door het consumeren van melkpoeder dat melamine bevatte. Deze stof kan namelijk het eiwitgehalte van voedsel hoger laten lijken. De zuivelindustrie werd zwaar getroffen, schuldigen kregen strenge straffen (2 kaderleden van het grote zuivelbedrijf ‘Sanlu’ werden geëxecuteerd). De regering heeft allerlei maatregelen genomen zoals het uitbreiden en efficiënter maken van de controles en het strenger maken van de strafmaatregelen. Melaminevervuiling is echter sporadisch blijven opduiken: misdadigers vonden mazen in de wetgeving of hielden besmet melkpoeder achter om het later toch weer te verkopen.
De melaminezaak is maar één van de voedselschandalen die China af en toe teisteren. Naar aanleiding van de hogergenoemde verbodsbepaling wijst Xinhua op uitspraken van invloedrijke deskundigen. Deze academici stellen dat niet alleen de overtreders moeten worden aangepakt, maar ook de controleorganen. De opiniemakers erkennen dat de inspectieteams te weinig personeel en middelen hebben, maar vinden dat dit hun verantwoordelijkheid niet wegneemt. Ze wijzen er op dat voedselinspecteurs soms laks zijn, de problemen naar elkaar doorschuiven, niet goed weten wie wat moet aanpakken. Ook hier kunnen vormen van corruptie een rol spelen. Uit een anonieme bron heeft Xinhua het verhaal dat er agentschappen voor voedselwareninspectie zijn die weinig belang hechten aan preventie. Ze rekenen immers op de inkomsten uit boetes om hun werkingsmiddelen aan te vullen en hun personeel een bonus te geven. Het systeem moet volgens de deskundigen nodig gesaneerd en gestroomlijnd worden. Zij denken ook dat het goed zou zijn om het publiek meer te betrekken.
Het valt op dat Xinhua die laatste gedachte ook alweer bij premier Wen Jiabao heeft bespeurd. Wen heeft eerder deze maand een groep beleidsmedewerkers en onderzoekers in deze zin toegesproken. Hij voegde aan zijn oproep om beter naar de bevolking te luisteren ook een opvallend commentaar toe over de heersende mentaliteit: ‘de culturele en morele ontwikkeling blijft achter bij de economische…voedselschandalen laten zien hoe erg de verloedering is…als we onze morele kwaliteit niet verbeteren worden we nooit een machtig en gerespecteerd land.’ Volgens de premier moeten vorsers en beleidsmedewerkers onderzoeken wat er aan de basis leeft en adviezen naar voren brengen om de rechtsstaat te versterken en de democratische besluitvorming op een wetenschappelijke manier te verbeteren.
Bron: Xinhua