China’s twaalfde vijfjarenplan voorziet een snellere ontwikkeling van de Beibugolf-regio. Er is een totale investering van 2.600 miljard yuan gepland. Dit jaar is al 630 miljard yuan nodig voor 304 projecten. Nijverheid en toerisme worden uitgebouwd met respect voor het milieu.
De regio van de Beibu-golf -ook Golf van Tonkin geheten- ligt in het zuidwestelijk kustgebied van China. Het gebied beslaat 42.500 km² en telt een bevolking van rond de 13 miljoen. Buiten de provinciehoofdstad van Guangxi, Nanning, vindt men er ook nog Beihai, Qinzhou en Fangchenggang als grootste steden. China probeert de regio al een tijdje te ontwikkelen als een verbinding met de ASEAN-landen. De handel met deze landen nam vorig jaar sterk toe als gevolg ven het vrijhandelsakkkoord China-ASEAN. De nijverheid zal gemoderniseerd worden, transport en logistiek verbeterd en de ontwikkeling van het toerisme gestimuleerd . Daartoe voorziet het vijfjarenplan in totaal 2.375 projecten die een totale investering vergen van 2600 miljard yuan. De 304 projecten die dit jaar moeten worden verwezenlijkt, kosten 630 miljard yuan. We gingen even een kijkje nemen op de website van de Beibu-golfregio om te vernemen waar het ontwikkelingsplan naar toe leidt tegen 2020.
Ontwikkelingsplan
De economische zone is onderverdeeld in 3 delen: steden, platteland en een ecozone. De steden beslaan 9 % van het gebied . Het landbouwgebied palmt 56 % in van het gebied . De ecozone tenslotte heeft 35 % .
Tegen 2020 moet het cluster van steden rond Nanning, Beihai, Qinzhou en Fangchenggang een bebouwde oppervlakte hebben van 1350 km² met Nanning als stad van eerste categorie; Beihai, Qinzhou en Fangchenggang als tweedelijnssteden en Dongxing derde categorie; verder zijn er nog 13 belangrijke gemeenten. Langs de kust komt een zone van 86 km² met vooral zware scheikundige nijverheid: hier zijn prioritair de Qinzhou-haven, het Qisha nijverheidsgebied en de Tieshan-haven. In het landbouwgebied wordt in de onmiddellijke toekomst elke toename van de gebouwen stopgezet en tegen 2020 moeten er10 % minder gebouwen zijn.
De ecologische zone heeft natuurgebieden, een zone voor waterbehoud en een ecologische herstelzone. De natuurgebieden omvatten 4899 km² of 12 % van het grondgebied: activiteiten die niet het natuurbehoud dienen, worden gebannen. De zone voor waterbehoud is uiteraard rijk aan waterbronnen, het gebied beslaat 15 % van de zone en ook daar geldt dezelfde regel. Het gebied voor ecologisch herstel bezit een fragiel ecosysteem en omvat rotswoestijnen, zand, moeras, zout en brakke gronden. Ook daar wordt bouwen of boeren en veeteelt gebannen.
De kustlijn wordt onderverdeeld in 7 kategoriën: 228 km voor haven- en industriële activiteiten; 147 km voor stedelijk bouwen; 53 km voor toeristische faciliteiten langs de kust; 133 km voor de bouw van sanatoria en vakantieoorden; 213 km voor aquacultuur en 390 km voor milieubehoud langs de kust. Wat de nijverheden betreft wordt de uitbouw van een petrochemisch cluster gepland en ook een geïntegreerde hout- , pulp- en papiernijverheid. Het aanwezige bauxiet/aluminium wordt wordt verwerkt tot platen en folie voor toepassingen gaande van luchtvaart tot verpakking. De nijverheid wordt ondersteund door diensten zoals logistiek, financiën, vastgoed plus een expo-en conventieruimte die zich vooral richt naar de ASEAN-partners. Wat energie betreft, ligt de klemtoon op de ontwikkeling van waterkracht. Kortom de Beibu-golfregio lijkt de weg op te gaan van het Poyangmeer-regio waar gepoogd wordt economie en ecologie te verzoenen; met dit verschil dat in de Beibugolf een internationale link naar de ASEAN-landen aanwezig is