Olie en geopolitiek (update)

Premier Wen gaat voor zes dagen naar de Golfstaten  Saoedi-Arabië, Qatar en de Verenigde Emiraten. De trip houdt ongetwijfeld verband met de onrust in de Arabische wereld (Libië, Syrië) waar de Golfstaten op de Amerikaanse lijn zitten. En met de toenemende spanningen tussen Iran en de VS, die de Iraanse olieuitvoer wil verhinderen.  

Geithner en Xi jinping


China zou binnen twee jaar al de grootste olie-invoerder ter wereld kunnen worden, en de helft van die olie komt uit deze regio. Saoedi-Arabië is China’s grootste olieleverancier en Qatar de grootste leverancier van vloeibaar aardgas. Sinopec gaat in Yanbu aan de Rode Zee  in JV met het Saoedisch staatsbedrijf Aramco investeren in een raffinageproject voor 400.000 vaten per dag. Het wordt de eerste overzeese raffinaderij voor Sinopec. Parrallel gaat Aramco participeren in JV’s  met Sinopec en PetroChina voor twee raffinaderijen in het Zuiden van China.
Wen combineert zijn bezoek aan de Arabische Golfstaten niet met een bezoek aan buurland Iran, waarmee Saoedi-Arabië op gespannen voet leeft. Toch bestaat er weinig twijfel dat China zijn goede relaties met Iran wil verder zetten. Iran levert zowat 11% van de Chinese olie, wat overeenkomt met zowat een vijfde van de Iraanse olieuitvoer. Ook met Iran lopen er investeringsprojecten in de oliesector, die echter bemoeilijkt worden door de Westerse sancties.
Intussen is de Amerikaanse minister van Financiën Geithner in Beijing woensdag ontvangen door vice-president en toekomstig partijleider Xi Jinping. Geithner wil China overtuigen zijn munt verder te laten opwaarderen, wat gezien de dalende uitvoer niet evident is.  En deze keer staat een extraatje op het programma: de VS willen dat China veel minder Iraanse olie invoert. China heeft al eerder laten weten dat het de unilaterale maatregelen van de VS tegen Iran niet goed vindt; deze keer verklaarde de vice-minister van Buitenlandse Zaken al dat China Iraanse olie nodig heeft en niet wenst dat die handel door Amerikaanse maatregelen verstoord wordt. Maar intussen zijn er aanwijzingen dat de Chinezen in hun transacties met Iran voorzichtiger worden. Zo besloot leverancier van communicatiehardware Huawei onlangs zich terug te trekken uit Iran wegens ‘te complexe situatie’; Huawei doet belangrijke zaken in de VS en de EU, en zou allicht in verband kunnen gebracht worden met de Iraanse kernindustrie. En ook de Chinese olieaankopen in Iran zijn recentelijk om onduidelijke redenen gedaald. In de VS staat een nieuwe wet op stapel die alle buitenlandse financiële instellingen gaat straffen die nog met de Iraanse Centrale Bank samenwerken; dit zou voor een aantal belangrijke Chinese firma’s en banken erge gevolgen kunnen hebben.Om een uitzondering te kunnen krijgen zou een land moeten aantonen dat het ‘in belangrijke mate’ zijn olieaankopen in Iran verminderd heeft. Er is een overgangsperiode van zes maanden voorzien, zodat cruciale beslissingen over sancties in volle Amerikaanse verkiezingsstrijd vallen. Overigens zou de EU een algemeen olieembargo tegen Iran voorbereiden, terwijl landen als Japan en Zuid-Korea, die erg van Iraanse olie afhangen, strenge acties minder zien zitten.  Verwacht wordt dat Saoedi-Arabie zal proberen de dalende uitvoer van Iran op te vangen. Een eventuele mogelijkheid om onder Amerikaanse sancties uit te komen is dat China  ruilovereenkomsten met Iran gaat afsluiten: olie in ruil voor Chinese producten, zonder tussenkomst van banken.
Intussen is duidelijk geworden dat Geithner van een kale reis uit Beijing is teruggekeerd. De Amerikaanse reactie liet niet lang op zich wachten: sancties tegen het staatsbedrijf  Zhuhai Zhenrong Corp, de grootste leverancier van geraffineerde petroleumproducten aan Iran. Dit bedrijf heeft weinig met de VS te maken, dus de sancties zijn eerder symbolisch, maar wel een ernstige waarschuwing voor de grote Chinese staatsbedrijven die zowel met de VS als met Iran werken.

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *