Nieuwe reisindrukken van een China-veteraan

In september was ik drie weken in China. Het was de zoveelste reis in een lange rij die begon in 1984. Bij elke reis verrast China me opnieuw positief door de snelheid van de ontwikkeling.

Bouwwoede

De bouwwoede slaat niet alleen op de honderden nieuwe flattorens rond alle steden.
Op het platteland, ook in de armere minderheidsgebieden zoals bij de Tujia in Hunan, de Miao en Dong in Guizhou, of de Zhuang in Guangxi, verdwijnen de oude huisjes zonder comfort snel. Soms vervangen door grote familiewoningen, soms door flatgebouwen met meerdere verdiepingen om landbouwgrond te sparen. Soms duidelijk gepland op dorpsniveau, met mooie verkavelingen op zijn Nederlands, soms ook de chaos van ieder doet wat hij wil van België. Het ene dorpsbestuur werkt nu eenmaal beter dan het andere. In toeristische streken bij de minderheden wordt daarbij gewaakt over het ‘authentieke’ karakter van de nieuwbouw. Het Dong kanton Zhaoxing in Guizhou is een mooi voorbeeld.
In de steden groeit het besef dat een stad zonder stadskern een stad zonder ziel is. In meer en meer steden is er ‘herstel’ van het oude centrum. Concreet wil dat zeggen behoud van enkele geklasseerde gebouwen of straten, afbraak van de oude gebouwen (soms is 20 jaar al ‘oud’) en vervanging door nieuwbouw in oude stijl. Nep? Maar de sfeer is er. Beijing staat wat dat betreft model: een aantal hutongs zijn geklasseerd en worden langzaam gerenoveerd. De volledige wijk ten zuiden van Qianmen platgelegd en herbouwd in Qing-stijl. Xi’An breekt af en herbouwt in Tang stijl. Die trend vindt nu ook navolging in kleinere steden.

Infrastructuur. 

Het netwerk van nationale snelwegen is ondertussen ongeveer af. De bedrijvigheid situeert zich vandaag eerder op de lokale wegen. Ook dat is zichtbaar op het platteland. De lokale wegen zien er over het algemeen nieuw uit of worden vernieuwd. Zowat elk gehucht moet nu via een verharde weg bereikbaar zijn voor motorvoertuigen.
Aan metrowerken valt vandaag praktisch niet te ontsnappen. Het openbaar vervoer als alternatief voor het vastlopend autoverkeer krijgt prioriteit. In alle grote steden wordt het netwerk driftig uitgebreid, in een aantal middelgrote steden wordt de eerste lijn aangelegd.
De HST zijn ondertussen banaal geworden. Ze dienen niet meer alleen voor snelle verbindingen tussen provinciehoofdsteden. HST worden nu ook ingezet als intercity treinen met talrijke stopplaatsen, waarbij ze tussen de stopplaatsen door toch nog 250 km per uur halen. De goed bereikbare nieuwe HST-stations liggen buiten het stadscentrum; enkele jaren geleden leken het dikwijls nog lege katedralen, maar vandaag loopt er voortdurend volk aan en uit en volgen de treinen elkaar snel op.
Verrassend is de bouw van nieuwe luchthavens in relatief kleine steden zoals Dunhuang, Zhangjiajie of Kaili. Die luchthavens worden ook druk gebruikt. Toegegeven, de aangehaalde voorbeelden zijn toeristische steden, maar uit de cijfers blijkt dat er nog voortdurend commerciële luchthavens bijkomen in kleinere steden over het hele land.

Binnenlands massatoerisme

Het toerisme kent een fenomenale metamorfose. Honderden miljoenen Chinezen uit de middenklasse ontdekken het massatoerisme. Op de toeristische trekpleisters is het op de koppen lopen, de enkele buitenlanders zijn onzichtbaar in de massa. Opvallend: De meeste Chinese toeristen zijn welstellende gezinnen; er zijn minder en minder uniform geklede groepen die van hun bedrijf of dorp een incentive reisje kregen.
De doorsnee Engelstalige gids begeleidt nu meer Chinezen naar Europa dan Europeanen in China. Een typische reis naar Europa duurt 12 dagen, reisdagen inbegrepen. Op het bustraject door 6-7 landen is België niet meer dan een stop van twee uur in Brussel, voor Manneken Pis en Godiva pralines.
Samenhangend met de explosie van het binnenlands toerisme is de verbetering van de toeristische infrastructuur. Overal zijn er bezoekerscentra, modern sanitair – het Chinese gebrek aan proper sanitair wordt snel een verhaal van vroeger-, grote bezoekersparkings op enige afstand en meestal elektrische pendelbussen. Belangrijke toeristische bezienswaardigheden zijn toegankelijk gemaakt voor mindervaliden via liften, roltrappen en zetelliften. De vroeger chaotische handel in souvenirs door straatverkopers is nu overal netjes georganiseerd in winkels of ordentelijke markten.
De toeristische bestemmingen zijn vandaag 100% afgestemd op Chinese toeristen, wat soms kitsch geeft die niet overeenkomt met onze westerse smaak. Geen Chinese horeca uitbater die erom maalt, ze hebben de westerse toeristen niet meer nodig om hun inkomen te verzekeren.

Het is niet al goud wat blinkt. In plaatsen als het onlangs sterk gehypete Dong kanton Zhaoxing zie je duidelijk tot wat te optimistische investeringen in te toeristische projecten leiden: bijna lege hotels, dito restaurants. In Zhangjiajie zagen we onder meer een failliet casinoproject. Op het platteland bij de minderheden staan legio gebouwen die nog maar voor de helft afgewerkt zijn. Er zullen nog een pak miljoenen Chinese toeristen moeten bijkomen vooraleer dit alles rendabel wordt. Maar is een goede kans dat dit effectief nog gebeurt

Ecologisch bewustzijn

Elektrische pendelbusjes maar ook elektrische stadsbussen, laadpalen en elektrische auto’s: het is maar één aspect van China’s wedren naar een ecologische duurzame ontwikkeling.
Langs de zijderoute in Gansu staan de windmolens zo dik als bossen. Gesofistikeerde gelijkstroomlijnen op ultrahoge spanning voeren de stroom duizenden kilometers ver naar de kust. Op de wegen naar afgelegen bergdorpen van de minderheden in het Zuiden passeer je vrachtwagens met molenwieken. Op meer afgelegen plaatsen wordt algemeen gebruik gemaakt van gedecentraliseerde zonne-energie.
Op het platteland slingert een pak minder afval rond dan enkele jaren geleden. Blijkbaar is ook daar nu een systeem van huisvuilophaling.
In de grote steden zijn de gezellige barbecues op steenkool uit het straatbeeld verdwenen. Alles gebeurt nu op aardgas. De lucht in een stad als Beijing ziet eindelijk blauw.

Technologische sprongen voorwaarts

Een en ander heeft te maken met de technologische sprongen die China vooruit maakt.
Een kapper die tijdens een folkloristische Miao show in Guizhou scheren met een sikkel demonstreert haalt in volle actie een rinkelende smartphone uit zijn zak.
In het afgelegen boeddhistisch klooster van Matisi in Gansu kan je na een bijna onmogelijke klim door nauwe gangetjes in de bovenste grot offeren aan de boeddha met een QR-code van je smartphone.
Wij als toeristen moeten een hele stad afzoeken om nog ergens geld uit de muur te kunnen halen met de naar Chinese normen verouderde Maestro kaart. Ook een taxi nemen zonder de applicatie van Didi op je smartphone wordt een heikele klus.
In de restaurants nemen obers een foto van het eentalig Chinees menu, drukken op de vertaalknop en voilà, daar heb je meteen een Engelstalig menu.
In de HST-stations komen de Chinezen tegenwoordig binnen door hun ID-kaart te scannen of via gezichtsherkenning; wij als westerse toeristen mogen in de rij staan voor de enige overblijvende menselijke controleur.
In de nieuwste openbare toiletten krijg je pas een portie toiletpapier nadat de verdeler je gezicht gescand heeft.

Babyboom

Sinds het opheffen van de één-kind-politiek stimuleert de overheid jonge mensen om twee of zelfs drie kinderen te hebben. Op die manier moet de snelle vergrijzing gecompenseerd worden.

Misschien is mijn beeld vervormd doordat we geruime tijd bij de minderheden verbleven. Zowel in de stad als daar buiten zagen we opvallend meer heel jonge kinderen dan bij vorige bezoeken. Jonge kinderen die zeer vaak door hun grootouders begeleid waren, terwijl de ouders in de grote stad gaan werken. Ook gezinnen met twee heel kleine kinderen zijn een nieuwigheid in het straatbeeld.

Veiligheid absolute prioriteit

Veiligheid is een obsessie voor Chinezen. Dat verwondert niet: wie met zovelen opeen gepakt leeft is kwetsbaar voor kleine criminaliteit en geweldmisdrijven. Na zware terroristische aanslagen in Beijing, Kunming en Xinjiang, en verspreide aanslagen door geesteszieken eiste de bevolking drastische maatregelen. Die zijn er gekomen.

De veiligheidscontrole is technologisch geëvolueerd. Camera’s zijn alom tegenwoordig, in het hotel, in de bus (minstens twee of drie), aan elk kruispunt, op elke baan met beperkte snelheid, bij elke bezienswaardigheid binnen en buiten, in elke straat, in elke winkel, museum enz.

De controle heeft alvast één positief gevolg: de Chinese chauffeurs respecteren nu het verkeersreglement en de snelheidsbeperkingen, het aantal verkeersdoden is sterk gedaald. We zagen onderweg tijdens onze lange busreizen deze keer slechts twee lichte ongelukken.

Je moet tegenwoordig ongeveer overal je paspoort tonen.
Treinkaartjes zijn nu op naam, entreekaartjes voor belangrijke toeristische bezienswaardigheden eveneens. Systematisch wordt gecontroleerd of het kaartje bij je paspoort hoort. Op plaatsen zoals stations en luchthavens wordt je nog eens gefotografeerd en je foto digitaal vergeleken met die van je paspoort om elke persoonsverwisseling uit te sluiten. In Zhangjiajie (Hunan) werd zelfs een duimafdruk genomen om het Nationaal Park binnen te mogen. Vingerafdrukken van de buitenlandse toerist zijn intussen al genomen bij aankomst op de internationale luchthaven van Beijing.

Bij vertrek van een station of luchthaven wordt je bagage met krachtige scanners geanalyseerd. Het gebeurt allemaal grondig en duurt wel even. Bij de minste verdenking is het terug naar af. Vroeg genoeg komen is de boodschap!

De Chinezen zelf aanvaarden die scherpere controle. Ze geeft ook een extra gevoel van veiligheid wanneer je in de massa loopt. Wie iets misdoet heeft tegenwoordig weinig kans aan de arm der wet te ontsnappen. Er zijn bijvoorbeeld minder zakkenrollers dan vroeger.

Toch zou men hier wel eens op grenzen kunnen botsen. Neem nu de tax free shop op de luchthaven van Beijing. Voor iedere koper wordt het paspoort uitvoerig gecontroleerd en gescand, worden de goederen verzegeld met bijhorend verslag. De administratieve verwerking duurt al snel enkele minuten per klant. de file is ellenlang. Wie geen uur reservetijd heeft voorzien mag zijn aankoop vergeten. Schiet men niet met een kanon op een mug?

1 comment for “Nieuwe reisindrukken van een China-veteraan

  1. China is een fantastisch land, maar als je er wil reizen, kan je best het niet-toeristische parcours afleggen. In China heb je 1000 jaar oude tempels (originele constructies), eeuwenoude stadjes en prachtige natuur, waar geen kat komt. Onvoorstelbaar. Zelfs in Peking heb je prachtige plaatsen zonder maar een enkele toerist.
    De afbraak van Hutongs in Peking in het verleden is een model hoe het juist niet moet. Veel eeuwenoude siheyuans zijn door socialistische ijver of winstbejag voorgoed verdwenen. Gelukkig heeft de stad zich een beetje herpakt, maar te laat. Het oud-Peking is vanaf Mao een groot litteken geworden, tot menig verdriet van de laobeijingren. Spijtig genoeg heeft de afbraak van historische gebouwen ook andere steden bereikt. Datong in Shanxi is het meest hallucinante voorbeeld. Eeuwenoude Qing-gebouwen werden afgebroken omdat ze niet oud genoeg waren. Nu wordt de stad heropgebouwd in namaak Ming-stijl. Vreselijk. Veel Chinezen kunnen het nu al niet meer aanzien.

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *