Omdat China ‘s werelds meest veelbelovende automarkt is deden alle autoproducenten hun best om op Shanghai ‘s autosalon de Chinese verbruikers te verleiden. Ze lanceren modellen voor de Chinese markt en concentreren zich nu vooral op de tweedelijnssteden voor hun verkoop.
Naar schatting 800.000 bezoekers bezochten gedurende de afgelopen week het Shanghai autosalon dat sinds enkele jaren de vitrine geworden is van wat de autoproducenten in petto hebben. 1300 voertuigen stonden tentoon gesteld. China is sinds 2009 de grootste automarkt: vorig jaar werden 19 miljoen voertuigen verkocht en tegen 2020 zouden dit er 32 miljoen zijn of de totaliteit van EU en VS samen, zo wordt verwacht. Een eldorado voor de westerse constructeurs die op het thuisfront geconfronteerd worden met een teruglopende vraag. Zo verkocht Peugeot vorig jaar meer voertuigen in China dan in Frankrijk. Momenteel staan de buitenlandse merken in voor 70 % van de Chinese markt en vertegenwoordigen de Chinese merken maar 30 %.
In de grote steden als Shanghai en Peking waar het verkeer al verzadigd is, zijn er 168 voertuigen per 1000 bewoners wat toch maar klein bier is met de 500 in Europa. De belasting op een autoplaat valt er echter erg hoog uit. Nu concentreren de automerken vooral hun inspanningen op de tweede- en derdelijns steden waar er zelfs maar 40 voertuigen zijn per 1000 bewoners. Ze ontwikkelen momenteel hun verdelers netwerk in het binnenland. “Om succes te kennen in China, moet je produceren in China” weet Jeep-baas Mike Lanley die zich verbindt met Guangzhou Automotive Corporation als partner om lokaal te produceren. BMW lanceert met lokale partner Brillance een nieuw merk dat high tech en ecologisch moet zijn. Niettegenstaande de betoelaging doen de groene auto’s het echter niet denderend momenteel. Het is nochtans die richting dat ook Nissan inslaat met het Chinese merk Venucia dat 100 % elektrisch is.
Japanse
Nissan verkocht vorig jaar 17% wagens minder in China door de politieke rel rond de Diaoyu-eilanden. Dit blijft nog dit jaar nazinderen want ook in maart dit jaar verkochten de Japanse merken 17,8 % minder wagens vergeleken met het jaar voordien. Nissans vicevoorzitter Shiro Nakamura vindt dat Nissan het zich niet kan permitteren in China te verliezen. Hij probeert onder meer zijn cliënteel te binden door een schadeloosstelling aan diegenen wiens wagen vorig jaar onder de rellen beschadigd werd. Winnen op de Chinese markt heeft zowel te maken met de modellen, de sterkte van het verdeelnetwerk en de dienst na verkoop.
Daar botsen de Japanners uiteraard op concurrentie van Europese en Amerikaanse rivalen. Volkswagen investeert bijna 10 miljard euro tegen 2015 in het land en GM onthulde op het autosalon dat het vier vestigingen in China zal bijbouwen zodat het totale aantal op 17 komt. Volgens analist Namrita Chow bij IHS Automotive in Shanghai zijn het voornamelijk Ford en Hyundai die meer marktaandeel hebben verworven ten nadele van de Japanse merken.
De Chinese merken lijken meer en meer op de westerse en hebben op enkele jaren tijd duidelijk hun kwaliteit en technologie verbeterd. De overheid zou willen dat hun aandeel binnen enkele jaren zou stijgen tot de helft van de markt. De Chinezen zelf beschikken graag over een ruime plaats achterin en een grote koffer. Niet-Europese merken passen hun modellen al aan aan de lokale smaak en vereisten.
