He Guoqiang, een topman van de CPC, heeft van 2 tot 16 juli aan vijf landen een officieel vriendschapsbezoek gebracht: Frankrijk, Polen, Servië, de Verenigde Arabische Emiraten en Iran.
In dat laatste land hebben de vertegenwoordigers van beide landen de 40e verjaardag van hun diplomatieke betrekkingen gevierd (op de foto: He die begroet wordt door een Chinese diplomate, die zich houdt aan het hoofddoekengebod). De toespraken gingen onder andere over het feit dat China en Iran eeuwenoude grote beschavingen zijn, die via de zijderoute al meer dan 2000 jaar met elkaar in verbinding staan. Ook actuele zaken kwamen op de agenda: er zijn regelmatig contacten op hoog niveau en er is steeds meer wederzijds politiek vertrouwen.
In 2010 bereikte de bilaterale handel een recordhoogte van 30 miljard dollar. Sinds vorig jaar is China de tweede handelspartner van Iran en is dat land een van de grote leveranciers van energie aan China. Zaterdag hebben beiden een reeks samenwerkingsakkoorden ondertekend voor infrastructuurprojecten voor een bedrag van 4 miljard dollar (2,8 miljard euro), op het vlak van energie, water, industrie, mijnbouw en milieu. Dat melden de Iraanse media. China zal Iran een zestigtal verbrandingsovens met energierecuperatie ter waarde van 500 miljoen dollar (350 miljoen euro) verkopen. De ovens zullen binnen het jaar gebouwd worden in de grote steden en langs de Kaspische Zee. Peking van zijn kant zal de import van Iraanse mineralen verhogen. “China is voortaan de grootste economische partner van Iran. We zijn van plan het handelsvolume van 30 miljard dollar (21 miljard euro) vorig jaar in de toekomst op te trekken tot 100 miljard dollar (70 miljard euro)”, verklaarde de Iraanse vicepremier Mohammad Javad Mohammadi-Zadeh op de staatstelevisie, zonder daarvoor evenwel een termijn te geven. Volgens de Chinese ambassadeur in Teheran “zullen de bilaterale overeenkomsten dit jaar meer dan 40 miljard dollar (28 miljard euro) bedragen”.
Het land heeft dan wel bepaalde sancties van de VN tegen het Iraanse kernprogramma onderschreven, maar houdt stevig vast aan de keuze voor een vreedzame, diplomatieke oplossing voor het conflict hierover. Beijing kant zich tegen de verdergaande strafmaatregelen die Westerse landen toepassen en onderhoudt in tegenstelling tot die landen goede zaken- en handelsrelaties met Iran.
Het valt op dat He Guoqiang deze maand een ietwat bizarre mix aan landen bezoekt, waarbij naast de, voor Washington controversiële keuze voor Iran, ook die van de Verenigde Arabische Emiraten de aandacht trekt. De VAE is immers vanaf het begin actief lid van de contactgroep Libië die onder NATO-impuls Khadaffi ten val wil brengen. Ook bijzonder is de status van He: lid van het permanent comité van het politiek bureau en hoofd van de disciplinecommissie. He heeft voor zover bekend geen functie bij buitenlandse zaken en in zijn cv staat er niets over werk in internationale betrekkingen. Hij is wel iemand die in het nieuws komt door zijn oproepen aan kaderleden en ambtenaren om werk te maken van de welbekende klachten van het publiek en een voorstander van openbaar toezicht. Hij vindt dat het publiek meer middelen moet krijgen om ambtenaren te controleren.
