Ouderenzorg voor zware uitdagingen

De regering wil tegen 2015 de helft van zowel de stedelijke als rurale buurtgemeenschappen uitrusten met bejaardenhulp. Van de 10 miljoen benodigde help(st)ers zijn echter maar 300.000 beschikbaar, waarvan minder dan een derde beroepsbekwaam. Enige achtergrondinformatie.
senioresidentChina is de eerste natie die ‘ouder wordt vooraleer ze rijk is’. Al in 1999 voldeed China aan de voorwaarde dat 10% van de bevolking 60-plusser was, wat de drempel is om beschouwd te worden als een ouder wordende samenleving. In 2010 telde het land al 13 % senioren. Het had in 1999 maar iets meer dan 806 $ per persoon aan bnp, terwijl ontwikkelde verouderende landen meer dan 5000$ tot 10.000 $  bnp/hoofd maken. In 2010 zat China nog altijd maar aan 4000 $, zowat een vijfde van andere verouderende landen. De veroudering zal echter almaar toenemen: voorspellingen van VN-organisaties hebben het over 30 % van de bevolking dat in 2050 boven de zestig zal zijn. Een eigen Chinese telling kwam dan weer tot de bevinding dat in 2010 een vijfde van de senioren gehandicapt was. Als China niet snel reageert, dreigt het overspoeld te worden door een verouderingstsunami.
Gezin
Traditioneel is het hoofdzakelijk de familie die past op de ouderen, met de overheid in een ondersteunende functie. De staat is verantwoordelijk om voor stedelijke ouderen zonder kinderen, inkomen of werk te zorgen en voorziet de vijf garanties voor rurale kinderloze senioren. In 2011 kregen 7 miljoen kinderlozen en gehandicapten een steun van de staat. Hoewel de familie de hoeksteen is in het senirngezondhdConfucianistische systeem, wordt deze gezinssteun verzwakt door recente socio-economische ontwikkelingen.
Gezinnen hebben maar een kind meer en de helft van de jongeren woont niet meer in de buurt van de ouders. Dat jonge rurale migranten naar de steden trekken om werk, is een trend die  minstens zal voortduren tot 2045. Al 40 miljoen rurale ouderen zijn achtergelaten door hun volwassen kinderen die naar de stad trokken . Deze rurale ouderen zijn meer kwetsbaar door het tekort aan pensioen, gezondheidszorg en andere diensten. Vooral als de ouderen intensieve zorg nodig hebben, wordt dit een probleem. De grote uitdagingen van de verouderende bevolking maken het principe van minimale staatsbemoeienis onhoudbaar.
Plan
Zowel de ziekteverzekering als het pensioensysteem werd niet enkel in de stedelijke gebieden uitgebreid, maar nu ook in de landelijke gebieden ontplooid en verbreid. Het pensioen in de landelijke gebieden dekte in mei 2011  al 190 miljoen personen en 51 miljoen senioren kregen een pensioen uitbetaald. Wat de bejaardenzorg betreft, is het de strategie van het twaalfde vijfjarenplan een sociaal dienstensysteem op te zetten met “thuiszorg als de basis, bijgestaan door buurtgebonden diensten en ondersteund door zorg in instellingen”. Instellingen spelen dus een bijkomstige rol.
seniorenfitEssentieel is de thuiszorg en deze is in eerste instantie voor gehandicapte ouderen, tachtigplussers en zij die alleen leven of met echtgenote. Arme of gehandicapte ouderen krijgen de diensten betaald door de gemeenschap. Er kwamen twee keer zoveel brede buurtgebonden dienstencentra op 10 jaar tijd tot 10.000 eind 2009. Deze buurtdienstencentra bieden aan allen dagzorg aan als maaltijden, medisch onderzoek, 30.000 dag bedden, zingen, dansen en film kijken.
Wat de instellingen betreft, voorzagen eind 2010 40.000 instellingen 3,1 miljoen bedden. Dit komt 1,8 % van de Chinese senioren ten goede, terwijl in ontwikkelde landen het percentage tussen 5 a 7 % bedraagt en in ontwikkelingslanden 2 tot 3 %. B ij de gehandicapte senioren is de toestand nog erger: van de 33 miljoen gehandicapte ouderen kregen maar 300.000 een plaats in een instelling. Met meer nadruk op zorginstellingen en buurthulp wil de regering 3 miljoen bijkomende bedden zodat tegen 2015 3 % van de senioren in een instelling terecht kan. Daarnaast omvatten de plannen tegen 2015 de uitbouw van thuiszorg in alle stedelijke buurtgemeenschappen, in 80 % van de gemeenten (townships) en de helft van de dorpen. Aangeraden wordt om het spectrum aan diensten uitgebreid te houden gaande van verpleging tot culturele activiteiten.
Uitdagingen
Momenteel beschikt maar 30 % van de stedelijke buurtgemeenschappen over dagcentra voor de senioren, maar het tekort is erger op het platteland. Hoewel de overheid vastberaden is seniorhulpen er recentelijk vooruitgang is geboekt, staat het systeem nog in zijn kinderschoenen. Er is de kloof stad – platteland. Ten tweede is de privésector weinig geneigd mee te werken aan de uitbouw van een sector waar niet echt grote sommen te rapen vallen. Op dat vlak bestaat bij de verzekeringen enige creativiteit: als ouderen beloven hun woning na hun dood aan de verzekering te schenken, krijgen de gegadigden een maandelijkse pensioenbijdrage uitgekeerd. Ten derde laat de kwaliteit van het personeel te wensen over. Lage lonen, lage status en povere werkvoorwaarden maken dat deze loopbaan gemeden wordt door werkzoekenden. China heeft 10 miljoen professionele beroepsverzorgers nodig, maar beschikt nauwelijks over 300.000 van die krachten, waarvan hooguit een derde beroepsbekwaam is. De uitdaging is immens en van de overheid wordt verwacht dat zij de drijvende kracht blijft bij het uitvoeren en superviseren van de seniorenpolitiek.
Bron: Meeting the Ageing Challenge China’s Social Care Policy for the Elderly,  ZHANG Yanxia
in Gungwu Wang; Yongnian Zheng (2012-10-22). China:Development and Governance (Kindle Locations 8325-8327). World Scientific Publishing Company.
 

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *