Overlevingskansen bij kanker voor verbetering vatbaar

Ongeveer 30 van de 100 kankerpatiënten in China zijn nog in leven vijf jaar nadat de ziekte bij hen werd geconstateerd. Het Nationale Centrum voor de Preventie en Bestrijding van Kanker heeft een studie over ‘overlevingskansen kanker in China’ gepubliceerd in het gezaghebbende International Journal of Cancer.

Het centrum heeft samen met de Nationale Kankerregistratie 139.000 gevallen van alle soorten kanker gevolgd die in 2003-2005 waren gediagnosticeerd. Het onderzoek liep tot eind 2010. Het opgetekende ziekteverloop was afkomstig van 17 registratiediensten, over heel China. De meerderheid van de gegevens kwam uit de zuidwestelijke regio. Ondanks die beperking is dit het tot op heden meest informatieve onderzoek naar overlevingskansen bij kanker in China. Sinds de jaren zestig verzamelt een speciale overheidsdienst gegevens over kanker. De instelling heeft op dit moment in het hele land 40 kantoren.

De cijfers

vrijwilligers op ziekenbezoek

vrijwilligers op ziekenbezoek


Eind oktober kwam het rapport in het vakblad International Journal of Cancer, waarin oncologen uit de hele wereld elkaars onderzoeken toetsen. De belangrijkste conclusies waren dat 30,9 % van alle patiënten vijf jaar na de diagnose nog in leven was. Er zijn ook op dit terrein geen gelijke kansen voor stedelingen en plattelandsbewoners: van de eerste groep heeft 39,5% een goede prognose, voor de tweede maar 21,8%. Vrouwen hebben betere overlevingskansen dan mannen. Een nog grotere ongelijkheid bestaat er tussen patiënten in China en die in ontwikkelde landen. De algemene overlevingskansen (alle types van kanker in aanmerking genomen) in de VS zijn bijvoorbeeld 70%. In dat land zijn, volgens het Nationaal Instituut van de VS, de meest voorkomende types: borst- en prostaatkanker. Ze zijn beter te behandelen, dus leveren ze ook gunstigere prognoses op. ‘Als de Chinese studie zich had beperkt tot borst- en prostaatkanker was de uitkomst waarschijnlijk vergelijkbaar geweest met die in de VS’, volgens Zhou Liqiang, een bekend professor van een oncologisch instituut en ziekenhuis in Beijing. Het rapport van het Nationale Centrum voor de Preventie en Bestrijding van Kanker wijst inderdaad uit dat ook in China 73% van de patiënten met borstkanker na vijf jaar nog in leven is (het hoogste percentage). De kans daarop is slechts aanwezig voor 16% van de mensen met longkanker en 10% van die met leverkanker.
De laatste jaren neemt in China het aantal gevallen van kanker en ook het aantal dodelijke slachtoffers toe. In China krijgen elk jaar 3,12 miljoen mensen te horen dat ze kanker hebben en dat is een verdubbeling ten opzichte van twintig jaar geleden. De Wereldgezondheidsorganisatie heeft in 2014 vastgesteld dat de volgende soorten van kanker en gevallen met dodelijke afloop de laatste tijd in China het meest voorkomen: lever-, slokdarm-, maag- en longkanker. Voor de drie eerstgenoemde varianten is de overlevingskans over de hele wereld klein en de wetenschap blijft op zoek naar betere behandelingen.

Verklaringen en Adviezen

mondiale actie Maand van de Borstkanker

mondiale actie Maand van de Borstkanker


Volgens het rapport bepalen de kwaliteit van de behandeling en de toegankelijkheid tot de gezondheidszorg de levenskansen. Die beide factoren zijn op het platteland zeker nog niet optimaal. Ook duurt het vaak te lang voordat de diagnose gesteld is en vroegtijdig ingrijpen is, uitgerekend bij kanker, erg belangrijk. Het rapport van het Nationale Centrum voor de Preventie en Bestrijding van Kanker heeft dan ook suggesties voor het overheidsbeleid gericht op het platteland: meer investeringen naar openbare gezondheidsvoorzieningen, meer voorlichting en screening zodat dokters er sneller bij kunnen zijn. Ook zou het goed zijn in de polissen voor ziekteverzekering op het platteland meer ziekten en hogere terugbetalingen op te nemen.
Voor de toename van kanker hebben de oncologen verschillende verklaringen: slechte leefgewoonten zoals roken en het gebruik van alcohol, maar natuurlijk ook milieuvervuiling. Zij zijn het er over het algemeen over eens dat het wetenschappelijk medisch onderzoek beter moet en dat ook een stijgend welvaartspeil uitkomst zal brengen. Zhou Liqiang is optimistisch: volgens hem zijn de Chinese artsen nu al bezig aan een inhaalbeweging omdat zij, meer dan hun Amerikaanse collega’s bijvoorbeeld, geneigd zijn te experimenteren met nieuwe therapieën. Het is verder een uitgemaakte zaak dat dit soort onderzoeken de overheid in staat moet stellen om de nodige middelen voor gezondheidszorg en onderwijs op een correctere manier toe te kennen en om de prestaties van de lokale overheden beter te beoordelen.
Bronnen: International Journal of Cancer, Global Times, Caixin, South China Morning Post, China Daily.
IJC

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *