Beijing Review publiceerde vorige week een interessant artikel over de toestand van het milieu in het gebied rond het Everest dat in het Tibetaans Qomolangma heet. We maakten een korte samenvatting voor onze lezers.
De 8844 meter hoge berg Qomolangma die in het westen beter bekend is onder de kolonialistische naam Everest, strekt zich uit over 4 kantons in de prefectuur Xigaze. Qomolangma betekent “Heilige moeder” in het Tibetaans. Al in 1988 beschermde het regionaal bestuur 33.000 km2 op 4000 meter hoogte rond de Qomolangma als natuurgebied. In 1994 werd het een natuurgebied van nationaal belang, later gevolgd door een UNESCO-erkenning. Hoewel het gebied ecologisch fragiel is, leven in het gebied 80.000 boeren en herders, waarvan de helft helaas onder de officiële armoedegrens. Hun afhankelijkheid van de natuur kan een gevaar betekenen voor de lokale ecologie.
Milieuwerkers
Het Qomolangma Reserve Bureau heeft echter met succes een beschermingssysteem opgezet en plaatselijke bewoners benoemd tot milieubewakers, aldus onderdirecteur Gesang Droma. Vroeger brandde hij zelf hout van de Siberische dwergpijnboom om te koken. Zijn gezin kocht met overheidssubsidie een biogasvergister. De helft van de gezinnen in Gangkar gebruikt nu deze vergisters, wat het verbruik van brandhout drastisch verminderde.
Het grondgebied van het lager gelegen stadje Gyirong is sterk bebost en de lokale milieudienst doet alles om dit zo te houden. Milieudienst directeur Dorje legt uit dat boeren en herders per jaar maar over 3 dagen beschikken om brandhout te sprokkelen. Om overbegrazing tegen te gaan beperkt het natuurgebied het aantal jaks, schapen en geiten. Lokale bewoners krijgen een toelage van 200 yuan voor een schaap minder en 1000 yuan voor een jak of paard minder. Veel boeren en herders vonden een nieuwe baan in de milieubescherming als bewaker van de bossen, sanitair werker of wachter in gebieden waar wilde dieren leven. Tingri telt zelfs 1157 boswachters momenteel en de overheid wil er meer.
Biodiversiteit
Gezien de Qomolangma reikt van 1400 tot 8800 meter hoogte, is het een van de meest biologisch diverse natuurgebieden in Tibet. Het telt meer dan 2000 ontwikkelde plantensoorten en 53 soorten zoogdieren, waarbij 47 zeldzame die nationale bescherming genieten. Het sneeuwluipaard staat sinds 1972 op de lijst van de beschermde dieren en het aantal dorpen waar ze opgemerkt werden, verdubbelde. In 2012 werden echter 40 dieren door het sneeuwluipaard aangevallen en als er vee verwond wordt is de luipaard in de helft van de gevallen de schuldige. Verder beschadigt het gewassen en granen. Ook hier staat het bestuur de boeren bij: bij verlies van een jak 3500 yuan en van een schaap 500 yuan. De overheid investeert ook in afsluitingen en prikkeldraad. In de dorpen die bezocht worden door wilde dieren worden wachters geplaatst die stroperij verhinderen. Het natuurgebied beschermt naast dieren ook planten als Himalaya Taxus, Euphobia Royleana en Pinus Palustris. Dierenbeschermingsstations beschermen gewonde dieren.
Schoon
De hoogste berg trekt vele bergbeklimmers en toeristen. 3500 geraakten tot op de top. Gezien het aantal bezoekers aan het natuurgebied toeneemt, laten ze ook een grotere hoeveelheid afval achter. Het Qomolangma Reserve Bureau stuurt regelmatig reinigers uit voor deze schoonmaak die elke dag drie vrachtwagens afval oplevert. Ook deelt het gratis afvalzakken uit aan de klimmers en andere toeristen. De klimmers beschadigen soms ook de vegetatie: tegenwoordig vraagt het bestuur van het natuurgebied aan de bergbeklimmers de uitgestippelde wegen te volgen.
Om de toegang voor de toeristen te vergemakkelijken is er een basiskamp op 5200 meter hoogte waar de bergbeklimmers kunnen uitrusten vooraleer ze de top beklimmen. Tingri legt een asfaltweg van 100 km aan naar het kamp. Wanneer deze klaar is, zullen toeristen hun wagen kunnen achter laten om via elektrische voertuigen het basiskamp te bereiken. Vorig jaar reden 13.000 auto’s het hart van de natuurzone binnen. Nadat de asfaltweg in gebruik genomen is, zal de uitstoot van koolstofdioxide en het opjagen van dieren door het getoeter veel minder worden. Bron: Beijing Review
Strekt zich zelfs nog verder uit dan Xigaze. In Nepal: Sagarmatha
Elke dag drie vrachtwagens afval opgehaald! Hoewel ‘een vrachtwagen vol’ geen exacte maat is voor een hoeveelheid, vraag ik me af wie de grootste zondaars zijn. Schandalig dat de natuur moet afzien voor de ‘kick’ van enkele “avonturiers”. Naast sensibiliseren, zou ik pleiten voor hoge taxatie naargelang het gewicht dat achtergelaten wordt, zoals in een containerpark.
aan lok:
het beklimmen van deze berg is erg moeilijk voor het meeste chinezen avonturier niet alleen maar het fysieke kracht, maar je moet wel 5 jaar in de rij staan om er heen te gaan. de reden dat er zoveel afval zitten is just door de hoge taxatie. dat een paar erg onervaren rijke lui die met wat geld er heen wil gaan. krijgt nu een te goede handel voor ze om me te stoppen. als je die taxatie mee ophoud en laat wat goede klimmer er mee klimmen in plaats het centen mee laten klimmen krijgt je wel wat beter milieu.