Het Actieplan Mensenrechten (2009-2010) is volledig en op tijd uitgevoerd volgens een onderzoekscomité, aangesteld door de staat. Het informatiebureau van de regering, het State Council Information Office (SCIO) heeft daarover deze week een rapport gepubliceerd.
Een groot aantal bindende doelstellingen zou eerder gerealiseerd zijn dan de einddatum van 31 december 2010 of ze zouden overtroffen zijn. Bijzonder tevreden zijn de beoordelaars over de resultaten op het vlak van de bestaanszekerheid: de helft ervan zijn beter of sneller behaald dan in het Actieplan was voorzien.
In april 2009 kwam de SCIO met het eerste Actieplan Mensenrechten in China ooit. Meteen werd er ook een coördinerende organisatie gecreëerd om de uitvoering van het plan te volgen, te beoordelen en te bevorderen. Dat comité moest het werk regelen van mensen uit regeringsdepartementen, onderzoeksinstellingen en wetgevende of justitiële organen. Zij werkten samen met het maatschappelijk middenveld en met ngo’s. Zij hielden enquêtes en gingen op werk- en inspectiebezoeken. Ze kwamen twee keer in een conferentie bijeen.
Het rapport wijst erop dat China geconfronteerd werd met een ongekende wereldcrisis en met een aantal natuurrampen, maar dat het land toch is geslaagd in zijn opzet om mensenrechten te verbinden met economische en sociale vooruitgang. Als wapenfeiten worden genoemd de reusachtige investering van 615,38 miljard dollar om de levenskwaliteit te garanderen en te verbeteren en verder de projecten op het gebied van huisvesting, infrastructuur in de landbouwgebieden, gezondheidszorg en onderwijs en de bestendige verhoging van het inkomen. Tussendoor wordt er ook nog op gewezen dat China een heleboel andere landen heeft bijgestaan in het omgaan met de crisis. De bevolking is bovendien meer bewust gemaakt van de mensenrechten en heeft er op allerlei manieren vorming over gekregen. Het opstellen van een Actieplan is een effectief middel gebleken om vooruitgang te boeken op het terrein van alle mensenrechten, maar iedereen in China beseft dat er nog een lange weg te gaan is. Om die twee redenen heeft de regering besloten de deskundigen opnieuw aan het werk te zetten om het tweede Actieplan op te stellen. Dit plan zal pas in 2012 klaar zijn, over vier jaar lopen en een veelomvattend systeem van doelstellingen en ingrepen bevatten. Er zal ook een overlapping zijn met het 12e vijfjarenplan en met de regeringsprogramma’s op middellange en lange termijn.
Mensenrechten met Chinese kenmerken
De Chinese regering houdt duidelijk vast aan de, op het marxisme gebaseerde, hiërarchie in de mensenrechten en aan de gekozen volgorde om ze te verbeteren. Ze zal verder gaan met sneller en voorlopig met meer nadruk te werken aan de economische, maatschappelijke en culturele rechten voor de hele bevolking, de materiële basis. Tegelijk zal ze in een voorzichtiger tempo de bovenbouw van burgerlijke en politieke rechten en de extra maatregelen voor minderheidsgroepen aanpakken. Dat is uiteraard niet naar de zin van westerse mensenrechtenactivisten zoals die van Human Rights Watch. Deze organisatie heeft het Chinese rapport dat gisteren verschenen is niet afgewacht en had al in januari haar eigen analyse klaar, waarbij het Actieplan werd afgedaan als een oefening in public relations. De kritieken van HRW kwamen erop neer dat er misschien wat vooruitgang was gemaakt, maar dat die werd teniet gedaan door de vervolging van dissidenten, het hinderen van advocaten, de onmacht om op te treden tegen misbruiken door de politie, foltering en het grote aantal doodstraffen. Ook was er kritiek op het ontbreken van duidelijke doelstellingen en streefcijfers en op het feit dat het plan niet door een onafhankelijk orgaan werd beoordeeld. De studie van het nu verschenen Chinese rapport waarin wel degelijk cijfers worden genoemd kan dus op de agenda van de critici komen, als ze oprecht zijn. Het is niet ondenkbaar dat bepaalde zaken nogal mooi worden voorgesteld en wie het rapport echt leest zal zich door passages moeten heen worstelen waarin de rapporteurs met veel lof strooien. De concrete gegevens zijn echter over het algemeen betrouwbaar en zeggen wel degelijk wat. De onafhankelijkheid van de beoordeling is inderdaad niet optimaal door de grote invloed van regeringsambtenaren die in feite hun eigen werk onder de loep nemen. Deze mensen moeten echter goed rekening houden met geluiden uit het middenveld en de brede bevolking en dat gebeurt ook steeds meer. Het zou van vooroordelen getuigen om het eerste Actieplan en de opvolger, het Actieplan Mensenrechten 2012-2015 te negeren of te beschouwen als louter windowdressing.
Bronnen: Xinhua, http://www.hrw.org/
De volledige Engelse tekst van het rapport
http://www.china.org.cn/china/2011-07/14/content_22989895_7.htm